ECLI:NL:RBDHA:2023:11491
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardig asielrelaas met elementen van zwarte magie
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiser, een Gambiaanse nationaliteit, tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had op 6 mei 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke op 28 juni 2023 als kennelijk ongegrond werd afgewezen. De rechtbank heeft de zaak op 26 juli 2023 behandeld, waarbij zowel eiser als zijn gemachtigde, alsook de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren.
De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de aanvraag terecht als kennelijk ongegrond heeft afgewezen. Eiser heeft zijn asielaanvraag onderbouwd met claims over zwarte magie en voodoo, waarbij hij stelt dat zijn stiefmoeder betrokken was bij deze praktijken. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris terecht twijfels heeft geuit over de geloofwaardigheid van deze claims, vooral gezien de inconsistenties in de verklaringen van eiser over de tijdlijn van zijn problemen en de redenen voor zijn vertrek uit Gambia.
De rechtbank wijst erop dat eiser niet overtuigend heeft aangetoond dat hij daadwerkelijk gevaar liep door de vermeende zwarte magie. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris niet onterecht heeft gesteld dat eiser zijn verklaringen heeft gebaseerd op vermoedens van anderen en dat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar zijn situatie. Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond en wijst de verzoeken om proceskostenvergoeding af.