In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 30 augustus 2023 een tussenvonnis gewezen in een collectieve actie van Stichting Namaakbestrijding React tegen SHLC Technology Co., Limited en ZC (FR) Limited. De zaak betreft de handhaving van intellectuele eigendomsrechten, waarbij Stichting React optreedt namens een groep rechthebbenden die stellen dat hun intellectuele rechten zijn geschonden door de verkoop van namaakproducten via het e-commerce platform Vova. De rechtbank heeft in het vonnis bepaald dat de nauw omschreven groep personen wier belangen door Stichting React worden behartigd, bestaat uit alle rechthebbenden op intellectuele eigendomsrechten, met name leden van Coöperatie SNB-REACT U.A. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat voor rechthebbenden zonder woonplaats in Nederland het opt-out regime van toepassing is, in plaats van het opt-in regime. Dit besluit is genomen op basis van de motivering van Stichting React dat het praktisch ondoenlijk is om van internationale rechthebbenden een opt-in verklaring te verlangen. Daarnaast heeft de rechtbank Stichting React opgedragen om een advertentietekst te publiceren in het dagblad Trouw, waarin de collectieve actie wordt aangekondigd en waarin wordt uitgelegd hoe rechthebbenden zich kunnen afmelden voor de procedure. De rechtbank heeft ook ingestemd met de wijze waarop Stichting React bekende personen zal informeren over de procedure, namelijk via digitale kanalen. De zaak is verwezen naar de rolzitting van 25 oktober 2023 voor vonnis.