ECLI:NL:RBDHA:2023:14238

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
27 juli 2023
Publicatiedatum
22 september 2023
Zaaknummer
NL22.17015
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag van Ugandese lesbische vrouw op basis van ongeloofwaardige verklaringen over seksuele geaardheid en problemen in Uganda

In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van een Ugandese vrouw tegen de afwijzing van haar asielaanvraag. Eiseres, geboren in 1987, heeft op 15 september 2020 asiel aangevraagd, maar haar aanvraag werd op 3 augustus 2022 afgewezen. De rechtbank oordeelt dat de verklaringen van eiseres over haar lesbische geaardheid en de problemen die zij in Uganda heeft ondervonden ongeloofwaardig zijn. Eiseres heeft verklaard dat zij lesbisch is en problemen heeft ondervonden door haar geaardheid, waaronder mishandeling door haar echtgenoot. Echter, de rechtbank stelt vast dat eiseres oppervlakkig heeft verklaard en onvoldoende inzicht heeft gegeven in haar gevoelens en de worsteling met haar geaardheid. De rechtbank concludeert dat de verklaringen inconsistent zijn en dat de overgelegde stukken niet voldoende zijn om de ongeloofwaardigheid van haar verklaringen te weerleggen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de asielaanvraag.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.17015

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiseres] , eiseres,

V-nummer: [v-nummer] ,
(gemachtigde: mr. A.A. Ubbergen),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

(gemachtigde: mr. F. Gieskes).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar asielaanvraag. Eiseres heeft de Ugandese nationaliteit en is geboren op [datum] 1987. Zij heeft op 15 september 2020 een asielaanvraag ingediend. Verweerder heeft deze aanvraag met het bestreden besluit van 3 augustus 2022 afgewezen.
1.1
Verweerder heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.2
De rechtbank heeft het beroep op 27 juni 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, de gemachtigde van eiseres, de gemachtigde van verweerder en T. Kibuuka als tolk.

Totstandkoming van het besluit

2. Eiseres heeft aan haar asielaanvraag ten grondslag gelegd dat zij lesbisch is en daardoor problemen heeft ondervonden in Uganda. De ouders van eiseres hebben haar uitgehuwelijkt aan haar echtgenoot, [naam 1] . Eiseres had al eerder een relatie met een vrouw genaamd [naam 2] . Tijdens haar huwelijk heeft eiseres haar relatie met [naam 2] voortgezet. Op 17 november 2018 is eiseres door haar echtgenoot betrapt terwijl zij met [naam 2] in de slaapkamer was. Naar aanleiding hiervan is eiseres mishandeld door haar echtgenoot en omstanders (waaronder buren). Eiseres heeft het land verlaten omdat zij vreest voor haar inmiddels ex-man, haar familie en de gemeenschap.
3. Verweerder heeft de volgende relevante elementen aangemerkt:
Identiteit, nationaliteit en herkomst;
Homoseksualiteit;
Problemen naar aanleiding van homoseksualiteit.
3.1
Verweerder heeft de aanvraag afgewezen als ongegrond als bedoeld in artikel 31, eerste lid, Vw [1] . De identiteit, nationaliteit en herkomst van eiseres vindt verweerder geloofwaardig, maar verweerder gelooft de gestelde homoseksuele geaardheid van eiseres en de problemen als gevolg daarvan niet.
3.2
Verweerder gelooft de gestelde homoseksuele geaardheid van eiseres niet omdat eiseres oppervlakkig, vaag en onpersoonlijk verklaart over haar persoonlijke gevoelens en gedachten over vrouwen in het algemeen. Eiseres heeft niet inzichtelijk gemaakt hoe zij haar geaardheid heeft kunnen accepteren in 2007 en geeft geen inzicht in haar gevoelens voor [naam 3] (het eerste meisje waar zij gevoelens voor kreeg) specifiek. Haar verklaringen over haar (naar eigen zeggen) worsteling missen diepgang. Verder zijn de verklaringen van eiseres over haar gestelde relatie met [naam 2] bevreemdend, summier en algemeen van aard. Verweerder acht het niet aannemelijk dat eiseres haar geaardheid accepteert (na een worsteling van vijf jaar) nadat een vriendin een openbaring doet over haar gevoelens en geaardheid. Eiseres heeft ook met haar kennis van LHBTI in Nederland haar lesbische geaardheid niet aannemelijk gemaakt. Dat eiseres op de hoogte is van de positie van homoseksuelen in Uganda maakt het voorgaande niet anders.
3.3
Ten aanzien van de gestelde problemen als gevolg van de lesbische geaardheid van eiseres stelt verweerder zich op het standpunt dat dit element ongeloofwaardig is omdat eiseres inconsistente en tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd over haar echtgenoot en de gestelde mishandelingen door hem. Daarnaast heeft eiseres geen documenten waaruit haar huwelijk, echtscheiding of mishandeling en arrestatie blijken. Dit doet afbreuk aan de aannemelijkheid van de verklaringen van eiseres hierover. Dat eiseres verklaart sinds haar vertrek geen contact te hebben gehad met haar familie ontheft haar niet van de verantwoordelijkheid inspanning te leveren om op andere wijze te achterhalen of er een strafzaak tegen haar loopt. Daarnaast blijkt uit de verklaringen van eiseres dat zij na één nacht door de politie zou zijn vrijgelaten met een waarschuwing en dat eiseres legaal het land uit heeft kunnen reizen de desinteresse van de Ugandese autoriteiten.
Verder is verweerder van mening dat sprake is van een onevenredig grote mate van toeval dat eiseres bij de eerste ontmoeting met [naam 2] in haar woning is betrapt door haar echtgenoot. Het is daarbij niet aannemelijk dat eiseres willens en wetens het risico op betrapping neemt door thuis met [naam 2] af te spreken terwijl er een alternatief voorhanden was. Ook is er sprake van veel andere tegenstrijdigheden en ongerijmdheden in de verklaringen van eiseres, zoals over de periode waarin eiseres op school zat en over de aanvraag van het visum.

Beoordeling door de rechtbank

4. De rechtbank is van oordeel dat verweerder de asielaanvraag van eiseres af heeft mogen wijzen omdat de verklaringen van eiseres over haar gestelde lesbische geaardheid en de problemen als gevolg daarvan ongeloofwaardig zijn. De rechtbank legt hieronder, aan de hand van de aangevoerde beroepsgronden, uit hoe zij tot dat oordeel is gekomen.
Heeft eiseres voldoende kunnen verklaren?
5. Eiseres voert aan dat zij onvoldoende heeft kunnen verklaren tijdens het nader gehoor. Daarom was zij genoodzaakt in de correcties en aanvullingen en de zienswijze haar verklaringen aan te vullen. Verweerder heeft deze aanvullingen en correcties ten onrechte niet (allemaal) betrokken bij de beoordeling.
5.1
De rechtbank is allereerst van oordeel dat eiseres op zorgvuldige wijze is gehoord en dat zij uitgebreid in de gelegenheid is gesteld om te verklaren over haar gestelde seksuele geaardheid en de problemen die zij daardoor stelt te hebben ervaren in Uganda. Het nader gehoor is afgenomen over een periode van twee dagen en het verslag daarvan beslaat 49 pagina’s. Uit het verslag van het nader gehoor kan niet worden afgeleid dat eiseres regelmatig is onderbroken waardoor zij niet in de gelegenheid is gesteld om haar relaas naar voren te brengen. Ook volgt, zoals verweerder terecht stelt, uit de gestelde vragen en de antwoorden van eiseres niet dat zij de vragen niet begrepen heeft. Uit het nader gehoor kan verder worden afgeleid dat eiseres meerdere malen in de gelegenheid is gesteld met meer diepgang en persoonlijk te verklaren [2] . Ook is aan eiseres gevraagd of zij haar verhaal goed heeft kunnen vertellen. Dit is door eiseres bevestigd [3] .
Zoals verweerder terecht stelt is de zienswijze niet bedoeld om grote aanvullingen te maken op het asielrelaas. Dat geldt naar het oordeel van de rechtbank te meer als de vreemdeling tijdens het gehoor in de gelegenheid is gesteld zijn asielrelaas naar voren te brengen. De rechtbank volgt eiseres dan ook niet in haar stelling dat verweerder ten onrechte niet alle correcties en aanvullingen en de zienswijze heeft betrokken in de beoordeling.
De beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder voldoende gemotiveerd waarom de gestelde lesbische geaardheid van eiseres ongeloofwaardig wordt geacht?
6. De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich niet ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat de verklaringen van eiseres over haar gestelde seksuele geaardheid en de problemen als gevolg daarvan ongeloofwaardig zijn. Verweerder heeft voldoende gemotiveerd dat eiseres oppervlakkig heeft verklaard en onvoldoende inzicht heeft gegeven over haar gevoelens voor [naam 3] en de worsteling over haar geaardheid. Verweerder heeft zich daarbij terecht op het standpunt kunnen stellen dat eiseres geen persoonlijk inzicht heeft gegeven in de vraag waarom zij [naam 3] in april 2002 ineens aantrekkelijk vond toen zij stond te douchen. Eiseres en [naam 3] zaten immers sinds 2001 in hetzelfde sportteam en douchten twee keer per week samen. Ook wanneer verweerder hierop doorvraagt, hebben de antwoorden van eiseres weinig diepgang. Daarnaast zijn naar het oordeel van de rechtbank de bewoordingen die eiseres gebruikt om haar gevoelens voor [naam 3] te beschrijven niet concreet en van algemene aard. Ook de verklaringen over de worsteling en acceptatie van haar seksuele geaardheid missen diepgang en zijn niet inzichtelijk. Eiseres heeft enkel verklaard hoe zij zichzelf probeerde te veranderen, maar op welke wijze zij haar geaardheid uiteindelijk heeft geaccepteerd blijkt niet uit haar verklaringen. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder kunnen stellen dat eiseres niet inzichtelijk heeft gemaakt waarom zij haar geaardheid accepteerde op het moment dat [naam 2] aan haar openbaarde dat zij gevoelens voor eiseres had. Daar komt bij dat, zoals verweerder terecht stelt, de verklaringen van eiseres over haar relatie met [naam 2] summier en algemeen van aard zijn, terwijl verwacht mag worden dat zij hier uitgebreider en meer persoonlijk over kan verklaren. De beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder voldoende gemotiveerd waarom de gestelde problemen als gevolg van de seksuele geaardheid van eiseres ongeloofwaardig worden geacht?
7. Verweerder heeft zich naar het oordeel van de rechtbank ook voldoende gemotiveerd op het standpunt gesteld dat de problemen als gevolg van de seksuele geaardheid van eiseres ongeloofwaardig zijn. De rechtbank volgt verweerders standpunt dat sprake is van onevenredige mate van toeval dat eiseres bij de eerste ontmoeting van [naam 2] in haar woning, zij zijn betrapt door de echtgenoot van eiseres. Eiseres heeft in vier jaar huwelijk [naam 2] niet eerder bij haar thuis uitgenodigd, terwijl haar echtgenoot in het laatste jaar van haar huwelijk enkel in de weekenden kwam. Verweerder heeft terecht gesteld dat eiseres ontwijkend en vaag antwoord geeft op het moment dat zij hierover wordt doorgevraagd. Dit klemt des te meer nu eiser heeft verklaard dat er meerdere alternatieven waren om af te spreken en zij hiervan gedurende hun relatie van 11 jaar consistent gebruik van hebben gemaakt. Niet valt in te zien dat eiseres willens en wetens het risico op betrapping neemt door thuis met [naam 2] af te spreken terwijl er een alternatief voorhanden was. Verweerder heeft er daarbij terecht op gewezen dat de verklaring van eiseres in de zienswijze en beroep, namelijk dat [naam 2] niet voornemens was lang te blijven en enkel bij eiseres de tankpas kwam ophalen, tegenstrijdig is aan wat eiseres eerder heeft verklaard. Daar komt bij dat eiseres in beroep stelt dat zij niet voornemens was om intiem met [naam 2] te zijn, terwijl zij in het nader gehoor juist heeft verklaard dat zij [naam 2] heeft uitgenodigd omdat zij hoopte dat ze op dat moment samen konden zijn. De rechtbank stelt vast dat eiseres wisselend hierover heeft verklaard en dat verweerder zich op het standpunt kon stellen dat dit afbreuk doet aan de geloofwaardigheid van de verklaringen van eiseres.
7.1
Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder ten aanzien van de verklaringen van eiseres over haar mishandeling, arrestatie en strafrechtelijke vervolging terecht aan eiseres tegengeworpen dat zij geen documenten hiervan kan overleggen. Bovendien heeft verweerder kunnen tegenwerpen dat de verklaringen van eiseres over de strafrechtelijke vervolging in de zienswijze niet overeenkomen met haar verklaringen hierover tijdens het nader gehoor. Eiseres verklaart in het nader gehoor enerzijds dat de agenten niets hebben gezegd over strafrechtelijke vervolging maar haar enkel hebben gewaarschuwd. Haar neef [naam 4] zou enkel hebben gezegd dat er foto’s waren. In de zienswijze heeft eiseres aangevoerd dat zij bij haar vrijlating is geïnformeerd dat zij zou worden gebeld om zich weer naar het bureau te begeven en dat aan [naam 4] iets op papier is geschreven. Verweerder heeft zich op het standpunt kunnen stellen dat dit afbreuk doet aan de geloofwaardigheid van de verklaringen van eiseres.
7.2
De rechtbank is verder van oordeel dat verweerder zich op het standpunt heeft kunnen stellen dat eiseres geen afdoende verklaring heeft gegeven waarom zij geen onderzoek heeft verricht naar de strafzaak die tegen haar zou zijn begonnen. Eiseres verklaart dat zij dit niet weet omdat zij sinds haar vertrek geen contact heeft gehad met haar familie. Verweerder stelt terecht dat dit eiseres niet ontheft van de verantwoordelijkheid inspanning te leveren om op andere wijze te achterhalen of er een strafzaak tegen haar loopt. De stelling van eiseres dat zij bang is om dan gevonden te worden en niet weet hoe dit werkt, is geen verschoonbare reden hiervoor. Verweerder mocht van eiseres enige inspanning verwachten om haar relaas te onderbouwen en dat eiseres dat niet heeft gedaan doet afbreuk aan de geloofwaardigheid van de verklaringen hierover.
8. De rechtbank stelt verder vast dat de vraag of eiseres al dan niet ongeloofwaardig heeft verklaard over het bestaan van haar echtgenoot en hoe het is gegaan met de visumaanvraag niet afdoet aan het oordeel dat verweerder het relaas van eiseres over haar gestelde lesbische geaardheid en de problemen als gevolg daarvan op basis van het voorgaande al ongeloofwaardig heeft kunnen vinden. Deze beroepsgronden slagen ook niet.
9. Tot slot overweegt de rechtbank dat verweerder zich op het standpunt kon stellen dat het zwaartepunt bij de geloofwaardigheidsbeoordeling in de eerste plaats ligt bij de antwoorden van eiseres op vragen over haar eigen ervaringen met en persoonlijke beleving van haar seksuele geaardheid. Het is aan eiseres zelf om met geloofwaardige verklaringen aannemelijk te maken dat zij lesbisch is. Verweerder heeft zich op het standpunt kunnen stellen dat eiseres met de in beroep overgelegde verklaringen en foto’s geen verdergaand inzicht geeft in die eigen ervaringen en persoonlijke belevingen. Anders dan eiseres miskent verweerder niet dat de overgelegde stukken van derden kunnen bijdragen aan de geloofwaardigheid van het asielrelaas van eiseres, maar heeft verweerder zich in dit geval op het standpunt kunnen stellen gesteld dat de in beroep overgelegde stukken onvoldoende zijn om de niet geloofwaardig geachte verklaringen van eiseres over haar seksuele geaardheid te compenseren.

Conclusie en gevolgen

10. Verweerder heeft de aanvraag terecht afgewezen als ongegrond.
Het beroep is ongegrond. Eiseres krijgt geen vergoeding van haar proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S. Mac Donald, rechter, in aanwezigheid van mr. N.F. van der Gouw, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na de dag van bekendmaking.

Voetnoten

1.Vreemdelingenwet 2000.
2.Zie verslag nader gehoor pagina’s 11, 12 en 16.
3.Zie verslag nader gehoor pagina 20.