Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Bij beschikking van 23 oktober 2019 is eiser in het bezig gesteld van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, geldig vanaf 1 februari 2020. Deze verblijfsvergunning is per 1 september 2020 ingetrokken wegens onvoldoende studievoortgang.
(p. 11 en 12 nader gehoor). Verweerder volgt eiser in zijn standpunt dat zijn verklaringen niet wisselend zijn als het gaat om zijn desinteresse voor meisjes, maar blijft eiser tegenwerpen dat hij wisselend heeft verklaard over wanneer zijn desinteresse voor meisjes precies is ontstaan en vervolgens voor hem ook zeker werd. De rechtbank vindt dat aan eiser kan worden toegegeven dat zijn verklaringen op dit punt niet direct wisselend of tegenstrijdig zijn. Eiser heeft namelijk ook verklaard dat hij tussen zijn zestiende en achttiende levensjaar nog niet zeker wist of hij alleen op jongens viel en dat dit voor hem pas duidelijk is geworden omstreeks zijn achttiende levensjaar (p. 10 en 11 nader gehoor). Over zijn gedachten, gevoelens en (eventuele) twijfels bij de ontdekking dat hij op jongens valt en wat zijn eerste seksuele ervaringen bij hem losmaakten, heeft eiser echter slechts weinig en oppervlakkig verklaard. Verweerder heeft dan ook niet ten onrechte tegengeworpen dat van eiser verwacht mag worden dat hij kan uitleggen hoe en wanneer hij erachter kwam dat hij op jongens viel, welke momenten daarin betekenisvol waren en hoe zijn gedachten daarover zich vormden. Zoals verweerder ter zitting ook met voorbeelden heeft toegelicht, volgt uit de gehoren dat verweerder wel degelijk heeft gevraagd naar diepere inzichten of details over gebeurtenissen, gedachten of gevoelens. Zo heeft verweerder gevraagd wat eiser vond van zijn gedachten over seks met jongens. Eisers antwoord daarop is beperkt gebleven tot de mededeling dat hij er niks aan kon doen en hij deze gedachten niet kon stoppen en ook niet wilde stoppen (p. 13 aanvullend gehoor). Verweerder heeft eiser daarop gevraagd waarom hij zijn gedachten aan jongens niet wilde stoppen, terwijl hij tegelijkertijd heeft verklaard dat hij graag zoals de andere jongens wilde zijn en gewoon over meisjes wilde denken. Eiser herhaalt vervolgens enkel zijn eerdere verklaring dat hij voor zijn zestiende niet over meisjes praatte omdat hij voor hen geen belangstelling had en hij later die kant op ging waar hij wel belangstelling voor had (seks met jongens) (p. 13 aanvullend gehoor). Ook op vragen van verweerder aan eiser die inhouden wat het met hem doet dat zijn familie, de maatschappij en zijn geloof zijn geaardheid niet accepteren en dat hij zich niet kan uiten, zijn de antwoorden van eiser beperkt gebleven tot de mededeling dat ‘hij bang was dat iets naar buiten zou komen of iemand het aan zijn familie zou vertellen, maar dat hij ondanks zijn angst zich niet kon veranderen en wilde zijn zoals hij was (p. 15 nader gehoor). Verweerder heeft eiser ook gevraagd wat hij ervan vindt dat hij niet kan voldoen aan het traditionele gezin waar in Pakistan veel waarde aan wordt gehecht. Daarop antwoordt eiser slechts dat hij dat hier wel kan doen en samen met zijn partner kinderen kan adopteren (p. 18 aanvullend gehoor). Ook heeft eiser verklaard dat hij weet dat homoseksualiteit niet wordt geaccepteerd in zijn geloof maar dat je als mens zondes begaat (p. 19 nader gehoor). Verweerder verwacht niet ten onrechte van eiser dat hij, in antwoord op de hem hiertoe gestelde vragen, meer en diepgaander dan hij heeft gedaan kan verklaren. Het proces van ontdekking is immers een belangrijke en ingrijpende gebeurtenis in iemands leven en dat geldt in het geval van eiser des te meer nu eiser heeft verklaard dat zijn homoseksuele geaardheid door de gemeenschap in Pakistan, zijn geloof (islam) en ook door zijn familie ten strengste wordt afgekeurd. Verweerder stelt niet ten onrechte dat de oppervlakkige verklaringen van eiser over deze aspecten afbreuk doen aan de geloofwaardigheid van de gestelde homoseksuele geaardheid, temeer nu het bewustwordingsproces van eiser twee jaren heeft geduurd. De rechtbank volgt eiser ook niet in zijn betoog dat verweerder heeft nagelaten te concretiseren wat van eiser meer verwacht had mogen worden. Verweerder heeft zowel in het voornemen als in het bestreden besluit toegelicht dat van eiser verwacht wordt dat hij kan toelichten hoe hij zich realiseerde dat hij ‘anders’ was en hoe hij dit persoonlijk heeft beleefd (p. 4 en 5 voornemen en p. 4 en 5 bestreden besluit). Verweerder heeft zich daarbij redelijkerwijs op het standpunt mogen stellen dat dit van eiser verwacht mag worden, nu hij inmiddels volwassen is, heeft gestudeerd, al enkele relaties heeft gehad en hij de ontdekking van zijn homoseksuele geaardheid heeft gedaan in een land waarin dit streng wordt afgekeurd. Verweerder heeft bovendien ter zitting terecht gesteld dat verweerder eiser de gelegenheid moet bieden om zijn verhaal te vertellen en door moet vragen, maar dat het uiteindelijk aan eiser is om een authentiek verhaal te vertellen en duidelijke verklaringen af te geven.