ECLI:NL:RBDHA:2023:15213
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onderzoek naar ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in pleegzorg
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 25 september 2023 uitspraak gedaan over de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [naam01]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling van [naam01] voor de duur van een jaar, evenals een machtiging tot uithuisplaatsing in een pleegzorgvoorziening. De ouders van [naam01], de moeder en de vader, zijn met elkaar gehuwd en hebben gezamenlijk het ouderlijk gezag over [naam01]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders niet zijn verschenen tijdens de mondelinge behandeling, maar dat zij wel correct zijn opgeroepen. De Raad heeft zorgen geuit over de fysieke ontwikkeling van [naam01], die sinds haar plaatsing in het pleeggezin is verbeterd, maar de thuissituatie van de ouders is onveranderd gebleven. De moeder heeft hulp nodig voor haar mentale klachten, terwijl de vader niet in staat is om de zorg voor [naam01] op zich te nemen. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de ouders momenteel niet in staat zijn om [naam01] de opvoeding te bieden die zij nodig heeft en dat het noodzakelijk is dat een onafhankelijke jeugdbeschermer betrokken blijft. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing voor de duur van één jaar toegewezen, met als doel de ontwikkeling van [naam01] te waarborgen en de hulpverlening aan de ouders te monitoren.