ECLI:NL:RBDHA:2023:15918
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen weigering omgevingsvergunning voor woninguitbreiding
Op 23 oktober 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak SGR22/7992, waarin eiser, een inwoner van [woonplaats], beroep heeft ingesteld tegen de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag om een omgevingsvergunning te verlenen voor het vergroten van woningen aan [adres] [nummers]. De weigering was gebaseerd op een besluit van 19 januari 2021, waartegen eiser bezwaar had gemaakt. Dit bezwaar werd ongegrond verklaard bij besluit van 2 november 2022, conform het advies van de Adviescommissie bezwaarschriften van 12 oktober 2022.
De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank constateerde dat verweerder, in navolging van een eerdere uitspraak van 11 april 2023 (SGR 22/2362), had bekendgemaakt dat er van rechtswege een omgevingsvergunning was verleend voor de woninguitbreiding. Dit betekende dat het bestreden besluit van 2 november 2022, waarin de weigering werd gehandhaafd, niet in stand kon blijven. De rechtbank oordeelde dat verweerder niet meer bevoegd was om op de aanvraag van 12 oktober 2020 te beslissen, waardoor het beroep van eiser gegrond werd verklaard.
De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van 2 november 2022 en herroepte het primaire besluit van 19 januari 2021. Tevens werd verweerder veroordeeld tot het vergoeden van het griffierecht van € 184,- aan eiser en de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 837,- voor de rechtsbijstand verleend door een derde. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. A.J. van der Ven, rechter, in aanwezigheid van griffier E. Rietbroek.