Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 30 augustus 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een vreemdeling, eiser met de Marokkaanse nationaliteit. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, had op 18 augustus 2023 de maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. Tijdens de zitting op 28 augustus 2023 is eiser verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, en is er een tolk aanwezig geweest. Verweerder was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gronden voor de maatregel van bewaring, zoals door verweerder aangevoerd, niet zijn betwist door eiser. De rechtbank oordeelt dat er voldoende redenen zijn om aan te nemen dat eiser zich aan het toezicht zal onttrekken, en dat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is. Eiser heeft aangevoerd dat verweerder had moeten volstaan met een lichter middel, omdat hij bereid is terug te keren naar Marokko. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat verweerder niet verplicht was om deze verklaring van eiser te volgen, gezien het risico dat eiser zich aan het toezicht zou onttrekken.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep ongegrond is en heeft het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 30 augustus 2023. Tegen deze uitspraak kan binnen één week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.