ECLI:NL:RBDHA:2023:13908
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 7 september 2023 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven inzake een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging, ingediend door de officier van justitie. Dit verzoek was gebaseerd op artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) en betrof een betrokkene, geboren in 2000, die momenteel verblijft in een Medium Care accommodatie. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkene, zijn advocaat, een arts en een verpleegkundige aanwezig waren. De betrokkene gaf aan dat het goed met hem ging en dat hij achter de zorgmachtiging stond, terwijl de arts en verpleegkundige positieve veranderingen in zijn gedrag bevestigden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een ongespecificeerde schizofreniespectrum- of andere psychotische stoornis, wat leidt tot ernstig nadeel en risico op recidief psychose. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk is, gezien de afwezigheid van passende zorg op vrijwillige basis en het feit dat de betrokkene momenteel niet verzet tegen de zorg. De rechtbank verleende de zorgmachtiging, die tot en met 7 maart 2024 geldig is, en stelde dat de betrokkene onder andere medicatie kan krijgen, medische controles ondergaat en in zijn bewegingsvrijheid kan worden beperkt.
De beschikking is gegeven door rechter mr. E.C.M. Bouman, bijgestaan door griffier L. Arkenbout, en is uitgesproken ter openbare zitting. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.