ECLI:NL:RBDHA:2023:15894
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening en invordering van te veel betaalde partnertoeslag na overlijden echtgenoot
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 oktober 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de erven van wijlen [erflater] en de Sociale verzekeringsbank (Svb) over de herziening en invordering van te veel betaalde partnertoeslag. Eiseres, de echtgenote van de overleden [erflater], heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard en is daarom niet gehouden om de vordering van de Svb uit eigen vermogen te voldoen. De Svb had bij besluit van 9 november 2020 de partnertoeslag van [erflater] herzien en een bedrag van € 11.265,82 teruggevorderd. Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat zij geen procesbelang meer heeft bij het voortzetten van de procedure, aangezien zij de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard en er geen baten zijn die de schulden overstijgen. De rechtbank heeft het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij niet in een gunstigere positie kan komen door de procedure voort te zetten. De uitspraak is gedaan door mr. J.B. Wijnholt, rechter, in aanwezigheid van mr. A. Gerde, griffier.