ECLI:NL:RBDHA:2023:1290

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 februari 2023
Publicatiedatum
8 februari 2023
Zaaknummer
NL22.25209
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 februari 2023 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 8 december 2022 was genomen. Dit besluit hield in dat de asielaanvraag van de verzoeker niet in behandeling werd genomen, omdat Italië verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld tijdens een zitting op 2 februari 2023, samen met een andere zaak (NL22.25208). De verzoeker en zijn gemachtigde waren niet aanwezig, terwijl de verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Na de behandeling heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen noodzaak meer was voor een voorlopige voorziening. Dit was het gevolg van de uitspraak in de andere zaak, waarin de rechtbank al had beslist op het beroep dat verband hield met de asielaanvraag. Daarnaast is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.25209
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoeker

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. R.E.J.M. van den Toorn,
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij besluit van 8 december 2022 heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen omdat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het besluit van 8 december 2022 beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL22.25208, op 2 februari 2023 op zitting behandeld. Verzoeker en zijn gemachtigde zijn niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.25208, heeft de rechtbank beslist op het beroep waarop deze voorlopige voorziening betrekking heeft. Om die reden is er geen voorlopige voorziening meer nodig. Het verzoek wordt daarom afgewezen.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 2 februari 2023 door mr. K.M. de Jager, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E.C. Jacobs, griffier.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.