ECLI:NL:RBDHA:2023:16021
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de niet-ontvankelijkverklaring van bezwaar tegen last onder dwangsom opgelegd aan horeca-inrichting
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 25 oktober 2023, zaaknummer SGR 23/3759, wordt het beroep van eiseres tegen de niet-ontvankelijkverklaring van haar bezwaar tegen een opgelegde last onder dwangsom beoordeeld. Eiseres, een vennootschap naar Engels recht, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, dat op 6 maart 2023 een last onder dwangsom had opgelegd vanwege overtredingen van het Activiteitenbesluit en de Wet Milieubeheer. Het bezwaar werd op 28 april 2023 niet-ontvankelijk verklaard omdat eiseres geen gronden had ingediend.
De rechtbank heeft op 4 oktober 2023 de zaak behandeld, waarbij de gemachtigde van verweerder aanwezig was, maar eiseres en haar gemachtigde afwezig waren. De rechtbank concludeert dat eiseres niet heeft voldaan aan de vereiste om gronden voor het bezwaar in te dienen, ondanks dat haar een redelijke gelegenheid was geboden om dit te doen. De rechtbank oordeelt dat de niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar terecht is gebeurd, omdat het bezwaarschrift geen gronden bevatte en de gelegenheid tot aanvulling ongebruikt is gebleven.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van het college van burgemeester en wethouders. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding. Deze uitspraak biedt inzicht in de vereisten voor het indienen van bezwaar en de gevolgen van het niet voldoen aan deze vereisten.