ECLI:NL:RBDHA:2023:12557
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing opvolgende asielaanvraag van Nigeriaanse eiser op grond van biseksualiteit
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van een Nigeriaanse eiser tegen de afwijzing van zijn opvolgende asielaanvraag. Eiser, geboren op een onbekende datum, heeft op 4 december 2021 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 16 december 2022 als kennelijk ongegrond is afgewezen. De rechtbank heeft de zaak op 21 februari 2023 behandeld, waarbij eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van de Staatssecretaris.
De rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris de afwijzing van de asielaanvraag deugdelijk heeft gemotiveerd. Eiser stelt dat hij biseksueel is en dat hij vanwege deze seksuele geaardheid niet kan terugkeren naar Nigeria. Hij heeft ter onderbouwing van zijn claim documenten overgelegd, waaronder een brief van een organisatie en een onderzoeksrapport van LGBT Asylum Support. De rechtbank concludeert echter dat deze documenten onvoldoende zijn om de biseksualiteit van eiser geloofwaardig te maken. De rechtbank wijst erop dat de brief afkomstig is van een organisatie waar eiser vrijwilligerswerk verricht en dat het onderzoeksrapport niet als deskundigenrapport kan worden aangemerkt.
De rechtbank stelt vast dat de Staatssecretaris zich niet ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat de in deze procedure ingebrachte elementen niet voldoende zijn om eisers biseksualiteit aannemelijk te maken. De rechtbank concludeert dat de Staatssecretaris de asielaanvraag op goede gronden en deugdelijk gemotiveerd heeft afgewezen. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard, en de rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris geen proceskosten hoeft te vergoeden.