ECLI:NL:RBDHA:2023:1399
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.I.H. Kerstens-Fockens
- H.J. Hovinga
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens gebrek aan adres en bestreden besluit
Op 10 november 2022 heeft eiser een beroepschrift ingediend bij het Centraal Inschrijfbureau vreemdelingenzaken, waarin hij een zienswijze heeft toegevoegd. De rechtbank heeft op 17 februari 2023 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift niet voldeed aan de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat eiser geen volledig correspondentieadres had opgegeven en geen kopie van het bestreden besluit had bijgevoegd. De rechtbank heeft eiser in een herstelverzuimbrief op 23 november 2022 verzocht om deze verzuimen te herstellen, maar eiser heeft hierop niet adequaat gereageerd. Eiser heeft geen reden gegeven voor het ontbreken van de benodigde informatie, waardoor de rechtbank geen andere keuze had dan het beroep niet-ontvankelijk te verklaren. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.