Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 augustus 2022, met producties 1 t/m 10, waarbij productie 4 ontbreekt;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 t/m 3;
- het tussenvonnis van 22 februari 2023, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- het e-mailbericht van 20 april 2023 van mr. [eiser] aan de rechtbank, waarin een reactie is gegeven op de vraag van de rechtbank in het e-mailbericht van 19 april 2023;
- de mondelinge behandeling gehouden op 24 april 2023. De griffier heeft aantekening gehouden van het verhandelde ter zitting.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- 16 september 2016 t/m 16 september 2017: 45 (weken) × 12 (uren) × € 11,13 (uurloon) = € 6.010,20
- 17 september 2017 t/m 17 september 2018: 45 (weken) × 12 (uren) × € 11,13 (uurloon) = € 6.010,20
- 18 september 2018 t/m 31 juli 2019: 39,38 (weken; (45:12)x10,5) × 12 (uren) × € 11,13 (uurloon) = € 5.259,59
1.532,00(2,0 punten × tarief € 766,00)