4.1.Het bestuursorgaan kan bijstand of vertegenwoordiging door een persoon tegen wie ernstige bezwaren bestaan, weigeren.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
5. De rechtbank stelt voorop dat er geen regeling is op grond waarvan leden van een Adviescommissiekunnen worden gewraakt.Daarnaast heeft eiser niet aannemelijk gemaakt dat een van de leden van de commissie die op 23 juni 2021 een advies over het bezwaarschrift van eiser heeft uitgebracht, vooringenomen zou zijn.
5. De rechtbank overweegt verder dat een bestuursorgaan een gemachtigde slechts mag weigeren in uitzonderlijke gevallen. Er moeten ernstige bezwaren aan de orde zijn. Op grond van de geschiedenis van de totstandkoming van deze bepaling kunnen deze bezwaren van uiteenlopende aard zijn. Gedacht kan worden aan gevallen van ernstige ondeskundigheid. Ook kan gedacht worden aan gemachtigden die herhaaldelijk de normale gang van zaken, eventueel met bedreiging van geweld, verstoren. Het bestuursorgaan mag van zijn bevoegdheid in geen geval gebruik maken om zich van een bekwame en daardoor lastige tegenstander te ontdoen.Vanwege de aard van deze bevoegdheid dient de rechter vol te toetsen of ernstige bezwaren in de zin van deze bepaling bestaan.
6. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder voldoende gemotiveerd waarom er ernstige bezwaren zijn tegen eiser om hem als gemachtigde op te laten treden. Uit het procesdossier blijkt dat eiser in vele mailwisselingen en telefoongesprekken beledigend en intimiderend taalgebruik heeft geuit naar medewerkers van de gemeente. Een concreet voorbeeld hiervan is het contactverbod dat aan eiser op 21 mei 2021 is opgelegd nadat hij een medewerker van de GGD op zeer ongepaste wijze aan de telefoon heeft uitgescholden. Een ander voorbeeld betreft de mailwisselingen van 8 juli 2020 en 3 december 2020, waarin eiser aangeeft aangiftes te hebben ingediend tegen vele gemeentemedewerkers.
De rechtbank vindt het aannemelijk dat het taalgebruik – zoals dat voor geruime tijd richting medewerkers van de gemeente wordt gebruikt – én het dreigen met aangiftes, de normale gang van zaken bij de gemeente meer dan eens verstoort. De rechtbank acht ook waarschijnlijk dat eisers langdurige en systematische taalgebruik richting deze medewerkers een negatieve weerslag kan hebben op de behandeling van zaken door verweerder waarin eiser als gemachtigde optreedt. Dit gedrag kan eiser worden toegerekend. De belangen van de cliënten van eiser komen daardoor in het gedrang. Aangenomen mag worden dat eiser zijn cliënten daardoor ernstige schade kan toebrengen. Een voorbeeld hiervan ziet de rechtbank in eisers verwijzing naar het bindend advies van de Geschillencommissie Publieke Gezondheid. Uit dit bindend advies blijkt namelijk dat de client van eiser ten onrechte niet medisch gekeurd werd. Dit was een gevolg van het gedrag van eiser die met zijn client mee was. Hierdoor kon de client niet worden gekeurd en moest hij met tussenkomst van de politie, samen met eiser het pand te verlaten. Deze rechtbank - in andere samenstelling – heeft zich hierover uitgelaten in haar uitspraak van 27 juni 2022, SGR 22/1197. De rechtbank acht het dan ook niet onredelijk dat cliënten van eiser tegen hem beschermd moeten worden. De rechtbank is dan ook van oordeel dat sprake is van ernstige bezwaren.De belangen van medewerkers van de gemeente die ook bescherming behoeven, worden door de weigeringen indirect beschermd.
Waar gaat zaak SGR 22/4024 over?
7.
Dit beroep ziet op een brief over het verlengen van de gebouwontzegging van eiser, de uitbreiding van het opgelegde contactverbod en bevat de waarschuwing dat bij overtreding daarvan tegen eiser kortgedingprocedures zullen worden gestart en de politie wordt ingeschakeld.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
8. Bij de bestuursrechter kan enkel beroep worden ingesteld tegen besluiten.Daarvan is hier geen sprake omdat een contactverbod niet kan worden aangemerkt als een besluit. Omdat er alleen beroep mogelijk is tegen een besluit betekent dit dat de bestuursrechter onbevoegd is om op het beroep van eiser te beslissen. De rechtbank zal zich daarom onbevoegd verklaren. Als eiser een oordeel van de rechter wenst over het gestelde onrechtmatige handelen van de gemeente en de daaruit voortvloeiende schade, moet hij hiervoor een procedure bij de civiele rechter starten. Op de zitting is verklaard dat verweerder een kort geding tegen eiser heeft aangespannen.
Conclusie
9. Het beroep tegen het bestreden besluit is ongegrond.
10. De rechtbank is niet bevoegd om kennis te nemen van het beroep tegen de brief van 2 juni 2022.
11. Voor een veroordeling van verweerder in de proceskosten en vergoeding van de betaalde griffierechten ziet de rechtbank geen aanleiding.