ECLI:NL:RBDHA:2023:1025

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 februari 2023
Publicatiedatum
2 februari 2023
Zaaknummer
NL22.26872 en NL22.26874
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot Dublin-overdracht naar Spanje

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 2 februari 2023 uitspraak gedaan in de zaken NL22.26872 en NL22.26874, waarin verzoekers, [naam 1] en [naam 2], een voorlopige voorziening vroegen in het kader van hun asielaanvraag. De verzoekers hadden eerder aanvragen ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvragen zijn door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen. De reden hiervoor was dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvragen op basis van de Dublin-verordening.

De verzoekers hebben tegen de besluiten van de staatssecretaris beroep ingesteld en tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 25 januari 2023, waarbij de verzoekers werden bijgestaan door hun gemachtigde, mr. M.P. Gaal - de Groot, en een tolk. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door mr. B.H. Werink.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er inmiddels een uitspraak is gedaan in de aan deze zaken gerelateerde zaken NL22.26871 en NL22.26873. Aangezien er nu een uitspraak is gedaan op de beroepen, is er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De verzoeken zijn daarom afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, in aanwezigheid van griffier A.P. Kuiters, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummers: NL22.26872 en NL22.26874

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[naam 1] en [naam 2] , verzoekers

V-nummers: [nummer 1] en [nummer 2]
(gemachtigde: mr. B.H. Werink),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. M.P. Gaal - de Groot).

Procesverloop

Bij afzonderlijke besluiten van 29 december 2022 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvragen van verzoekers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekers hebben tegen de bestreden besluiten beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken, gelijktijdig met de zaken NL22.26871 en NL22.26873, op 25 januari 2023 op zitting behandeld. Verzoekers zijn verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde. Tevens was een tolk aanwezig. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.26871 en NL22.26873, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van A.P. Kuiters, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.