Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsbeslissing
2 september 2015tot en met
18 november 2019te Rijnsburg telkens geldbedragen (van in totaal
96.193,89euro), aan [slachtoffer] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte die weg te nemen geldbedragen onder haar bereik heeft gebracht door middel van een of meer valse sleutels, door gebruik van de pinpas en bijhorende pincode van die [slachtoffer] en de bij de bankrekening van die [slachtoffer] behorende (internet bankieren) inlog- en betalingscodes;
18 november 2019, te Rijnsburg, gemeente Katwijk geldbedragen heeft verworven en voorhanden heeft gehad, terwijl zij, verdachte, wist dat die voorwerpen onmiddellijk afkomstig waren uit enig eigen misdrijf;
2 september 2015tot en met
18 november 2019te Rijnsburg telkens opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) een geautomatiseerd werk, te weten een of meer computer(s) en/of server(s) (van de Rabobank) waarop zich het internetbankieren omgeving/account van een bankrekening behorende aan [slachtoffer] bevond, is binnengedrongen door het doorbreken van een beveiliging met behulp van een valse sleutel, immers heeft verdachte telkens gebruik gemaakt van een combinatie van gebruikersnaam en wachtwoord en inlogcodes voor de internetbankieren omgeving/account behorende bij bankrekeningen van die [slachtoffer] , waartoe zij, verdachte, niet gerechtigd was.
4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
7.De vordering van de benadeelde partij
8.De toepasselijke wetsartikelen
9.De beslissing
240 (TWEEHONDERDVEERTIG) UREN;
120 (HONDERDENTWINTIG) DAGEN;