Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 13 juli 2023 in de zaak tussen
de Stichting Federatie Eekta, uit Den Haag, eiseres
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
6. Een bestuursorgaan heeft bij het toekennen van subsidie een grote mate van beoordelingsvrijheid. Verweerder heeft de aanvraag voor 2021 - zoals die besloten ligt in een bijlage bij het visiedocument 2020-2030 gekwalificeerd als een aanvraag in het kader van het Actieprogramma Haags Ouderenbeleid - niet afgewezen omdat het doel niet duidelijk was, maar omdat de subsidie niet past binnen het beleid van de gemeente. De aanvraag voor een subsidie van € 246.278,- ziet niet op een specifieke geldende subsidieregeling en verder is de aanvraag ook niet ingediend met gebruikmaking van een daarbij door het college vastgesteld formulier. Verweerder heeft zich gelet hierop onder verwijzing naar artikel 11, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020 in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de aangevraagde subsidie niet past binnen het beleid van de gemeente. Hieraan kan niet afdoen dat aan eiseres subsidie voor 2022 van circa € 84.000,- is toegekend. Die subsidie is gebaseerd op de Subsidieregeling Samen Sociaal en Vitaal Den Haag 2021. De subsidie is toegekend omdat de gemeenteraad in een motie heeft opgeroepen van 2022 een overgangsjaar te maken en alle aanvragen te honoreren.