ECLI:NL:RBDHA:2023:13694

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
29 augustus 2023
Publicatiedatum
11 september 2023
Zaaknummer
C/09/651725 / JE RK 23-1588
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp

Op 29 augustus 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van [naam01], een minderjarige, naar aanleiding van een verzoekschrift van Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland. Het verzoek betreft een nieuwe machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [naam01] ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen vertoont die haar ontwikkeling belemmeren. De ouders van [naam01] zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag, maar hebben moeite met de situatie en de gesloten plaatsing. De kinderrechter heeft de noodzaak van de gesloten plaatsing onderbouwd door te verwijzen naar de kwetsbaarheid van [naam01] en haar eerdere gedrag, waaronder weglopen en zich onttrekken aan het gezag van haar ouders. De kinderrechter heeft besloten om de machtiging te verlenen voor de duur van zes maanden, van 1 september 2023 tot 1 maart 2024, om ervoor te zorgen dat [naam01] de noodzakelijke hulp en structuur kan blijven ontvangen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaaksgegevens: C/09/651725 / JE RK 23-1588
Datum uitspraak: 29 augustus 2023

Beschikking van de kinderrechter

Nieuwe machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp

in de zaak naar aanleiding van het op 3 augustus 2023 ingekomen verzoekschrift van:
Stichting Jeugdbescherming west Zuid-Holland(hierna te noemen: de gecertificeerde instelling),
betreffende:
- [naam01], geboren op [geboortedatum01] 2007 te [geboorteplaats01] ,
hierna te noemen: [naam01] ,
advocaat: mr. L.E. Buiting te Den Haag.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam02] ,

hierna te noemen: de vader,
en
[naam03] ,
hierna te noemen: de moeder,
hierna ook gezamenlijk te noemen: de ouders,
beiden wonende te [woonplaats01] .

Het procesverloop

De kinderrechter heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het verzoekschrift met bijlagen;
- de instemmingsverklaring d.d. 8 augustus 2023 van een gedragswetenschapper als bedoeld
in artikel 6.1.2, zesde lid, van de Jeugdwet, die de jeugdige met het oog daarop kort tevoren
heeft onderzocht.
Op 29 augustus 2023 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren op locatie, te weten in de gesloten accommodatie voor jeugdhulp [A] te [plaats01] . Daarbij zijn verschenen:
- de heer [naam04] , namens de gecertificeerde instelling;
- de ouders, bijgestaan door een tolk (via de telefoon);
- de advocaat van [naam01] .
[naam01] is in het bijzijn van haar advocaat in raadkamer gehoord. [naam01] is op haar verzoek niet bij de mondelinge behandeling aanwezig geweest.

Feiten

- De vader en de moeder zijn met elkaar gehuwd.
- De vader en de moeder zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag over [naam01] .
- [naam01] verblijft feitelijk in de gesloten accommodatie voor jeugdhulp [A] .
- De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking d.d. 22 mei 2023 [naam01] onder toezicht gesteld van 22 mei 2023 tot 22 mei 2024.
- Bij beschikking d.d. 1 juni 2023 heeft de kinderrechter een machtiging verleend om [naam01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven van 1 juni 2023 tot 1 september 2023.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft de Raad voor Rechtsbijstand gelast een advocaat aan [naam01] toe te voegen.

Verzoek

Het verzoek strekt tot machtiging [naam01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de periode van zes maanden. Aan het verzoek ligt het volgende ten grondslag. [naam01] verblijft nu 2 maanden op [A] . Na een roerige periode voor haar plaatsing waarbij zij regelmatig wegliep, langere tijd vermist is geweest en op het einde is teruggevonden op het vliegveld in Keulen en de gesloten machtiging is aangevraagd, ervaart zij op dit moment een relatieve rust. Zij heeft een ritme en zij weet waar zij aan toe is. Eerst liet zij sociaal wenselijk gedrag zien en was zij gesloten richting de groepsleiding, maar de laatste tijd stelt zij zich meer open. [naam01] wilde eerst zo snel mogelijk terug naar huis. Nu wil zij liever op afstand de band met de ouders herstellen en verstevigen. Ook is het nog niet geheel duidelijk wat maakte dat [naam01] voor zo’n lange periode onder de radar is gebleven en wat zij in die periode heeft meegemaakt. De ouders, broers en zussen van [naam01] lijken de situatie en hoe zij hierin staat moeilijk te kunnen begrijpen en te accepteren. Dat heeft de afgelopen periode voor een aantal onprettige momenten gezorgd. De behandeling van [naam01] en systeembehandeling zijn recent gestart. Het doel van de systeembehandeling is dat de band tussen [naam01] en de ouders wordt hersteld, zodat voor haar de weg wordt vrijgemaakt om (op afstand) de relatie met ouders te kunnen versterken. Daarnaast is het belangrijk dat duidelijk wordt wat het perspectief van [naam01] wordt. Op de groep waar zij nu verblijft, kunnen er goede afspraken met haar worden gemaakt, waardoor zij inmiddels best veel vrijheden heeft opgebouwd. Op de groep zitten veel andere kinderen die nog lang niet zo ver zijn. Dit begint haar ontwikkeling langzamerhand een beetje in de weg te staan. Als terug naar huis - in ieder geval op korte termijn - niet aan de orde blijkt, dan is het voor [naam01] van belang dat zij kan doorstromen naar een zo gezond mogelijke open groep, van waaruit zij zich verder kan ontwikkelen. Een gesloten plaatsing is nog noodzakelijk, zodat [naam01] vanuit rust kan starten met de behandelingen en kan doorstromen naar een open groep. Zodra zij daar klaar voor is en voor haar een passende plek is gevonden, zal zij door kunnen stromen naar een open plek.
Namens [naam01] is verzocht om het verzoek toe te wijzen. Een langer verblijf in [A] is in het belang van haar ontwikkeling.
De ouders zijn het in beginsel niet eens met de gesloten plaatsing van [naam01] , maar zij refereren zich aan het oordeel van de kinderrechter. De ouders zijn van mening dat er de afgelopen drie maanden nog te weinig in gang is gezet.

Beoordeling

De kinderrechter is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat sprake is van ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [naam01] naar volwassenheid ernstig belemmeren en die maken dat de opneming en het verblijf in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp noodzakelijk zijn om te voorkomen dat [naam01] zich aan de jeugdhulp die zij nodig heeft onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
Daarbij overweegt de kinderrechter dat er de afgelopen periode ernstige zorgen zijn geweest over [naam01] . [naam01] is een kwetsbaar meisje dat zich herhaaldelijk heeft onttrokken aan het gezag van de ouders. Zij vertoonde zelfbepalend gedrag en liep geregeld voor langere periodes weg. Het is op dit moment nog onduidelijk wat zich in die periodes precies heeft afgespeeld. Sinds de gesloten plaatsing heeft [naam01] positieve stappen gezet. Zij is open naar de groepsleiding en zij houdt zich aan de afspraken. Tegelijkertijd is haar behandeling en de systeembehandeling voor het gezin nog maar kort geleden aangevangen. De komende periode is het in het belang van [naam01] noodzakelijk dat deze behandelingen worden voortgezet. Het is voor [naam01] belangrijk dat zij kan blijven profiteren van de structuur en stabiliteit binnen het gesloten kader. Daarnaast is voortzetting van de gesloten plaatsing nodig om ervoor te zorgen dat er een goede vervolgplek kan worden gevonden en de noodzakelijke hulp door kan gaan.
Gelet op voorgaande overwegingen zal de kinderrechter het verzoek toewijzen voor de verzochte duur van zes maanden. Indien blijkt dat [naam01] eerder naar een open setting kan, gaat de kinderrechter er vanuit dat hiertoe wordt overgegaan.
Derhalve zal als volgt worden beslist.

Beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging [naam01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp zoals bedoeld in artikel 6.1.2, eerste lid, van de Jeugdwet, van 1 september 2023 tot 1 maart 2024;
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 29 augustus 2023 door mr. C.M. van der Kleijn, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. E.D.C. Donker Ladrón de Guevara als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 7 september 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoeker en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van
het gerechtshof Den Haag.