ECLI:NL:RBDHA:2023:12521

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 augustus 2023
Publicatiedatum
22 augustus 2023
Zaaknummer
NL23.21795
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak

In de zaak tussen verzoeker, geboren op [geboortedatum] en van Senegalese nationaliteit, en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 22 augustus 2023 uitspraak gedaan. Verzoeker had op 22 maart 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke op 27 juli 2023 door de Staatssecretaris werd afgewezen als kennelijk ongegrond. Dit gebeurde op basis van artikel 31, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, in samenhang met artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder b, van dezelfde wet. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 15 augustus 2023 behandeld, waarbij verzoeker en zijn gemachtigde, mr. H.A. Jeuring, aanwezig waren, evenals de gemachtigde van de Staatssecretaris en een tolk. Tijdens de zitting is vastgesteld dat er een andere uitspraak is gedaan in een verwante zaak (zaaknummer NL23.21794), waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig was. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. M. Munsterman, in aanwezigheid van griffier mr. F. Aissa, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.21795

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

geboren op [geboortedatum] ,
van Senegalese nationaliteit,
V-nummer: [nummer] ,
(gemachtigde: mr. J. Sinnema),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 27 juli 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker van 22 maart 2022 om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd op grond van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) afgewezen als kennelijk ongegrond op grond van artikel 31, eerste lid, Vw juncto artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder b, Vw.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met zaaknummer NL23.21794, op 15 augustus 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker, mr. H.A. Jeuring (die tijdelijk waarneemt voor mr. J. Sinnema), de gemachtigde van verweerder en een tolk.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.21794, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Munsterman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.F. Aissa, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.