ECLI:NL:RBDHA:2023:13670
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in het kader van jeugdzorg
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 23 augustus 2023 een beschikking gegeven over de machtiging tot uithuisplaatsing van de veertienjarige [naam01]. De gecertificeerde instelling, Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland, heeft verzocht om deze machtiging in het belang van [naam01], die al veel heeft meegemaakt en momenteel onder toezicht staat. De ouders van [naam01], de moeder en de vader, zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag en hebben hun instemming gegeven met de uithuisplaatsing, omdat er op dit moment geen andere optie is.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de zorgen over [naam01] onverminderd aanwezig zijn. De situatie bij de grootouders is geëscaleerd en een thuisplaatsing is vanwege de complexe gezinsdynamiek niet mogelijk. De kinderrechter heeft benadrukt dat het noodzakelijk is dat [naam01] begeleiding en hulpverlening krijgt om zijn agressie te reguleren. De vader moet openstaan voor het hulpverleningstraject dat is aangeboden door [naam05]. De kinderrechter heeft het verzoek van de gecertificeerde instelling toegewezen en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend, die ingaat op 23 augustus 2023 en loopt tot 23 maart 2024. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ook al kan er nog hoger beroep worden ingesteld.
De kinderrechter heeft de ouders aangespoord om het contact tussen [naam01] en de moeder te herstellen en hoopt dat er snel een plek voor [naam01] beschikbaar komt bij [B]. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met een schriftelijke vastlegging op 8 september 2023.