ECLI:NL:RBDHA:2023:12883

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 augustus 2023
Publicatiedatum
29 augustus 2023
Zaaknummer
AWB 23-427
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak zonder spoedeisend belang

In deze zaak heeft de verzoeker, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, een aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier onder de beperking ‘arbeid als zelfstandige’ ingediend op 27 september 2022. Deze aanvraag is door de verweerder afgewezen met een besluit van 20 december 2022. Hiertegen heeft de verzoeker bezwaar gemaakt en tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening, zodat de verweerder verboden zou worden om verzoeker uit te zetten totdat op het bezwaarschrift was beslist.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 23 augustus 2023 behandeld. Tijdens de zitting waren beide partijen vertegenwoordigd door hun gemachtigden. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De reden hiervoor was het ontbreken van spoedeisend belang. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen concrete voornemens tot uitzetting van verzoeker uit Nederland bestaan, waardoor verzoeker geen spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorlopige voorziening. De mogelijkheid van uitzetting is op dat moment nog een onzekere toekomstige gebeurtenis en kan daarom niet als spoedeisend worden beschouwd.

Daarnaast is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 23 augustus 2023 door de voorzieningenrechter, mr. M. van Nooijen, in aanwezigheid van de griffier, mr. M.J.J. Roks. Tegen deze uitspraak is geen verzet of hoger beroep mogelijk.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 23/427
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker], verzoeker

V-nummer: [v-nummer]
(gemachtigde: mr. L. Bastimar),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. J.M.M. van den Hoek).

Procesverloop

1. Verzoeker heeft op 27 september 2022 een aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier onder de beperking ‘arbeid als zelfstandige’ ingediend.
1.1.
Verweerder heeft deze aanvraag met het besluit van 20 december 2022 afgewezen. Verzoeker heeft hiertegen bezwaar gemaakt.
1.2.
Samenhangend met het bezwaarschrift tegen het afwijzende besluit van 20 december 2022 heeft verzoeker de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen, zodat het verweerder verboden wordt om verzoeker uit te zetten totdat op zijn bezwaarschrift is beslist.
1.3
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 23 augustus 2023 op zitting behandeld. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Beslissing

2. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

3. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af wegens het ontbreken van spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorziening. Met verweerder is de voorzieningenrechter van oordeel dat, nu er geen concrete voornemens tot uitzetting van verzoeker uit Nederland bestaan, verzoeker geen spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorlopige voorziening. De daadwerkelijke uitzetting van verzoeker is op dit moment nog een onzekere toekomstige gebeurtenis en kan daarom niet als spoedeisend belang worden gezien.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 23 augustus 2023 door mr. M. van Nooijen, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.J.J. Roks, griffier.
Griffier
Voorzieningenrechter
Dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak is geen verzet of hoger beroep mogelijk.