ECLI:NL:RBDHA:2022:9922

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 september 2022
Publicatiedatum
29 september 2022
Zaaknummer
NL22.15861
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 15 september 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. E.G. Grigorjan, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die op 15 augustus 2022 had besloten de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling te nemen. Tijdens de zitting op 15 september 2022 zijn verzoeker en zijn gemachtigde niet verschenen, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door mr. E. van Hoof.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld, maar heeft dit verzoek afgewezen. De reden voor de afwijzing was dat er op dezelfde dag een uitspraak was gedaan in de aanverwante zaak met nummer NL22.15860, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig was. Daarnaast werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

De uitspraak is gedaan door mr. K. Verschueren, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van griffier R. Ben Sellam. De zaak betreft bestuursrecht en vreemdelingenrecht, en is geregistreerd onder zaaknummer NL22.15861.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.15861
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam verzoeker], verzoeker,

V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. E.G. Grigorjan),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,

(gemachtigde: mr. E. van Hoof).

Procesverloop

Bij besluit van 15 augustus 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL22.15860, op 15 september 2022 op zitting behandeld. Verzoeker en zijn gemachtigde zijn, met voorafgaand bericht, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.15860, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 15 september 2022 door mr. K. Verschueren, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van R. Ben Sellam, griffier, en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.