ECLI:NL:RBDHA:2023:14831

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
26 september 2023
Publicatiedatum
3 oktober 2023
Zaaknummer
09/203226-22 en 10/279082-20 (tul)
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor medeplegen van gijzeling en diefstal met geweld

Op 26 september 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplegen van gijzeling en diefstal. De zaak betreft een incident dat plaatsvond van 11 tot en met 12 augustus 2022, waarbij het slachtoffer, [slachtoffer 1], werd benaderd door de verdachte en medeverdachten. Het slachtoffer werd gedwongen om in zijn eigen auto te stappen en naar een afgelegen parkeerplaats te rijden, waar hij werd bedreigd en mishandeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen het slachtoffer wederrechtelijk van zijn vrijheid heeft beroofd en hem heeft gedwongen tot afgifte van geld. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer als betrouwbaar beoordeeld, ondanks de verdediging die vrijspraak bepleitte. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 212 dagen, waarvan een deel voorwaardelijk, en kreeg een taakstraf opgelegd voor eerdere veroordelingen. De rechtbank heeft ook de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf toegewezen, maar omgezet in een taakstraf van 160 uren. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op het slachtoffer in overweging genomen bij het bepalen van de straf.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige kamer
Parketnummers: 09/203226-22 en 10/279082-20 (tul)
Datum uitspraak: 26 september 2023
Tegenspraak
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte]
geboren op [geboortedag] 2002 te [geboorteplaats] ,
BRP- [adres 1] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden op de terechtzittingen van 24 november 2022 (pro forma) en 12 september 2023.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. A.L.M. de L'lsle en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. W.J. van Bel naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 11 augustus 2022 tot en met 12 augustus 2022 te Nieuwerkerk a/d IJssel, gemeente Zuidplas en/of Bergschenhoek, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
[slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden, door
- [slachtoffer 1] bij zijn woning op te zoeken,
- tegen [slachtoffer 1] te zeggen dat er geld moest komen,
- het zich als groep naar [slachtoffer 1] begeven en/of creëren van een numeriek overwicht ten opzichte van [slachtoffer 1] ,
- de autosleutel van [slachtoffer 1] af te pakken,
- te zoeken in de auto van [slachtoffer 1] naar waardevolle goederen en/of een zomerjas (merk:Stone Island) van [slachtoffer 1] weg te nemen,
- weg te rijden met zijn, [slachtoffer 1] , auto (Ford Ka),
- tegen [slachtoffer 1] te zeggen dat hij mee moest lopen naar de auto (Toyota Aygo) en achterin moest gaan zitten,
- met [slachtoffer 1] in die auto te rijden naar een parkeerplaats,
- tegen [slachtoffer 1] te zeggen dat hij moest betalen of anders met 9 vingers naar huis zou gaan en/of (vervolgens) te dreigen dat ze hem iets aan zouden doen,
- te dreigen een Glock (vuurwapen) te halen,
- (vervolgens) een doek en/of hoodie over het hoofd van [slachtoffer 1] heen te trekken,
- [slachtoffer 1] te slaan en/of te schoppen tegen zijn lichaam,
- [slachtoffer 1] te taseren op zijn knie, been, armen en/of buik, althans zijn lichaam,
met het oogmerk een ander, te weten [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] ,
te dwingen iets te doen of niet te doen, te weten tot afgifte van een hoeveelheid (2000 euro) geld;
2.
hij op of omstreeks 11 augustus 2022 te Nieuwerkerk a/d IJssel, gemeente Zuidplas, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een autosleutel, een auto (merk Ford Ka, [kenteken 1] en/of een zomerjas (Stone Island), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;

3.De bewijsbeslissing

3.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten.
3.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak van de feiten onder 1 en 2 tenlastegelegde bepleit.
Op specifieke bewijsverweren zal hierna – voor zover relevant – nader worden ingegaan
3.3.
Gebruikte bewijsmiddelen
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het [nummer] , van de politie eenheid Den Haag (districtsrecherche: Alphen aan den Rijn- Gouda), (doorgenummerd pagina 1 t/m 607).
1. Het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 1] opgemaakt op 12 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 22-26):
Het begon allemaal gisterenavond rond 21:00 uur. Ik woon op [adres 2] in Nieuwerkerk aan den IJssel. Ik zag vanaf het balkon buiten twee gasten aan komen lopen. Eentje ervan herkende ik, dat is [naam 1] .
We liepen wat verder, om de hoek, en toen vroeg [naam 1] hoe het met zijn geld zat. Instraattaal zei hij dat: "fakka met mijn pap". Ik zei dat ik sowieso geen pap had nu.
Hij zei weer dat hij pap nodig had. [naam 1] zei dat hij een paar vrienden ging connecten en hij vroeg waar mijn autosleutel was.[naam 1] zei dat er echt geld moest komen, want als die anderen kwamen ging de prijsomhoog (in straattaal "anders gaat die prik omhoog").
Ik was ondertussen bij mijn auto. Daar kwamen nog drie gasten aanlopen.[naam 1] vroeg of ik de auto open kon doen, dat deed ik en daarna pakte hij de sleutelaf. [naam 1] en die eerste vriend van hem gingen in mijn auto kijken op zoek naarwaardevolle spullen. ik heb geen waardevolle spullen en ze vonden alleen mijn jas.Dat is een Stone Island Jas, een jas van 300 of 400 euro. Die jas hebben ze van mij afgenomen.
Ze bleven zeggen dat ze geld nodig hadden en ik zei dat ik niets kon regelen.Ondertussen bemoeide ze zich er allemaal mee.Toen keken ze om zich heen en zeiden lopen, lopen, lopen. Ik moest naar hun autolopen. Dat was een zwarte Toyota Aygo. Ik moest achterin. Die andere drie die later kwamen, stapte in de Aygo. [naam 1] stapte in mijn auto, een donkerblauwe Ford Ka. Ze brachten me naar een soort bos. Het was een grote parkeerplaats en het was donker. We wachten daar tot [naam 1] er ook was. En toen kwam [naam 1] aanrijden met mijn auto.[naam 1] zei weer dat ik geld moest regelen. Hij zei dat ik moest betalen of anders met 9 vingers naar huis zou gaan. Hij dreigde er ook mee dat die jongens wat zouden gaan doen. Ook vroeg hij of hij een GLOCK moest gaan halen, een vuurwapen.Hij ging mij weer bedreigen en zei dat hij of die jongens mij nu echt wat konden gaan doen. Ik voelde mij echt bedreigd.
Hij ging toen contacten met mijn vriendin.We waren nog steeds op die parkeerplaats. Het duurde allemaal heel lang. Ik zat de hele tijd in de auto en later kreeg ik een doek over mijn hoofd.
Het was donker en hoorde dat elektrische geluid en werd getaserd. Eerst op mijn knie, mijn zijbeen, mijn armen en mijn buik. Ze bedreigde me dat als ik nu geen geld had, dan zouden ze verder gaan met taseren. Het deed wel pijn, maar ik vermande me.
2. Het proces-verbaal van verhoor aangever [slachtoffer 1] opgemaakt op 12 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 29-31 ):
Wat voor doek was het?
Het was eigenlijk een hoodie van één van die jongens. Het was een zwart met groene hoodie.
Heb je daar ook zichtbaar letsel aan overgehouden?
Ik heb wel twee stippen in mijn nek van de taser. Waar was jij toen je werd geslagen?
Ze sloegen, schopten en taserde mij toen ik in de auto zat.
Mag ik een foto nemen van de puntjes in jouw nek?
Ja.
De foto voeg ik als bijlage bij het verhoor (zie pagina 34).
3. Het proces-verbaal van verhoor [slachtoffer 1] opgemaakt op 27 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 549-550 ):
U vraagt hoe ik in die Aygo kwam?
Die gasten stonden om mij heen en er werd dwingend gezegd:
'Lopen'. Die gasten liepen achter mij. Ze waren dus met veel meer. Ik liep voor die jongens.
U vraagt hoe ik dan wist waarheen ik moest lopen?
Ze zeiden woorden van 'rechts', 'links, en " hier is die waggie en dat was die zwarte Toyota Aygo waarin ik toen moest stappen. Een van die vrienden zei, toen wij bij die waggle waren: 'niets proberen he', waarbij hij een dreigende beweging maakte alsof hij mij zou gaan slaan. En omdat die gasten met veel meer waren kon ik niet anders als in die Aygo stappen wat ik dus ook gedaan heb.
Ik zat achterin in het midden.
U vraagt wie er om mijn autosleutel vroeg?
[naam 1] . Ik wilde die niet geven en dat zei ik ook. Toen pakte de vriend van [naam 1] die op de passagiersstoel voor zat mij bij mijn kraag waarbij die dreigend zei: "Geef die sleutel, geef die kankersleutel'. lk vond dat toen zo dreigend dat ik zelf die sleutel aan [naam 1] heb gegeven.
4. Het proces-verbaal van verhoor van de verdachte opgemaakt op 27 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 472):
U stelt dat er 4 gasten arriveerden die kennelijk mijn vrienden waren. U vraagt wie ik heb gebeld?
Toen heb ik gezegd dat hij dat maar met die gasten moest bespreken.
U vraagt of ik die gasten heb gebeld toen ik zei dat hij dat maar met hen moest bespreken?
Ja.
5. Het proces-verbaal van verhoor van de [medeverdachte] opgemaakt op 12 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 109):
V: Zou het kunnen dat dit op [naam 2] veel indruk zou maken als jullie met zo velen bij hem aan de deur komen?
A: Ja dat zou ik wel kunnen geloven. Als ik in zijn schoenen zou staan zou ik me ook slecht voelen.
Mijn instinct vertelde me dat dit niet goed is en daarom wilde ik weg.
V: Hoe zou je de situatie op de foto omschrijven?
A: Ja ik denk dat het voor [naam 2] wel spannend is geweest. Dit komt omdat er 5 a 6 man omheen stond.
6. Het proces-verbaal van verhoor van de [medeverdachte] opgemaakt op 22 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 209):
V: Het slachtoffer heeft een auto. Heb jij bij de auto gestaan?
A: Ja, met [verdachte] . Hij heeft ( [naam 2] ) de auto laten openen. [verdachte] heeft deze doorzocht.
V: En toen?
A: Toen drukte [naam 1] een jas in mijn handen van het merk Stone Island, donkere kleur. Ik ben weggegaan. ik heb de jas meegenomen. Ik heb hem aangedaan, want ik had het koud. ik had de jas met [naam 3] in de auto aan. Thuis heb ik de jas weggegooid.
Wij hebben jouw telefoon gezien. Het Snapchat gesprek
V: Jij reageert met: 'Jij kan toch gewoon met waggie daar om de hoek staan? Paar streets verder?'
V: Wij stelden de vraag: 'Met zijn waggie'.
A: Het ging om die Ford Ka. In de verklaring heb ik gelezen dat hij de Ford Ka van [naam 2] had.
V: Jij kreeg zojuist toen wij de vraag stelde een grijs op jouw gezicht. Hoe komt dat?
A: Omdat ik wist dat hij zijn auto had.
0: Verdachte grijnst en lacht.
V: Als ik die vraag stel zie ik een grijs op je gezicht en wil je overleggen?
A: Ja, omdat ik wist dat hij die auto had. ik heb dat gezegd.
V: Hoe zat dat dan?
A: Toen ik wegliep ben ik naar [locatie 2] gelopen, ik ben naar [locatie 1] gelopen. ik zag de Ford K met hoge snelheid voorbij rijden.
OR: Wat is een non-verbale trigger?
0: Dat je een grijns op je gezicht krijgt.
A: Omdat ik wist dat hij die auto had.
7. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 12 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 35):
Ik zag in de fouillering van [verdachte] een autosleutel van het merk Ford. Aangever [slachtoffer 1] had aangegeven dat hij eigenaar was van een Ford Ka, voorzien van het [kenteken 1] .
Dit voertuig was reeds aangetroffen en voor onderzoek inbeslaggenomen.
Ook had aangever verklaard dat hij zijn autosleutel had moeten afgeven.
Hierbij zag ik dat het voertuig was afgesloten en dat het
voertuig met behulp van de Ford sleutel, welke ik eerder deze dag in beslag had genomen bij [verdachte] , geopend kon worden.
8. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 12 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 12):
Ik kreeg de telefoon van [slachtoffer 2] in mijn handen en zag dat de naam van het account een zekere [accountnaam] was. Ik zag dat de [nickname 1] was. Het gesprek wat ik heb gelezen heb ik met mijn telefoon gefotografeerd.
9. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 13 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 15 t/m 19):
Het Snapchat account waar de verdachten gebruik van maken heet [accountnaam] .
De eerste keer dat [slachtoffer 2] gebeld wordt via Snapchat krijgt zij [slachtoffer 1] aan de telefoon. Zij hoort dat er ook een NN man aanwezig is. [slachtoffer 1] vertelt dat hij bij donkere bosjes is en dat hij geld moet betalen. NN man geeft aan dat [slachtoffer 1] hem geld verschuldigd is en dat er 1500 euro moet komen. NN man zegt daarbij ook dat ze [slachtoffer 1] niks doen zolang er betaald gaat worden. Om tijd te rekken geen [slachtoffer 2] aan dat zij bezig is met het regelen van geld maar dat datmoeilijk is. NN man geeft in de chat aan dat hij nu 2k (2000) wil hebben omdat dit van hem gestolen is. [slachtoffer 2] geeft aan dat zij 1k (1000) heeft en meer probeert te regelen.
[slachtoffer 2] geeft aan dat als ze meer geld zou hebben ze dit al lang had gegeven. Uiteindelijk gaat de NN man akkoord met 1170 euro voor de vrijlating van [slachtoffer 1] maar moet de rest van het bedrag nog wel betaald gaan worden.
Een uur lang wordt er onderhandeld over de overdracht van het geld. NN man geeft aan dat het geld langs de weg moet liggen.
Vlak daarna wordt het voertuig van [slachtoffer 1] in de directe omgeving van de woning gesignaleerd door de politie en gevolgd tot aan de woning aan [adres 2] . Gezien wordt dat [slachtoffer 1] samen met 3 mannen uit het voertuig stapt waarna er door de politie wordt ingegrepen en uiteindelijk om 05:45 uur twee verdachten worden aangehouden en [slachtoffer 1] wordt opgevangen.
10. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 13 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 189 t/m 190):
[medeverdachte] werd aangehouden in een van de in beslag genomen voertuigen, te weten de Citroen voorzien van het [kenteken 2] .
Bij onderzoek van die Citroen werd een mobiele telefoon van het merk Apple, type lphone in beslag genomen.
Bij onderzoek van de data van deze lphone werden snapchatberichten aangetroffen tussen de snapchatnamen [nickname 1] ' en ` [nickname 2] '.
In de berichten is de bespreking van de overdracht van het geld te lezen.
Op 29 augustus 2022 te 19.02 uur heb ik, verbalisant, telefonisch contact gehad met de vriendin van slachtoffer [slachtoffer 1] , te weten [slachtoffer 2] . Desgevraagd bevestigde [slachtoffer 2] dat haar snapchatnaam [nickname 2] was, wat een samenvoeging betrof van haar beide voornamen.
11. Een geschrift, te weten een NFI rapport, p. 567- 572
SIN
DNA kan afkomstig zijn van
bewijskracht
AANT8598NL#01
(stuur ford ka [kenteken 1] )
minimaal twee personen:
een relatief grote hoeveelheid DNA
(afgeleid DNA-hoofdprofiel):
-
[verdachte]
- meer dan 1 miljard
AAPV3886NL#01
(gordelspanner
bestuurder ford ka
[kenteken 1] )
minimaal twee personen:
een relatief grote hoeveelheid DNA
(afgeleid DNA-hoofdprofiel):
-
[verdachte]
- meer dan 1 miljard
AAPV3882NL#01
(stoelhendel bijrijdersstoel
ford ka
[kenteken 1] )
minimaal twee personen:
- [verdachte]
- ongeveer 1,7 miljoen
AAPV3885NL#01
(gordelspanner bijrijderszijde ford ka
[kenteken 1] )
minimaal drie personen:
- [verdachte]
- ongeveer 22 miljoen
12. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 12 september 2023, voor zover inhoudende:
Ja, ik word ook [naam 1] genoemd. Ik ben die avond samen met mijn neef naar [naam 2] gegaan om verhaal te halen. Ik fungeerde als tussenpersoon en hij was andere mensen nog geld schuldig. Ik heb in zijn auto gekeken. In die nacht ben ik weer naar Nieuwerkerk aan de IJssel gegaan om het geld op te halen in mijn vaders Citroen. Daar ben ik ook aangehouden.
3.4
Bewijsoverwegingen
Betrouwbaarheidsverweer aangever
De verdediging heeft aangevoerd dat de verklaringen van de aangever onbetrouwbaar zijn en van het bewijs dienen te worden uitgesloten.
De rechtbank ziet geen aanleiding om aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangever te twijfelen en zal deze verklaringen bezigen voor het bewijs.
De verklaringen van aangever zijn gedetailleerd en op hoofdlijnen inhoudelijk consistent.
De verklaringen die de aangever heeft afgelegd worden verder op onderdelen ondersteund door andere bewijsmiddelen. Zoals de verklaringen van de [medeverdachte] over hetgeen zich heeft afgespeeld voorafgaande aan de gijzeling en het letsel dat blijkt uit de foto’s van de puntjes in aangever zijn nek, dat door de taser is toegebracht.
Wederrechtelijke vrijheidsberoving
In tegenstelling tot de raadsman is de rechtbank van oordeel dat er wel sprake is van wederrechtelijke vrijheidsberoving. De aangever heeft verklaard dat er op een dwingende manier werd gezegd dat hij naar de Toyota Aygo moest lopen. Op dat moment stond aangever in zijn eentje tegenover een groep mannen. Eén van de vrienden maakte hierbij een dreigende beweging dat hij anders zou worden geslagen. De [medeverdachte] heeft hierover verklaard dat hij zich goed kon voorstellen dat het voor aangever spannend was op het moment dat hij door meerdere mannen werd aangesproken bij zijn woning. Eenmaal op [locatie 3] werd hij bedreigd en hier werd hij bang van. Er was geen mogelijkheid om weg te gaan.
De genoemde bewijsmiddelen laten geen andere conclusie toe dan dat de aangever is gedwongen in de auto te stappen en gedurende een aantal uren op een afgelegen parkeerplaats in die auto is gehouden. Daarbij zijn alle in de tenlastelegging genoemde (gewelds)handelingen gebruikt om de aangever zo ver te krijgen dat hij geld zou betalen. Op diverse momenten werd er een hoodie over zijn hoofd getrokken, zodat hij niets kon zien. De aangever was op geen enkel moment daadwerkelijk vrij om te gaan en staan waar hij wilde. Dit leidt tot de conclusie dat de aangever wederrechtelijk van zijn vrijheid is beroofd en beroofd gehouden.
Medeplegen
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat er geen sprake van medeplegen van gijzeling is. De verdachte heeft onder andere verklaard dat hij niet betrokken was bij de onderhandelingen die met de vriendin van de aangever zijn gevoerd, deze zijn immers gevoerd met het Snapchat account [nickname 1] en dit is niet het account van de verdachte.
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van de verdachte bij het tenlastegelegde het volgende af.
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte een wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan de gijzeling door de aangever samen met de [medeverdachte] bij zijn woning op te zoeken, vervolgens nog een paar vrienden op te trommelen en hem daarna te dwingen om in de Toyota Aygo te stappen.
Vervolgens is de aangever door drie van de medeverdachten meegenomen naar [locatie 3] , waar de verdachte even later ook aan kwam rijden, in de auto van aangever. Hier is hij door de verdachte en de medeverdachten bedreigd, mishandeld en op verdachte zijn teken getaserd. In de tussentijd is via het Snapchataccount [nickname 1] onderhandeld over de betaling met de vriendin van de aangever. Vanaf het moment dat er overeenstemming was over de betaling, is de aangever door de medeverdachten naar zijn woonplaats gebracht, waarbij de verdachte (in zijn vaders Citroen) samen met de [medeverdachte] naar de afgesproken plaats is gereden om het geld op te halen.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en zijn medeverdachten die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het tenlastegelegde medeplegen bewezen.
Met de raadsman is de rechtbank van oordeel dat uit de bewijsmiddelen niet buiten redelijke twijfel kan worden vastgesteld dat de verdachte de onderhandelingen met de familie van aangever heeft gevoerd. Die omstandigheid doet aan zijn rol als medepleger echter niet af, nu die rol al blijkt uit hetgeen hiervoor is overwogen.
3.5
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart ten laste van de verdachte bewezen dat:
1.
hij in de periode van 11 augustus 2022 tot en met 12 augustus 2022 te Nieuwerkerk a/d IJssel, gemeente Zuidplas en/of Bergschenhoek, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk
[slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid hebben beroofd en beroofd gehouden, door
- [slachtoffer 1] bij zijn woning op te zoeken,
- tegen [slachtoffer 1] te zeggen dat er geld moest komen,
- het zich als groep naar [slachtoffer 1] begeven en creëren van een numeriek overwicht ten opzichte van [slachtoffer 1] ,
- de autosleutel van [slachtoffer 1] af te pakken,
- te zoeken in de auto van [slachtoffer 1] naar waardevolle goederen en een jas (merk:Stone Island) van [slachtoffer 1] weg te nemen,
- weg te rijden met zijn, [slachtoffer 1] , auto (Ford Ka),
- tegen [slachtoffer 1] te zeggen dat hij mee moest lopen naar de auto (Toyota Aygo) en achterin moest gaan zitten,
- met [slachtoffer 1] in die auto te rijden naar een parkeerplaats,
- tegen [slachtoffer 1] te zeggen dat hij moest betalen of anders met 9 vingers naar huis zou gaan en te dreigen dat ze hem iets aan zouden doen,
- te dreigen een Glock (vuurwapen) te halen,
- een hoodie over het hoofd van [slachtoffer 1] heen te trekken,
- [slachtoffer 1] te slaan en te schoppen tegen zijn lichaam,
- [slachtoffer 1] te taseren op zijn knie, been, armen en/of buik,
met het oogmerk een ander, te weten [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] ,
te dwingen iets te doen of niet te doen, te weten tot afgifte van een hoeveelheid (2000 euro) geld;
2.
hij op 11 augustus 2022 te Nieuwerkerk a/d IJssel, gemeente Zuidplas, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, een jas (Stone Island), in elk geval enig goed, dat aan [slachtoffer 1] , toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De strafoplegging

6.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht, waarvan 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en als bijzondere voorwaarden een contact en locatieverbod met betrekking tot de aangever.
6.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat kan worden volstaan met een gevangenisstraf gelijk aan de duur van het voorarrest, eventueel aangevuld met en voorwaardelijke gevangenisstraf of een onvoorwaardelijke taakstraf.
6.3.
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek op de terechtzitting is gebleken.
De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
De verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan gijzeling van het slachtoffer, waarbij hij ook is mishandeld. Het slachtoffer is gedwongen in een auto plaats te nemen en is daar ongeveer vijf uur vastgehouden door meerdere jongens die hem bedreigden, sloegen, schopten en met een taser hebben bewerkt. Het slachtoffer moet daarbij grote angsten hebben uitgestaan. Dit alles om geld van het slachtoffer dan wel zijn vriendin te krijgen dat zij nog tegoed van hem zouden hebben. Dit levert een bijzonder ernstig feit op en door zo te handelen heeft de verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op de lichamelijke en psychische integriteit van het slachtoffer.
De rechtbank vindt het kwalijk dat de verdachte op deze manier het recht in eigen handen heeft genomen..
De rechtbank heeft acht geslagen op het strafblad van de verdachte van 7 augustus 2023 waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor een vermogensdelict waarbij een deels voorwaardelijke gevangenisstraf is opgelegd.
De rechtbank heeft kennis genomen van het reclasseringsadvies van Reclassering Nederland van 18 augustus 2023. De reclassering kan – gelet op zijn ontkennende houding - geen inschatting maken van het risico op recidive. Omdat de reclassering weinig zich heeft verkregen in de achterliggende motieven en aanwezigheid van risico factoren, adviseren zij om het lopende toezicht voort te zetten. De reclassering adviseert om een deels voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, het zoeken van een dagbesteding en een contactverbod met de aangever.
De rechtbank stelt voorop dat, gelet op de ernst van de feiten, niet kan worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming van aanzienlijke duur. Bij het bepalen van de hoogte van de straf heeft de rechtbank acht geslagen op de straffen die in min of meer soortgelijke zaken zijn opgelegd. De rechtbank is van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 212 dagen passend en geboden is. Daarvan zal de rechtbank een groot deel voorwaardelijk opleggen. De rechtbank doet dit enerzijds vanwege de nog jonge leeftijd van de verdachte, de omstandigheid dat hij zich gedurende de schorsing van de voorlopige hechtenis goed aan zijn bijzondere voorwaarden heeft gehouden en inmiddels de weg naar een maatschappelijk acceptabel bestaan lijkt te hebben gevonden. De rechtbank wil deze ontwikkeling, mede in het belang van de samenleving, niet doorkruisen. Anderzijds dient dit voorwaardelijk strafdeel er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.

7.De vordering tot tenuitvoerlegging

7.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft bij vordering van 4 augustus 2023 gevorderd dat de bij parketnummer 10/279082-20 door de meervoudige kamer van de rechtbank Rotterdam voorwaardelijke opgelegde gevangenisstraf van twee maanden, ten uitvoer wordt gelegd wegens niet naleven van de algemene voorwaarden.
7.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering tot tenuitvoerlegging dient te worden afgewezen danwel dat de proeftijd verlengd dient te worden.
7.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht termen aanwezig voor toewijzing van de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van 4 augustus 2023 van de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf, waartoe de verdachte werd veroordeeld bij onherroepelijk geworden vonnis van de rechtbank Rotterdam van 2 maart 2021 nu uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de verdachte de algemene voorwaarde niet heeft nageleefd. Hij heeft zich voor het einde van de proeftijd immers wederom schuldig gemaakt aan strafbare feiten. Wel acht de rechtbank, om dezelfde reden dat aan de verdachte geen lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf in de hoofdzaak wordt opgelegd, termen aanwezig om de ten uitvoer te leggen gevangenisstraf om te zetten in een taakstraf. Gelet op de hiervoor geldende LOVS oriëntatiepunten, zal de rechtbank bepalen dat de verdachte 160 uren taakstraf zal moeten uitvoeren.

8.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen:
- 47, 57, 282a, 310 van het Wetboek van Strafrecht;
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak rechtens gelden.

9.De beslissing

De rechtbank:
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.5 bewezen is verklaard en dat het bewezen verklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1:
medeplegen van gijzeling
ten aanzien van feit 2:
medeplegen van diefstal
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van
212 (tweehonderd en twaalf) DAGEN;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijk gedeelte van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
bepaalt dat een gedeelte van die straf,
groot 106 dagen, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op twee jaren vastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
gelast de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf, voorwaardelijk opgelegd bij voormeld vonnis van de rechtbank Rotterdam d.d. 2 maart 2021, gewezen onder parketnummer 10/279082-20, te weten een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden en zet deze om in een taakstraf van 160 uren.
Heft op de voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. L.K. van Zaltbommel, voorzitter,
mr. P.G. Salvadori, rechter,
mr. M. Garabitian, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. V.A. Veenhuizen, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 26 september 2023.