Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam 1], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 juli 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Somalische minderjarige, eiser, die vreesde voor de familie van zijn zwangere vriendin. Eiser had op 10 september 2022 een asielaanvraag ingediend, maar deze werd op 25 april 2023 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen. Eiser stelde dat hij bedreigd werd door de familie van zijn vriendin, die hem zou willen vermoorden vanwege de zwangerschap van zijn vriendin. De rechtbank heeft de zaak op 13 juli 2023 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was.
De rechtbank oordeelde dat, hoewel de identiteit en nationaliteit van eiser geloofwaardig waren, hij niet aannemelijk had gemaakt dat hij bij terugkeer naar Somalië een reëel risico op ernstige schade zou lopen. De rechtbank concludeerde dat de bedreigingen van de familie van de vriendin niet voldoende onderbouwd waren en dat eiser niet had aangetoond dat hij in een onveilige situatie zou verkeren. Bovendien werd vastgesteld dat eiser in Somalië over adequate opvang beschikte, aangezien hij contact had met zijn moeder en zussen die hem konden opvangen.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat de staatssecretaris terecht had geoordeeld dat eiser niet in aanmerking kwam voor een asielvergunning. De rechtbank benadrukte dat eiser niet had aangetoond dat de discriminatie die hij zou ondervinden als gevolg van zijn afkomst, zodanig ernstig was dat hij niet op maatschappelijk en sociaal gebied zou kunnen functioneren. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.