ECLI:NL:RBDHA:2023:11089
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van asielaanvraag van vreemdeling met onbekende bestemming
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 juli 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de niet-ontvankelijkheid van een asielaanvraag. Eiseres, een vreemdeling van Somalische nationaliteit, had op 24 maart 2023 een asielaanvraag ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag op 25 april 2023 niet-ontvankelijk verklaard, omdat eiseres reeds internationale bescherming genoot in Zweden. Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, maar haar gemachtigde heeft zich op 8 mei 2023 aan de zaak onttrokken.
De rechtbank heeft vastgesteld dat, ondanks herhaalde verzoeken om aan te geven welke advocaat de zaak zou overnemen en of eiseres het beroep ter zitting behandeld wilde zien, eiseres niet heeft gereageerd. De rechtbank heeft vervolgens ambtshalve de vraag onderzocht of eiseres nog belang had bij een inhoudelijke beoordeling van haar beroep. Gezien het feit dat eiseres op 23 mei 2023 haar woonruimte heeft verlaten en met onbekende bestemming is vertrokken, concludeert de rechtbank dat eiseres kennelijk geen prijs meer stelt op de door haar aanvankelijk gezochte bescherming in Nederland.
Op basis van deze overwegingen heeft de rechtbank geoordeeld dat eiseres geen rechtens te beschermen belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep. De rechtbank heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en de uitspraak is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.