ECLI:NL:RBDHA:2023:12744
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Eervol ontslag wegens ziekte en re-integratie inspanningen van de staatssecretaris van Defensie
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 25 augustus 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een ambtenaar bij het ministerie van Defensie, en de staatssecretaris van Defensie. Eiser was sinds 8 november 2019 volledig arbeidsongeschikt door ziekte en ontving op 31 mei 2022 een eervol ontslag op grond van ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar de staatssecretaris verklaarde het bezwaar ongegrond. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft de zaak op 4 juli 2023 behandeld. Eiser stelde dat de staatssecretaris tekortgeschoten was in de re-integratie-inspanningen, een standpunt dat ook het UWV had onderschreven. De staatssecretaris voerde aan dat eiser volledig arbeidsongeschikt was en dat er geen reële mogelijkheden tot herplaatsing waren. De rechtbank oordeelde echter dat eiser, ondanks zijn arbeidsongeschiktheid, procesbelang had bij het beroep, omdat de vraag was of de staatssecretaris zorgvuldig onderzoek had verricht naar andere arbeid binnen Defensie.
Na beoordeling van de feiten concludeerde de rechtbank dat de staatssecretaris voldoende onderzoek had gedaan naar de re-integratiemogelijkheden van eiser. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden die eiser naar voren had gebracht niet zodanig waren dat de staatssecretaris niet in redelijkheid van zijn ontslagbevoegdheid gebruik had kunnen maken. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, waardoor het ontslag van eiser in stand bleef. Eiser kreeg geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.