ECLI:NL:RBDHA:2023:14324

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 augustus 2023
Publicatiedatum
25 september 2023
Zaaknummer
NL23.14097
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag van Marokkaanse eiseres met problemen in Spanje

In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van een Marokkaanse eiseres tegen de afwijzing van haar asielaanvraag. Eiseres, geboren in 1984, diende op 17 december 2022 een aanvraag in voor een verblijfsvergunning asiel, die door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 9 mei 2023 als kennelijk ongegrond werd afgewezen. De rechtbank behandelde het beroep op 28 juni 2023, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals een tolk. De rechtbank schorste het onderzoek om de Staatssecretaris de gelegenheid te geven een aanvullend standpunt in te nemen, wat resulteerde in een nieuw besluit op 4 juli 2023. Eiseres heeft geen inhoudelijke reactie gegeven op dit besluit.

De rechtbank beoordeelt of de Staatssecretaris de asielaanvraag terecht als kennelijk ongegrond heeft verklaard. Eiseres stelt dat zij in Spanje problemen heeft ondervonden met haar ex-echtgenoot, die haar heeft bedreigd en mishandeld. De Staatssecretaris erkent dat de relevante elementen van het asielrelaas geloofwaardig zijn, maar concludeert dat Marokko als veilig land van herkomst kan worden aangemerkt. Eiseres betoogt dat zij niet veilig kan terugkeren naar Marokko vanwege haar ex-echtgenoot, maar de rechtbank oordeelt dat zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat Marokko in haar geval geen veilig land is.

De rechtbank wijst erop dat de Staatssecretaris het eerder opgelegde terugkeerbesluit en inreisverbod heeft ingetrokken en eiseres heeft opgedragen zich naar Spanje te begeven, waar zij rechtmatig verblijf heeft. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, maar kent eiseres een vergoeding van proceskosten toe, die door de Staatssecretaris moet worden betaald. De uitspraak is gedaan door rechter R.J.A. Schaaf en is openbaar gemaakt op 18 augustus 2023.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.14097
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiseres] , V-nummer: [V-nummer] , eiseres (gemachtigde: mr. R.J. Portegies),

en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, (gemachtigde: W. Epema).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar asielaanvraag. Eiseres stelt van Marokkaanse nationaliteit te zijn en te zijn geboren op [geboortedatum] 1984. Zij heeft op 17 december 2022 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. De staatssecretaris heeft met het bestreden besluit van 9 mei 2023 deze aanvraag in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond. Ook heeft de staatssecretaris eiseres een terugkeerbesluit ten aanzien van Marokko opgelegd en een inreisverbod voor de duur van twee jaar.
1.1.
De rechtbank heeft het beroep op 28 juni 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, de gemachtigde van eiseres en Z. Hamidi als tolk. Het beroep is gelijktijdig behandeld met de zaak van de partner van eiseres, [partner] ( [partner] ), geregistreerd onder het zaaknummer NL23.14095.
1.2.
De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting geschorst om de staatssecretaris in de gelegenheid te stellen om een nader standpunt in te nemen. Op 4 juli 2023 heeft de staatssecretaris een aanvullend besluit genomen. Op 2 augustus 2023 heeft eiseres bericht dat zij geen reactie heeft op het aanvullende besluit.
1.3.
De rechtbank heeft het onderzoek heden, voor het doen van de uitspraak, gesloten. In de zaak van [partner] heeft de rechtbank afzonderlijk uitspraak gedaan.

Beoordeling door de rechtbank

2. De rechtbank beoordeelt de vraag of de staatssecretaris de asielaanvraag van eiseres kennelijk ongegrond heeft mogen verklaren. Zij doet dat aan de hand van de beroepsgronden van eiseres.
Het asielrelaas
3. Eiseres legt aan haar asielaanvraag ten grondslag dat zij tijdens haar verblijf in Spanje problemen heeft ondervonden met haar ex-echtgenoot. Hij heeft eiseres bedreigd en mishandeld en zit hiervoor een gevangenisstraf uit in Spanje. Hij zal op termijn door Spanje worden uitgezet naar Marokko of met verlof mogen. Bij terugkeer naar Marokko vreest eiseres om door of in opdracht van haar ex-echtgenoot te worden vermoord.
Het bestreden besluit
4. Het asielrelaas van eiseres bevat volgens de staatssecretaris de volgende relevante elementen:
  • identiteit, nationaliteit en herkomst;
  • problemen met ex-man in Spanje.
5. De staatssecretaris stelt zich op het standpunt dat de relevante elementen geloofwaardig zijn, maar dat Marokko in het algemeen en in het specifieke geval van eiseres als een veilig land van herkomst is aan te merken.
Het oordeel van de rechtbank
6. In beroep persisteert eiseres bij haar standpunt dat het voor haar te gevaarlijk is om naar Marokko te gaan, omdat zij daar geconfronteerd zal worden met haar gewelddadige ex- echtgenoot. Volgens eiseres zijn de Marokkaanse autoriteiten niet in staat om haar effectieve bescherming te bieden tegen haar ex-echtgenoot. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris zich in het bestreden besluit niet ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat eiseres zich bij eventuele problemen met haar ex-echtgenoot in Marokko voor bescherming kan wenden tot de Marokkaanse autoriteiten. Eiseres heeft niet aannemelijk gemaakt dat Marokko in haar geval geen veilig land van herkomst is.
7. Eiseres voert verder aan dat [partner] niet kan terugkeren naar Marokko. Zijzelf mag dan niet alléén worden teruggestuurd naar Marokko, omdat dit in strijd is met artikel 8 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM).
8. De rechtbank overweegt dat de staatssecretaris in het aanvullende besluit van 4 juli 2023 het eerder aan eiseres opgelegde terugkeerbesluit en inreisverbod heeft ingetrokken. In plaats daarvan heeft de staatssecretaris eiseres opgedragen om zich onmiddellijk naar het grondgebied van Spanje te begeven. Daar heeft zij namelijk rechtmatig verblijf. Eiseres heeft meegedeeld dat zij geen inhoudelijke reactie wenst te geven op dit aanvullende besluit.
9. Bij uitspraak van heden in de zaak met nummer NL23.14095 heeft de rechtbank het beroep van [partner] tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag ongegrond verklaard. De terugkeerverplichting ten aanzien van Marokko die aan [partner] is opgelegd, blijft daarmee in stand. Het staat eiseres vrij om zich bij [partner] in Marokko te vervoegen. Aan deze mogelijkheid staat niet in de weg dat eiseres is aangezegd om zich naar Spanje te begeven. Van een schending van artikel 8 van het EVRM is dan ook geen sprake.

Conclusie en gevolgen

10. Het beroep is ongegrond.
11. Omdat de staatssecretaris het in het bestreden besluit opgelegde terugkeerbesluit en inreisverbod heeft ingetrokken nadat eiseres beroep heeft ingesteld, krijgt eiseres wel een vergoeding van haar proceskosten. De staatssecretaris moet deze vergoeding betalen. Deze vergoeding bedraagt € 1.674,- omdat de gemachtigde van eiseres een beroepschrift heeft ingediend en aan de zitting heeft deelgenomen. Verder zijn er geen kosten gemaakt die vergoed kunnen worden.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep ongegrond;
  • veroordeelt de staatssecretaris tot betaling van € 1.674,- aan proceskosten aan eiseres.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.J.A. Schaaf, rechter, in aanwezigheid van mr. E. Kersten, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
18 augustus 2023

Documentcode: [documentcode]

Informatie over hoger beroep

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.