3.4.Gebruikte bewijsmiddelen
De rechtbank heeft hierna opgenomen de wettige bewijsmiddelen met de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden.
Elk bewijsmiddel wordt -ook in zijn onderdelen- slechts gebruikt tot bewijs van dat bewezenverklaarde feit, of die bewezenverklaarde feiten, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt – tenzij anders vermeld – bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het [nummer] , van de politie eenheid Den Haag (doorgenummerd pagina 1 t/m 154).
Ten aanzien van de feiten 1 en 3
1. De verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 14 juli 2023, voor zover inhoudende:
De donkergrijze Volkswagen Golf met [kenteken] is van mij. Ik heb op 9 mei 2020 in die auto ’s nachts gereden over de A4, ik wilde vanuit Rotterdam naar Den Haag, waar ik woon. Ik had die avond XTC gebruikt.
2. Een geschrift, te weten een ‘rapport alcohol en drugs in het verkeer’, opgemaakt op 12 juni 2020 door [naam 1] , forensisch toxicoloog, voor zover inhoudende (p. 87-91):
Bloed van [verdachte] , bevat: 486 microgram MDMA per liter bloed, 25 microgram MDA per liter bloed, 511 microgram Groep amfetamineachtigen per liter bloed.
3. Het proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] , opgemaakt op 10 mei 2020, voor zover inhoudende (p. 26-27):
Op vrijdag 9 mei 2020, omstreeks 02:30 uur, reed ik in mijn eigen auto, een Toyota Aygo,
op de snelweg A4 links, ter hoogte van HM (
de rechtbank begrijpt: hectometerpaal) 37,5. Ik reed in de richting van Amsterdam. Op enig moment zag ik dat de auto voor mij plots naar rechts uitweek. Ik zag ineens koplampen op mij afkomen. Het ging heel snel en ik reageerde door te remmen en te sturen om die spookrijder te ontwijken. Toen ben ik gaan slippen en tollen en over de kop gevlogen. Ik heb heel veel pijn in mijn spieren, mijn rug, mijn zij, eigenlijk overal. Ik heb pijnstillers.
4. Het proces-verbaal van verhoor van [getuige 1] , opgemaakt op 9 mei 2020, voor zover inhoudende (p. 28-29):
Ik ben vrachtwagenchauffeur. Ik reed vandaag 9 mei 2020 omstreeks 02:20 uur op de A4
in de richting van Amsterdam. Ik reed ter hoogte van hectometerpaal 39.3 op de A4 links en
zag eerder in mijn spiegels een voertuig naderen. Ik zag dat dit voertuig zijn grote licht
voerde, slingerde naar links en rechts en zag dat het voertuig met zijn grote licht aan in mijn
richting bleef rijden. Ik reed met mijn vrachtwagen ongeveer 80 kilometer per uur. Het
eerdergenoemde voertuig haalde mij in met een snelheid van ongeveer 100 kilometer per
uur. Ik besloot gezien de rijstijl en bijzonderheden welke hij vertoonde dat de bestuurder
van dit voertuig vertoonde de politie te bellen om melding te maken.
Opmerking [verbalisant 1] : De getuige maakte melding bij de politie, waarna er een
politie eenheid naar de A4 links ter hoogte van hectometerpaal 39.3 werd gestuurd.
Ongeveer een minuut later werd er door een andere melder een melding gemaakt op de A4
links ter hoogte van hectometerpaal 37.6. Aldaar zou een voertuig over de kop zijn geraakt.
Ik zag dat het voertuig wat dit rijgedrag vertoonde een grijze Volkswagen type Golf
betrof en voorzien was van het [kenteken] . Ik bleef in de richting van Amsterdam
rijden en verloor het voertuig even later kort uit het zicht. Niet veel later zag ik plots dat er
een voertuig, in tegengestelde richting dus spookrijdend, via de A4 links in de richting van
Den Haag reed. Dit voertuig reed met een hoge snelheid. Ik zag dat dit een klein, grijs
voertuig betrof. Even verderop zag ik plots dat er een voertuig op zijn kop lag.
5. Het proces-verbaal van verhoor van [getuige 1] , opgemaakt op 25 juni 2020, voor zover inhoudende (p. 30-31):
A; Het is qua tijd wel mogelijk dat de bestuurder van de Volkswagen Golf, kort nadat ik
hem uit het zicht was verloren, is gaan spookrijden.
6. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 14 mei 2020 door [getuige 2] , voor zover inhoudende (p. 34-36):
Op zaterdag 9 mei 2020, omstreeks 02:30 uur reed ik in mijn personenauto op de
autosnelweg 4 (A4) links, komende uit de richting van Den Haag en gaande in de richting
van Amsterdam. Ik reed op voornoemde snelweg, ongeveer ter hoogte van hectometerpaal
37,3, ter hoogte van Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg. Ik zag dat op
ongeveer 75 meter voor mij nog een personenauto reed. Ik zag tevens, dat voor deze auto
nog een donkere dan wel zwarte personenauto reed. Ik zag dat de donkere dan wel zwarte
personenauto die voor de personenauto reed voor mij, op de rechterbaan reed. Ik zag
vervolgens dat deze zwarte personenauto half de vluchtstrook opreed en opeens een bocht
maakt. Ik zag toen dus dat deze auto keerde en een U bocht maakte en zo tegengesteld aan
de rijrichting ging rijden aan voor mij de linkerzijde van de snelweg (zijnde voor mij de
linker rijbaan). Ik zag dat deze zwarte personenauto snelheid maakte en al spookrijdend in
mijn richting kwam rijden. Ik zag aan de voor mij linkerzijde van de snelweg, dat er
lichtflitsen waren bij de aldaar geplaatste vangrail en dat er kennelijk een auto tegenaan was
gereden en er een ongeval had plaatsgevonden. Hierna ben ik teruggelopen naar mijn
voertuig wat ongeveer 300 meter verderop op de vluchtstrook stil stond. Nadat ik hier was
aangekomen nam ik om 02:42 uur een foto van de betreffend plek van hectometerpaal 37,3.
Ik zag een donkere dan wel een zwarte personenauto die keerde op de snelweg. Ik meen te
hebben gezien dat het hier een personenauto van het merk Volkswagen Golf betrof.
7. Het proces-verbaal van verhoor van getuige I. Boukhezra, opgemaakt op 9 mei 2020, voor zover inhoudende (p. 38-39):
Ik reed vandaag, zaterdag 9 mei 2020, omstreeks 02.15 uur op de A4 links in de richting van
Amsterdam. Op een gegeven moment zag ik een personenauto in tegengestelde richting aan
komen rijden op rijstrook 1, een zogenoemde spookrijder. Volgens mij was dit voertuig een
Volkswagen Golf.
8. Het proces-verbaal van verhoor van [slachtoffer] , opgemaakt op 28 februari 2022, voor zover inhoudende (aanvullend proces-verbaal van bevindingen, [nummer] , geen paginanummering):
Wat ik niet begrijp is dat de spookrijder niet uitgeweken is om een aanrijding met mij te
voorkomen. Door het ongeval heb ik letsel oplopen. Ik had kneuzingen in mijn nek en
schouders en had veel pijn. Sinds het ongeval ben ik onder behandeling bij mijn huisarts met
pijnstilling. Tot de dag van vandaag heb ik nog veel last van mijn nek en schouders.
Volgens mijn huisarts heb ik een whiplash opgelopen. Ik heb pijn bij het draaien van mijn
hoofd, liggen en kan bijvoorbeeld geen zware dingen tillen. Ik gebruik nu nog dagelijks
pijnmedicatie op voorschrift van mijn huisarts. Ik ben hiervoor ook nog steeds onder
behandeling bij een fysiotherapeut. Ik ben een tijd ziek geweest voor mijn werk en ben op
therapeutisch basis weer een paar uur gaan werken. Dit ging niet goed en ben nu weer
volledig ziek gemeld. Dit alles geeft mij erg veel stress en is er nog geen volledig herstel in
zicht. Het ongeval heb ik gelukkig overleeft, maar heeft mijn leven drastisch veranderd.
9. Een geschrift, te weten een medisch verslag, opgemaakt door [naam 2] op 8 juni 2022, voor zover inhoudende:
Verslag 09-05-2020 van Afdeling Spoedeisende Hulp:
Conclusie: hematoom thoraxwand rechts met lokaal forse drukpijn, op CT-scan thorax geen ribfracturen of klaplong (pneumothorax). Contusie elleboog met schaafwondjes. Beleid: naar huis, uitleg. Pijnstilling met diclofenac en paracetamol. Via huisarts controle mammografie (bij toevalsbevinding rechterborst).
Brieven 26-06-2020, 21-08-2020 en 04-12-2020 van [bedrijfsarts 1] :
Geen verbetering in beperkingen en mogelijkheden. Betrokkene is verwezen naar Winnock.
Brief 18-12-2020 van [bedrijfsarts 1] :
Betrokkene start 19-01-2021 met een multidisciplinair traject bij Winnock. Na afronding van het traject veronderstelt ondergetekende een inschatting te kunnen maken van de prognose van de verdere verzuimduur.
Brief 29-01-2021 van [bedrijfsarts 1] :
Na ruim 8 maanden kan betrokkene voor het eerst weer op de werkvloer verschijnen.
Brief 12-04-2021 van [bedrijfsarts 2]:
Betrokkene is nog onder behandeling in de curatieve zorgsector. Haar situatie is nog niet stabiel. Beperkingen: in bukken, knielen, hurken, zwaar tillen, sjouwen, duwen, trekken, energetische beperkingen. Adviezen: opbouwen in werk tot aan week 20 besproken met dan elke week met 30 minuten per dag uitbreiden.
Uw verslag 28-09-2021:
Rapport Personenschade.
Klachten na het ongeval: nek-, rug- en schouderklachten. Betrokkene consulteerde een fysiotherapeut en psycholoog.
Huidige klachten: last rechter schouder (na het werk of verrichten van huishoudelijke taken). Pijn onderrug bij verkeerd liggen, lang lopen en lang zitten. Tevens nekklachten aan de achterzijde van de nek. Voor het ongeval: geen eerdere klachten, geen eerdere ongevallen.