ECLI:NL:RBDHA:2023:12522
Rechtbank Den Haag
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op bezwaar in vreemdelingenrechtelijke zaak
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, is het beroep van eiser gegrond verklaard. Eiser, een Colombiaanse nationaliteit houder, had bezwaar aangetekend tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin hem werd meegedeeld dat hij niet in aanmerking kwam voor tijdelijke bescherming. Dit bezwaar was ingediend op 5 september 2022, maar de staatssecretaris had niet tijdig beslist, wat aanleiding gaf tot het indienen van beroep. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris de wettelijke beslistermijn had overschreden, aangezien hij uiterlijk op 28 november 2022 een besluit had moeten nemen. Eiser had de staatssecretaris op 12 januari 2023 in gebreke gesteld, maar er was nog steeds geen besluit genomen. De rechtbank heeft de staatssecretaris opgedragen om binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit bekend te maken. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 7.500,-. Eiser heeft recht op een proceskostenvergoeding van € 418,50, die door de staatssecretaris moet worden betaald. De uitspraak is openbaar gemaakt op 22 augustus 2023.