Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[de Stichting] te [plaats 1] ,
[verzoeker sub 2]te [plaats 2] , [land] ,
1.[verweerder sub 1] te [plaats 3] ,
[de Stichting]te [plaats 1] ,
- [verzoeker sub 2] , bijgestaan door mr. Moeijes,
- [verweerder sub 1] , vergezeld van zijn echtgenote en bijgestaan door mr. Verbeek.
- het verzoekschrift tot het ontslaan van een stichtingsbestuurder ex artikel 2:298 lid 1 BW en het verzoek tot het treffen van voorlopige voorzieningen ex artikel 2:298 lid 2 BW;
- het verweerschrift ex artikel 2:298 lid 1 BW tevens verzoekschrift tot het ontslaan van een stichtingsbestuurder ex artikel 2:298 lid 1 BW en het treffen van voorlopige voorzieningen ex artikel 2:298 lid 2 BW jo artikel 223 Rv;
- het verweerschrift tegen het tegenverzoek;
- de bij e-mails van 25 en 26 juli 2023 door mr. Verbeek overgelegde producties.
1.De beslissing en de gronden daarvoor
onafhankelijktijdelijk bestuurder te benoemen, die door de rechtbank zal worden aangezocht.
doorslaggevende stemin het bestuur hebben. Verder zal de rechtbank bepalen dat de bestuurders voor de duur van de voorzieningen uitsluitend vertegenwoordigingsbevoegd zijn tezamen handelend met de tijdelijk bestuurder. Voorts zal worden bepaald dat de kosten van de inzet van de tijdelijk bestuurder voor rekening komen van de Stichting en dat de Stichting op eerste verzoek daartoe voor diens honorarium zekerheid dient te stellen of een voorschot dient te voldoen.