ECLI:NL:RBDHA:2023:13620

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 september 2023
Publicatiedatum
11 september 2023
Zaaknummer
AWB 23/1079
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak

In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 6 september 2023, geregistreerd onder zaaknummer AWB 23/1079, wordt het verzoek van de verzoekster om een voorlopige voorziening tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 2 februari 2023 beoordeeld. De verzoekster, van Ugandese nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vreemdelingenwet 2000, welke door de staatssecretaris was afgewezen.

De verzoekster heeft op 3 februari 2023 beroep ingesteld tegen deze afwijzing, geregistreerd onder zaaknummer AWB 23/1078, en heeft tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening om uitzetting te voorkomen totdat er een beslissing op het beroep zou zijn genomen. De voorzieningenrechter heeft in deze uitspraak vastgesteld dat het beroep in de bodemzaak ongegrond is verklaard, wat betekent dat er geen aanleiding meer is voor het treffen van een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening dan ook afgewezen, aangezien de rechtbank het beroep ongegrond heeft verklaard en er derhalve geen noodzaak meer is voor een voorlopige maatregel. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 23/1079

uitspraak van de voorzieningenrechter van 6 september 2023 in de zaak tussen

[verzoekster] , verzoekster,

geboren op [geboortedatum] ,
van Ugandese nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. N.B. Swart)
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de voorzieningenrechter het verzoek van verzoekster om een voorlopige voorziening tegen het besluit van de staatssecretaris van 2 februari 2023. In dit besluit heeft de staatssecretaris de aanvraag van verzoekster om uitstel van vertrek op grond van artikel 64 van de Vreemdelingenwet 2000, afgewezen.
1.1.
Bij beroepschrift van 3 februari 2023 heeft verzoekster beroep ingesteld bij de rechtbank tegen het besluit van de staatssecretaris van 2 februari 2023. Dit beroep is geregistreerd onder zaaknummer AWB 23/1078.
1.2.
Bij verzoekschrift van 3 februari 2023 heeft verzoekster de voorzieningenrechter verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat uitzetting achterwege wordt gelaten tot op het beroep is beslist.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer AWB 23/1078, heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaak waarover dit verzoek om een voorlopige voorziening gaat ongegrond verklaard.
3. De voorzieningenrechter wijst daarom het verzoek om een voorlopige voorziening af. Omdat de rechtbank het beroep ongegrond heeft verklaard, is namelijk geen voorlopige voorziening meer nodig.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan op 6 september 2023 door mr. T.A. Oudenaarden, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E.A. Ruiter, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.