Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
.Ten aanzien van Duitsland mag niet van het interstatelijk vertrouwensbeginsel worden uitgegaan, aldus eiser. Hij is niet eerlijk behandeld door de Duitse politie. Eiser stelt dat hij zichzelf heeft gemeld bij de politie en daarna een asielaanvraag heeft ingediend. De Duitse politie stelt echter dat zij eiser staande hebben gehouden, waarna hij asiel heeft aangevraagd. Daarbij komt dat eiser niet gewezen is op zijn recht op rechtshulp om beroep aan te tekenen nadat zijn aanvraag was afgewezen. Zelf had eiser geen geld om een advocaat te betalen. Daardoor heeft eiser er geen vertrouwen in dat diezelfde Duitse overheid hem effectief kan helpen en beschermen. Dat eiser zijn stellingen niet met documenten kan onderbouwen, mag hem niet tegengeworpen worden. Verweerder dient op grond van artikel 3:2 van de Awb nader onderzoek in te stellen. Ook vreest eiser bij overdracht refoulement.