ECLI:NL:RBDHA:2023:10050
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag Libische verzoeker
In de zaak tussen een Libische verzoeker en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 juli 2023 uitspraak gedaan. De verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke op 11 mei 2023 door de staatssecretaris was afgewezen als kennelijk ongegrond. Hiertegen heeft de verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 20 juni 2023 in Groningen, waar de verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. S.J. de Vries, en de staatssecretaris werd vertegenwoordigd door mr. H. Meijerink.
De verzoeker, die van Libische nationaliteit is, heeft zijn situatie toegelicht. Echter, op dezelfde dag heeft de rechtbank ook uitspraak gedaan in een andere zaak (NLNL23.14348) die verband houdt met het beroep van de verzoeker. Gezien deze uitspraak was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, in aanwezigheid van griffier mr. M.A. Buikema, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.