ECLI:NL:RBDHA:2023:14880

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 augustus 2023
Publicatiedatum
4 oktober 2023
Zaaknummer
NL23.21053 en NL23.21090
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot Duitsland

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, op 15 augustus 2023 uitspraak gedaan in de zaken met de nummers NL23.21053 en NL23.21090. De verzoekers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. D. de Heuvel, hebben een voorlopige voorziening gevraagd in verband met hun aanvragen voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. S. Vreugdehil-Brock, heeft de aanvragen van de verzoekers niet in behandeling genomen, omdat Duitsland verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van deze aanvragen.

De verzoekers hebben tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 8 augustus 2023 behandeld, maar de verzoekers zijn niet verschenen. De gemachtigde van de verweerder was wel aanwezig. In de uitspraak van vandaag heeft de rechtbank ook uitspraak gedaan op de beroepen in de samenhangende zaken NL23.21052 en NL23.21089. Aangezien er inmiddels een uitspraak is gedaan op de beroepen, is er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft daarom de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen.

De voorzieningenrechter heeft ook overwogen dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en bekendgemaakt op 15 augustus 2023. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht
zaaknummers: NL23.21053 en NL23.21090
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen [verzoeker 1]en
[verzoeker 2], verzoekers
V-nummers: [V-nummer] en [V-nummer]
(gemachtigde: mr. D. de Heuvel), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. S. Vreugdehil-Brock).

Procesverloop

Bij besluiten van 21 juli 2023 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvragen van verzoekers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaken NL23.21052 en NL23.21089, op 8 augustus 2023 op zitting behandeld. Verzoekers zijn, met bericht van verhindering, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummers NL23.21052 en NL23.21089, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J.M. Mol, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.J. Valk, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
15 augustus 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.