ECLI:NL:RBDHA:2023:14338

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
21 september 2023
Publicatiedatum
25 september 2023
Zaaknummer
NL23.17466
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag en proceskostenvergoeding

In de zaak met zaaknummer NL23.17466 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 21 september 2023 uitspraak gedaan. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. S. Oukil, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen als kennelijk ongegrond. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 19 juli 2023, waarbij ook de gemachtigde van de staatssecretaris, mr. I. Vugs, aanwezig was, evenals een tolk, J.M. van Schaik.

De voorzieningenrechter heeft in een eerdere uitspraak, zaaknummer NL23.17465, het beroep van verzoekster behandeld. Aangezien er inmiddels een uitspraak is gedaan op de bodemzaak, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. Het verzoek om een voorlopige voorziening is dan ook afgewezen. Echter, de voorzieningenrechter heeft de staatssecretaris wel veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten die verzoekster heeft gemaakt, tot een bedrag van € 837,-. Dit bedrag is toegekend omdat de gemachtigde van verzoekster een verzoekschrift heeft ingediend, maar er zijn verder geen andere kosten gemaakt die voor vergoeding in aanmerking komen.

De uitspraak is openbaar gemaakt op 21 september 2023 en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.17466
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoekster], V-nummer: [V-nummer 1] , verzoekster mede namens haar minderjarige kinderen:
[minderjarige 1], V-nummer [V-nummer 2]
[minderjarige 2], V-nummer: [V-nummer 3] (gemachtigde: mr. S. Oukil),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris (gemachtigde: mr. I. Vugs).

Procesverloop

Bij besluit van 12 juni 2023 (het bestreden besluit) heeft de staatssecretaris de aanvraag van verzoekster tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen als kennelijk ongegrond.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.17465, op 19 juli 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoekster, de gemachtigde van verzoekster, J.M. van Schaik als tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.17465, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Gelet op de uitkomst van de bodemzaak veroordeelt de voorzieningenrechter de staatssecretaris wel in de door verzoekster gemaakte proceskosten. Deze vergoeding bedraagt € 837,- omdat de gemachtigde van verzoekster een verzoekschrift heeft ingediend. Verder zijn er geen kosten gemaakt die vergoed kunnen worden.

Beslissing

De voorzieningenrechter:
  • wijst het verzoek om voorlopige voorziening af;
  • veroordeelt de staatssecretaris in de proceskosten van verzoekster tot een bedrag van
€ 837,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E. Kersten, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
21 september 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.