ECLI:NL:RBDHA:2022:933

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
19 januari 2022
Publicatiedatum
10 februari 2022
Zaaknummer
09/008346-22
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bedreiging van een lid van de Tweede Kamer met brandstichting en bedreiging van een oud-topambtenaar

Op 19 januari 2022 heeft de politierechter in de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van bedreiging van een lid van de Tweede Kamer, [aangeefster], en een oud-topambtenaar, [aangever]. De zaak kwam voort uit een incident op 5 januari 2022, waarbij de verdachte samen met een medeverdachte met een brandende fakkel voor de woning van [aangeefster] stond en haar bedreigde. De verdachte filmde het incident en zond dit live uit op het sociale mediakanaal Onrecht TV. De politierechter oordeelde dat de verdachte, door haar actieve rol in het filmen en uitzenden van de bedreiging, als medepleger kan worden aangemerkt. De rechter concludeerde dat de bedreigingen, zowel tegen [aangeefster] als [aangever], voldoende ernstig waren om bij de slachtoffers vrees te veroorzaken voor geweld. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden en een vrijheidsbeperkende maatregel van twee jaar, die haar verbiedt zich in de nabijheid van de slachtoffers te bevinden en contact met hen op te nemen. De rechter benadrukte dat het bedreigen van politici onacceptabel is en dat dergelijke acties niet getolereerd kunnen worden in een democratische samenleving.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Politierechter
Parketnummer: 09/008346-22
Proces-verbaal van de terechtzitting, houdende aantekening van het mondelinge vonnis
Proces-verbaal van de in het openbaar gehouden terechtzitting van de politierechter in bovengenoemde rechtbank op 19 januari 2022.
Tegenwoordig zijn:
mr. B.W. Mulder, politierechter,
mr. E. Scholten, griffier,
mr. W.J. Veldhuis, officier van justitie.
De politierechter doet de zaak tegen na te noemen verdachte uitroepen.
De verdachte, ter terechtzitting aanwezig, antwoordt op de vragen van de politierechter te zijn genaamd:

[verdachte],

geboren te [plaats] op [datum] 1977,
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting Utrecht, locatie Nieuwersluis.
Als raadslieden van de verdachte zijn ter terechtzitting aanwezig mr. W.A.P. Gerbrandij en mr. V.R.C. Shukrula, advocaten te Amsterdam.
De politierechter vermaant de verdachte oplettend te zijn op hetgeen zij zal horen en deelt haar mede dat zij niet tot antwoorden verplicht is.
De politierechter deelt mede dat de zaak gelijktijdig, maar niet gevoegd, wordt behandeld met de zaak tegen de medeverdachte [medeverdachte] (parketnummer 09/004653-22).
De officier van justitie draagt de zaak voor.
De officier van justitie vordert dat na te noemen op schrift gestelde wijziging in de tenlastelegging zal worden toegelaten. De politierechter wijst deze vordering, na de verdachte en dier raadslieden dienaangaande te hebben gehoord toe, en beveelt dat de tenlastelegging zal worden gewijzigd als omschreven in de aan dit procesverbaal gehechte vordering (bijlage 1).
De griffier verstrekt een gewaarmerkt afschrift van de gewijzigde tenlastelegging aan de raadslieden van de verdachte.
Met toestemming van de verdachte en haar raadslieden wordt het onderzoek aanstonds voortgezet.
De politierechter stelt vast dat als getuigen zijn verschenen twee personen, te weten [getuige 1] en [getuige 2].
De raadsman mr. Gerbrandij deelt desgevraagd mede - zakelijk weergeven -:
De verdediging verzoekt deze personen als getuigen te horen. [getuige 2] zou uitleg kunnen geven over de huisvesting van mijn cliënt. Mijn cliënt kan een vaste woon- of verblijfplaats hebben. [getuige 1] heeft autorisatierechten op het platform Onrecht TV en zij heeft ervoor gezorgd dat het filmpje dat gemaakt is door mijn cliënt is verwijderd. Ze kan informatie geven over de inhoud van de conversatie tussen haar en mijn cliënt. Dit is belangrijk, omdat de politie in het dossier de indruk wekt dat Onrecht TV video’s verwijdert van de door haar beheerde platforms wanneer men in de gaten krijgt dat er een strafbaar feit is gepleegd. Daar willen wij tegen ageren.
De officier van justitie voert het woord:
Als [getuige 1] de opdracht heeft gekregen van de verdachte om het filmpje te verwijderen dan ben ik erin geïnteresseerd. Als het niet zo is valt het buiten het feitencomplex en dan hoeft de getuige niet gehoord te worden. Ik zal er geen punt van maken. De verklaring van de [getuige 2] raakt aan de grond vluchtgevaar van de voorlopige hechtenis van de verdachte. Ik kan me voorstellen dat het horen van deze getuige wordt toegewezen.
De politierechter deelt mee dat beide getuigen zullen worden gehoord, omdat dat in het belang van de verdediging is. Dit zal gebeuren op een nader te bepalen moment in de loop van de zitting.
De politierechter deelt mede de korte inhoud van alle stukken van het onderzoek, voor zover van belang met het oog op enige door de politierechter te nemen beslissing.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Mijn eerste reactie is dat ik onschuldig ben.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven op pagina’s 18-20 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Ik ben geëmotioneerd door de hele situatie. Vanwege wat er gebeurd is en vanwege het feit dat ik hier nu zit. We hadden afgesproken op het Plein om 19:00 uur. We lopen elke woensdagavond door heel Nederland. Ik ben op meerdere plekken om te filmen. [medeverdachte] had gevraagd of ik naar [plaats] wilde komen. Het was afwachten wie er allemaal kwamen. We waren met 12 tot 15 mensen. [medeverdachte] had een plan. [medeverdachte] had mij verteld dat we met lantaarns en lichtjes door de straat van [aangeefster] gingen lopen. Dat wist ik wel. Dat hadden ze mij verteld. Ik wist zelf het adres niet. Ik zag er niets strafbaars in om door de straat te lopen. Tijdens dat ik live ben zie ik iets achter mij. Ik interpreteer daarop dat we een fakkel hebben. Een man met een rood bolhoedje had die fakkel mee. Ik wist niet dat het de bedoeling was. Ik was verder in de straat en zij stonden op een hoek. Ik wist niet dat ze hem gingen aansteken. Zij zouden eraan komen en dan zou ik dat goed in beeld brengen. Het livestreamen was op verzoek van [medeverdachte]. Mijn gevoel was dat we niet moesten gaan livestreamen, maar ik heb me laten overrulen. Het is dan live te volgen via het Facebookaccount van Onrecht TV. Als je het op de pagina laat staan dan kan je het wel terugkijken. Als je het verwijdert dan is het weg. [medeverdachte] wilde in een ander gebied gaan lopen dan in het centrum van Den Haag. Als je daar als demonstrant gaat lopen dan is het binnen vijf minuten klaar. Dat wilde [medeverdachte] voorkomen en zodoende waren we in een ander gebied. Ik had niet bedacht dat dit plan erachter zat. Ik was wel bekend met de eerdere actie bij [naam], want ik zat toen live mee te kijken. Ik wist niet dat hij daarheen ging. Ik heb heel duidelijk gezegd dat we niet bij [aangeefster] aan de deur moesten gaan rotzooien. Zijn reactie daarop was dat we alleen door haar straat en wijk zouden lopen. Dat gebeurt op meer dan 100 plekken door heel Nederland. Het is de eerste keer dat ik zo’n fakkel heb gezien. Ik ben sowieso niet van de fakkels. Eerder zijn haren van een dame in de brand gevlogen. Fakkels laat je thuis en je neemt een lampje mee. Toen ik die fakkel zag, toen dacht ik: oh mijn god daar gaan we weer. Ik dacht weer terug aan het moment dat ik [medeverdachte] live bij [naam] zag. Als [medeverdachte] iets in zijn hoofd heeft is hij niet meer bereikbaar voor de buitenwereld. Daar staan wij als Onrecht TV ook voor. Het is een platform voor mensen die hun eigen vlogjes willen doen. Die mogen dat doen, ook al staan wij niet op dezelfde lijn. We verschillen heel veel van mening. We hebben een aantal regels: niet vloeken of schelden met ziektes, geen politieke voorkeuren in je live en als je gaat radicaliseren ben je weg. Hij maakte normaal gesproken ook eigen filmpjes. Tot het incident bij [naam], want toen is zijn telefoon in beslag genomen. Ik had de livestream moeten stoppen. Ik heb er erg veel spijt van. Het was de situatie. Ik was al overruled, omdat ik niet live wilde gaan. Ik heb hem met zachte dwang en gebaren mee proberen te krijgen. Achteraf gezien had ik de telefoon uit moeten zetten. Ik sta niet achter de actie om bij politici aan huis gaan. Hoe je ook denkt over iemand. Iedereen heeft recht op zijn of haar privacy. Het gaat absoluut te ver. Ik kan het me heel goed voorstellen dat ze angstig was. Niemand mag inbreuk maken op je privacy. [medeverdachte] is degene die naar binnen filmt. [medeverdachte] riep naar mij: “Wat sta je daar nou braaf te doen.” Ik loop naar voren, want ik wil dat [medeverdachte] met mij meegaat. Dan pakt hij mijn telefoon af en filmt naar binnen. Toen zijn hand omhoogging heb ik de telefoon heel snel weer afgepakt.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden die zijn ingebracht door de verdediging.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Op dit filmpje is te zien dat ik aan het filmen ben. Op het moment dat ik nog aan het filmen ben, kun je niet naar binnen kijken, want het was matglas. Daarna pakte hij de telefoon uit mijn hand. Ik probeer hem nog mee te trekken aan zijn jas. U houdt mij voor dat u waarneemt dat er ook al zichtbaar naar binnen wordt gefilmd, als ik de telefoon nog vast heb. Ik heb het niet bewust gefilmd, want ik heb hier al een conversatie met [medeverdachte]. We waren al aan het discussiëren. Ik riep: “Nee, nee, nee.” Dat betekende dat ik niet wilde dat hij de camera zou pakken. Het klopt dat ik niet wist in welke woning [aangeefster] precies woonde, maar iemand attendeerde mij erop. Er gebeurden veel non-verbale dingen. Het was de bedoeling dat we licht gingen brengen en onze stem gingen laten horen. Nadat [medeverdachte] in de straat de woning voorbij is gelopen, wacht ik op de anderen die nog moeten komen. Ik interpreteer hierop dat [medeverdachte] terugkomt. U hoort mij zeggen: “Laten we maar gaan nu.” Ik wilde zeggen dat we moesten gaan weglopen. Ik was alleen maar met [medeverdachte] bezig. Ik wilde het niet verder laten escaleren. Ik ben 50 procent doof, dus ik hoor niet alles. Ik hoorde [aangeefster] niet spreken, maar [medeverdachte] wel. Daardoor heb ik geïnterpreteerd dat [aangeefster] had gezegd dat het bedreigend was. [medeverdachte] zei namelijk: “Ik bedreig niemand.” Ik ga ervan uit dat het een reactie was. Ik hoor de officier van justitie vragen waarom ik toch in de woning heb gefilmd, nadat ik had vastgesteld dat het bedreigend was. Ik heb niet bewust in de woning gefilmd. Ik hoor mijn advocaat vragen of ik [naam] heb gesproken en zo ja, waarover. Ja het klopt dat ik hem heb gesproken. Op uitnodiging van een vriend van mij heb ik hem gesproken in de kantine van de Tweede Kamer. Het was interessant. De QR-code was toen net in werking getreden. Ik ben onderzoeksjournalist. Er is toen inderdaad gesproken over hoe het gaat, de demonstraties en de landelijke bekendheid bij de Tweede Kamer. We hebben een plan gemaakt. Hij zou vermomd met ons meegaan tijdens niet gefaciliteerde demonstraties om te zien hoe het politiegeweld is in Den Haag. Daarover hebben wij meerdere malen contact gehad. [naam] kent mij wel degelijk.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven op pagina’s 64-66 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
De filmpjes worden vaak van het account van Onrecht TV afgehaald en dan worden ze verknipt en geplakt en opnieuw gepost. Ik sta niet achter de woorden van [medeverdachte]. Hij mag zelf zijn wie hij is. Hij is uniek. Mijn rol is dat ik journalist ben van de alternatieve media. Ik zorg dat we kunnen netwerken wereldwijd. Ik ben amicaal in mijn vlogs en door mijn accent en humoristische grapjes krijg ik mensen aan het praten. De eerste opdracht was van de boeren. Toen heb ik zelfs [naam] mogen interviewen. Ik ben de oprichtster van Onrecht TV. U houdt mij voor dat [medeverdachte] het heeft over “wij van Onrecht TV”. We hoeven niet dezelfde lijn en mening te hebben. Ik weet niet meer waar “oog om oog, tand om tand” over ging. Ik weet niet uit welke context het getrokken is. Ik weet niet waar geknipt is in deze video. De video is sowieso langer. Ik meende dat er nog een stuk achteraankwam. Ik eindig nooit abrupt. Ik denk niet dat in het gedeelte dat u liet zien, is geknipt. Wat ik daar doe is aan het eind mensen uitnodigen om naar een demonstratie te komen, maar ik ben het niet eens met de tekst van [medeverdachte].
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven op pagina 92 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Ik heb het niet zo begrepen dat hij bij de politici aan de deur ging staan. Dit was na de tweede arrestatie. Hij heeft tweeëneenhalve dag vastgezeten. Dit was tijdens een geluidsprotest in Den Haag. Ik had het niet verwacht en ik was heel blij dat hij weer terug was. Weet u wel hoeveel telefoontjes en berichtjes ik krijg. Ik weet niet hoeveel miljoen mensen [medeverdachte] volgen. Het is enorm. Ik ben niks anders dan zijn filmer, maar ik lijk wel zijn secretaresse. Ik ben heel amicaal in mijn vlogs. [medeverdachte] roept overal altijd dat ik zijn baas ben. Dat is de reactie daarop. Hij zegt ook dat ik een dertiende maand moet uitkeren. Het is grappend bedoeld. [medeverdachte] moet doen wat hij zelf wil en ik sta niet achter zijn acties. We waren inderdaad samen van plan om naar Brussel te gaan. We hebben een vast clubje waarmee we carpoolen. Dat scheelt ons heel veel geld. Het goedkoper dan als we met de trein naar Brussel zouden gaan. Ik vind het sowieso belangrijk om daar te verbinden met de onafhankelijke media. In dit filmpje zeg ik “minder voordeuren dus.” Ik bedoel dat hij aan geen enkele voordeur meer moet komen.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven in het losbladige proces-verbaal gedateerd 13 januari 2022. [1]
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Ik sta niet achter de woorden die hij uitspreekt, maar het is wel nieuwswaardig. Hij heeft veel volgers en fans. Het is puur voor de kijkcijfers. Het klinkt misschien rot tegenover [medeverdachte]. Hij heeft een hele andere groep volgers. Voornamelijk mensen vanuit het geloof. Er zijn veel mensen die achter hem staan. Dat is voornamelijk de reden waarom we de filmpjes plaatsen. Openbaarheid daarvan is een doel. Iedereen mag het bekijken.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven op pagina 109 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Het is verzet wat hij doet. Daar hoef je niet achter te staan. Ik ben wel degene die ziet wat het met de kijkcijfers doet. [medeverdachte] heeft veel fans. Hij is een BN’er aan het worden. Hij strijdt op zijn manier en ik vind dat hij het goed doet. Ik sta vaak niet achter zijn acties. Hij moet eerst denken en dan pas iets zeggen. Dat zou ik hem willen meegeven. Als er iemand is die geen vlieg kwaad doet dan vind ik dat [medeverdachte] dat is. Het oprichten van Onrecht TV had als doel om een tegengeluid te geven aan de mainstream media. Dat er iemand is die ook de beelden laat zien die op RTL4 of de NOS niet uitgezonden worden. Dat is precies waarom ik zo’n filmpje erop zet.
De politierechter doet de getuige, genaamd [getuige 1], voor zich verschijnen.
De getuige:
naam: [getuige 1];
geboortedatum: [datum];
woonplaats: [plaats];
verklaart geen bloed- of aanverwant van verdachte te zijn en niet op enige manier in dienstbetrekking tot de verdachte te staan. Vervolgens legt zij op de bij de wet voorgeschreven wijze in handen van de politierechter de belofte af de gehele waarheid en niets dan de waarheid te zeggen, alles voor zover hieronder niet anders is vermeld.
De getuige wordt door de raadsman mr. Gerbrandij ondervraagd.
De getuige verklaart, zakelijk weergegeven, als volgt:
[verdachte] en ik doen samen met meerdere mensen Onrecht TV. Daar ken ik haar ook van. Wij vloggen en wij filmen. Het zijn vaak fakkeltochten en demonstratie die wij filmen en vastleggen. We proberen zo onafhankelijk mogelijk dingen vast te leggen. Het plaatsen doen we met z’n allen. [verdachte] plaatst veel en ik plaats veel. Wij plaatsen vaak de berichten. Meerdere mensen gaan live via Facebook. Zij volgen de fakkeltochten of demonstraties live of ze leggen onrecht vast. Uit mijn hoofd zeg ik dat we met ongeveer acht mensen zijn op dit moment. Het zijn allemaal verschillende mensen met verschillende ideeën. Daarin wordt iedereen vrij gelaten. Iedereen bepaalt zelf wat hij wel of niet wil filmen. Vaak wordt er van tevoren aangegeven dat er een fakkeltocht wordt gefilmd. We bepalen niet wat wel en niet live gaat. We vertrouwen op ieders zelfstandigheid. De avond dat [medeverdachte] aan de deur is geweest van [aangeefster] was ik aan het meekijken via de livestream. Op het moment dat ze voorbij de woning van [aangeefster] liepen, had ik niet in de gaten dat het haar woning was, maar ik begon te horen wat er geroepen werd. Toen dacht ik: dit weet ik niet. Dit zou nog weleens geframed kunnen worden door andere mediakanalen. Toen heb ik de livestream gedownload en [verdachte] een berichtje gestuurd. Ik heb gezegd dat het geen goed gevoel gaf en dat andere mensen het kunnen gaan framen. Ik heb voorgesteld om het eraf te halen. Het duurde vijf tot zeven minuten en toen kreeg ik antwoord dat ik het eraf kon halen. Ik ben hiertoe gemachtigd. Er is niets meer over gezegd. Ik heb haar gesproken via WhatsApp. Het is via tekstberichten gegaan. Ik had heb niet het idee dat ik een adviserende rol heb ten opzichte van [verdachte].
De politierechter staat de getuige, met toestemming van de officier van justitie en de verdediging, toe in de zittingszaal plaats te nemen.
De politierechter stelt vast dat de als getuige verschenen persoon [getuige 2] is vertrokken en daarom niet meer gehoord kan worden.
De politierechter houdt enkele passages voor uit tapgesprekken, uitgewerkt op pagina’s 120, 124 en 125 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Ik heb gezegd dat het prima was zo, omdat we de feiten niet meer kunnen veranderen. Ik heb wel vaker dat dingen anders worden geïnterpreteerd dan dat ik ze bedoel, maar dat komt door mijn dialect. Ik heb zelf nog gebeld met het nummer 0900-8844 van de politie. Ik heb gevraagd of ze mij zochten en of ze vragen aan mij wilden stellen. Dat was niet zo. Ik was bereid mezelf te melden. U zegt mij dat u niet echt afkeuring in de gesprekken lijkt te horen. Iemand die is gearresteerd en in de penitentiaire inrichting zit, ga je niet via de telefoon afvallen. Als je een gesprek wil hebben over zo’n situatie dan doe je dat face-to-face. Zulke communicatie doe je niet via de telefoon of social media. Het klopt dat ik naar het huis van bewaring ben gegaan en daar bloemen heb gelegd. Dat was vreedzaam en dat zullen we altijd blijven. Met bloemen breng je liefde. Het klopt dat ik de actie van [medeverdachte] niet steunde, maar hem als persoon wel. [medeverdachte] en ik gaan wel degelijk rond de tafel als het zover is. Ik wil dit soort acties niet meer. Ik mag [medeverdachte] zeker. Hij is een hele goede vriend van mij. Ik houd veel van [medeverdachte]. Ik sta niet achter zijn acties. We zijn het vaak niet eens, maar dat maakt niet dat ik minder van hem houd. Ik zeg die dingen om hem gerust te stellen en om hem te laten weten dat hij er niet alleen voor staat.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven op pagina’s 86 tot en met 91 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de officier van justitie en de raadsman mr. Gerbrandij een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Wat denkt u dat dit was? Een medevlogger is bijna doodgeschoten door de politie in Rotterdam. Op één millimeter na was de aorta geraakt. Hij kwam op de IC terecht en we hebben tot ongeveer half vijf ’s ochtends bij het ziekenhuis gewacht. Hij heeft het op een haar na overleefd. Ik heb heel veel meegemaakt, maar dit was zo’n razzia. Ik kan u de uitkomst van het rechercheonderzoek niet zeggen, maar ik weet heel zeker dat politiekoppen gaan rollen. Dit was een emotioneel moment, een dag later op de Dam. Ik was heel boos, omdat er zoveel mensen neergeschoten waren. Een persoon met een slagaderlijke bloeding die voor mij op de grond lag. En we gingen toch vrolijk lopen met parapluutjes. Ik kon het niet snappen. Als je in zo’n staat komt, waarbij de politie de opdracht ‘shoot to kill’ krijgt. Dat was het oprecht. Er werd gericht op het hart geschoten. Het is een politiestaat aan het worden. Dat is de emotie die u daar ziet. “ACAB” betekent “alle corrupte ambtenaren bestraffen” in onafhankelijk medialand. Dat is al jaren zo. Daar staat het voor mij persoonlijk voor.
Ik heb die nacht uiteindelijk helemaal niet geslapen. Ik was ongeveer acht uur ’s ochtends thuis en ongeveer half twaalf stond ik alweer op de Dam. Ik heb ’s ochtends geprobeerd om de organisatie te bereiken om het hele gebeuren van die nacht te evalueren. Er lagen meer dan twintig personen op de grond met slagaderlijke bloedingen. Ik was daar live aan het filmen. Het was mijn liveblog waarin je iemand ziet neervallen.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
U vraagt mij naar een actie van Onrecht TV in het stadhuis van Den Haag. Wat ik begrepen heb is dat de bodes toen bij ons kwamen en die gaven ons een telefoonnummer met de boodschap dat [naam] wel met ons wilde spreken, maar dat we via zijn secretaresse een afspraak moesten maken. Toen zijn we rustig het pand uit gegaan.
De politierechter toont op schermen in de zittingszaal de bewegende beelden beschreven op pagina’s 27-29 van het dossier.
De verdachte legt op vragen van de politierechter een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Het is wederom een beeld dat de officier van justitie van een satiresite heeft af getrokken. Dit is een fragment van een langer filmpje. Het was niet gepland dat we die dag daarheen zouden gaan. We hebben eigenlijk overal kleine vlogjes gemaakt. Na dit stuk hebben we een heel interview gehad met die man buiten het pand, waarbij hij ons zelf een telefoonnummer heeft gegeven zodat we contact met hem konden opnemen. Hij was bereid om met ons in gesprek te gaan. Als je dat hele stuk erbij zou zien, dan zie je dat er helemaal geen was sprake van dreiging. Ik weet nooit wat [medeverdachte] gaat zeggen. Ik heb een hele andere mening over pedofilie dan hij. Ik wist in eerste instantie niet dat wij daar aan de deur stonden vanwege iets dat te maken heeft met [aangever]. Wat ik mij nog kan herinneren is dat [medeverdachte] al bijna binnen stond en dat wij moesten rennen om de camera aan te zetten. Het klopt dat ik heb gehoord dat de beveiliger heeft gezegd dat hij het zag als een dreigement. Ik geef daar ook antwoord op en nadat hij het drie keer heeft gevraagd verlaten wij ook netjes het pand. Ik geef geen antwoord op uw vraag waarom ik niet stopte met filmen. Ik zei dat het niet tegen die bewaker was gericht, omdat het voor mij op dat moment overkwam alsof hij zich bedreigd voelde. Ik weet niet of ik dat dan toch op internet heb gezet. Het is nog niet de helft van het gehele filmpje. Dat ik het gemaakt heb, wil niet zeggen dat ik het geplaatst heb. U haalt een klein fragment uit een filmpje van twaalf à dertien minuten.
De verdachte legt op vragen van de politierechter omtrent haar persoonlijke omstandigheden een verklaring af, inhoudende - zakelijk weergegeven -:
Ik ben voor een aantal mensen mantelzorger. Ik help een vriendin in het ziekenhuis met technische handelingen. Het klopt dat ik zou kunnen worden ingeschreven op het adres van [getuige 2] in [plaats]. Ik huur een gedeelte van zijn woning. Voor de arrestatie was ik net bezig om mezelf opnieuw in te schrijven. Mijn zusje en ik hebben al zo’n vijf of zes jaar geen contact meer. Ik ga daar niet over uitweiden. Mijn zusje heeft wel weer contact met mij opgenomen via mijn advocaat. Daar ben ik heel blij mee. Ze zei dat ze altijd van mij zijn blijven houden en dat ze mij altijd blijven steunen. Voor al mijn kinderen geldt dit ook. Ik ben blij dat ze me weer willen zien. Mijn oudste dochter heb ik ook vijf jaar niet gezien en beiden willen weer langskomen. Het valt best mee hoe druk ik het heb met Onrecht TV. Er staan ook heel veel dingen in de planning om uitgezonden te worden. Ik ben nu tien dagen in hongerstaking. Ten eerste wil ik aandacht vragen voor de alternatieve media en voor de vrijheid van de pers die enorm is aangetast met mijn arrestatie. En het is een stukje zelfreflectie naar mijzelf toe. Waar sta ik? Wat zijn fouten en wat ga ik anders doen? Ik houd het vol, maar ik word wel zwakker. Ik ben zorgmanager en verpleegkundige geweest. Ik weet goed waar ik mee bezig ben.
De behandeling van de zaak wordt kort onderbroken voor een pauze.
Na hervatting voert de officier van justitie het woord overeenkomstig het op schrift gestelde requisitoir, dat hij aan de politierechter overlegt en waarvan de inhoud als hier ingelast moet worden beschouwd. Het requisitoir is als bijlage aan dit proces-verbaal gehecht (bijlage 2). In aanvulling op het schriftelijke requisitoir voert hij aan - zakelijk weergegeven -:
Op de zitting is het gegaan over wie er bij de aangeefster naar binnen filmde. Ook [verdachte] filmde naar binnen. Dat hebben we kunnen vaststellen. Het maakt niet uit dat zij later op de hoogte was van het huisnummer. Op het moment dat zij het wist, bleef zij filmen bij de woning en omdat zij daar blijft staan loopt [medeverdachte] terug. Dat ze wilde weglopen, omdat het niet goed voelde, wordt niet ondersteund in het dossier. Ze bleef staan voor de voordeur van de aangeefster.
De officier van justitie leest de vordering voor en legt die aan de politierechter over. De vordering houdt in dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van negen maanden, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht en dat tegen de verdachte een bevel tot gevangenhouding zal worden verleend op dezelfde gronden als die tot het bevel tot bewaring van de verdachte hebben geleid. De officier van justitie vordert verder dat een vrijheidsbeperkende maatregel ex artikel 38v Wetboek van Strafrecht aan de verdachte wordt opgelegd voor de duur van twee jaren. Deze maatregel houdt een locatie- en contactverbod in dat nader wordt gespecificeerd in het document ‘gebiedsverbod en contactverbod’ gedateerd 19 januari 2022. De officier van justitie legt het document aan de politierechter over. Dit document wordt als bijlage aan dit proces-verbaal gehecht (bijlage 3).
De raadsman mr. V.R.C. Shukrula voert het woord tot verdediging - zakelijk weergegeven -:
De verdediging verzoekt u om mijn cliënt integraal vrij te spreken. De afgelopen twee jaar zijn de vrijheden in ons land ingeperkt. Mensen die normaal gesproken niet zoveel met politiek te maken hebben, vragen zich af wat er gebeurt en waarom er opeens niks meer mag. Misschien lezen ze niet de Volkskrant of NRC. Ze zetten de tv aan en ze zien Mark Rutte, die ook niet in zijn laatste leugentje gestikt is, en Hugo de Jonge die vooral bezig is met of zijn baardje wel goed is en of zijn Delftsblauwe schoenen wel goed in beeld zijn. Het gaat allemaal om hen. Duizenden Nederlanders hebben daar grote problemen mee. Ze worden niet gehoord. Ze voelen dat er een verschil zit tussen die kant, de gegoede burgerij, en tussen hen. Ze denken: wij zijn de have not’s. Jullie hebben alles en wij hebben geen woning. [aangeefster] woont in een mooie woning in [plaats]. Ze voelen onrecht en ze voelen zich niet gehoord en begrepen. Ze gaan dan misschien schreeuwen, maar ze willen gehoord worden.
Als we kijken naar mijn cliënt. Zij is al tien dagen in hongerstaking. Ze is alternatief journalist en ze heeft een eigen platform. We moeten rekening houden met de mensen die mijn cliënt representeert. Zij mogen zelf ook onderzoek doen. Daarom is Onrecht TV opgestart en heel veel mensen kijken ernaar. Dan gaat het er niet om of ze een perskaart heeft, of om de manier waarop zij [medeverdachte] interviewt, of ze veel te amicaal is of ze een band heeft met [medeverdachte]. Zij heeft ook het recht op vrijheid van nieuwsgaring. Zij wil daar gebruik van maken. Zij maakt op haar manier tv of YouTube-filmpjes. Het heet niet voor niets Onrecht TV. Ze voelen het zo. Onrecht door mensen die ver van hen afstaan en die ze niet begrijpen, die niet de taal spreken van het normale volk. Als ik ernaar luister dan snap ik het soms ook echt niet. Rutte draait en geeft geen antwoorden. Heel veel mensen worden daar boos om. Als je misschien beter geschoold bent dan blijf je rustiger. Mijn cliënt wil een beroep doen op artikel 10 van het EVRM. Ze is journalist en ze doet op haar manier onderzoek.
NRC is normaal gesproken een genuanceerde krant en zeer geliefd bij de rechterlijke macht. Op 6 januari 2022 kopt deze krant echter:
FVD nodigde ‘baas’ van belager van [aangeefster] uit in de Tweede Kamer. Met als ondertitel:
Fakkelman. Na de bedreiging van [aangeefster] ligt FVD onder vuur voor opruiing. De ‘baas’ van de bedreiger had contact met de partij. Dit is het prototype van trial by media. Waarom is ze afgeschilderd als de baas van de bedreiger? Is [medeverdachte] dan al veroordeeld? Het is vreemd dat NRC dit publiceert. Dit soort mensen lezen dat en ze denken: wat is dit? Ik ga mijn eigen onderzoek doen. Mijn cliënt heeft er last van dat ze als baas van een bedreiger wordt afgeschilderd. Ik verzoek u hier ook iets mee te doen. Het is niet goed dat een krant die zeer goed wordt gelezen bij de rechterlijke macht dat soort titels eruit gooit. Mijn cliënt vindt dat ze recht heeft op heldere oprechte antwoorden van politici. [verdachte] en [medeverdachte] hebben het gevoel dat er óver hen wordt gesproken en niet mét hen. Het helpt ook niet mee dat parlementsleden van Forum voor Democratie het in de Tweede Kamer hebben over volkstribunalen. Het Openbaar Ministerie doet net alsof het volk daarmee komt. Nee, ze zetten de tv aan en ze zien dat er in het parlement wordt gesproken over volkstribunalen. Zij herhalen dat. Ook Forum voor Democratie heeft een voorbeeldfunctie hierin. Ook politici bedienen zich van woorden zoals voorhoede, frontlinie en loopgraven. Dat is om het volk angst aan te jagen, zodat mensen gaan luisteren. Het volk neemt deze termen dan ook over. Deze mensen gaan in al hun woede demonstreren en ze komen in het centrum van Den Haag, waar ze niet meer mogen komen. Ze vragen zich af waar ze moeten zijn om gehoord te worden. Dan gaan ze bij de voordeuren komen.
De vraag is of mijn cliënt heeft meegewerkt aan het bedreigen van [aangeefster] door het incident te filmen. [medeverdachte] doet wat hij wil. Dat heeft mijn cliënt ook gezegd. Het brengt wel spektakel. Het is goed voor de kijkcijfers. Ze heeft niets gedaan. Ze stond erbij en ze filmde het. Het filmen van [medeverdachte] staat niet gelijk aan het medeplegen van bedreiging. En we kunnen dan wel zeggen dat mijn cliënt naar de school voor journalistiek had moeten gaan, omdat ze veel te amicaal is met hem, maar er zijn mensen die het leuk vinden en het waarderen. Er zijn grenzen, want ze heeft ook tegen [medeverdachte] gezegd dat hij geen voordeuren meer moest doen. Dat is de grens. Het probleem is dat [aangeefster] het in het politieke spectrum trekt en dat ze zegt dat mensen willen dat ze zwijgt.
De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van negen maanden geëist om een groot signaal af te geven. Mijn cliënt en de medeverdachte zijn burgers die in verzet komen. Iets extremer dan de normale burger, maar dan krijgen zij aandacht. Het zijn op zich geen verkeerde mensen. Als er een straf wordt opgelegd dan kan worden volstaan met een gevangenisstraf voor de duur van het aantal dagen dat mijn cliënt op dit moment in voorarrest heeft doorgebracht. Het hoeft niet met al die maanden erbij. Het volk weet wel dat dit niet wordt toegestaan. Je hoeft het niet zo hard te bestraffen. Als ze bij iemand anders hadden aangebeld en twee bedreigingen hadden geuit, dan krijg je misschien een fikse taakstraf. Omdat het mevrouw [aangeefster] is en de heer [aangever], dan moeten ze het schavot op en dan gaan we met z’n allen tomaten gooien negen maanden lang. We moeten het in proportie houden. Het zijn hele vervelende tijden voor mensen. Er mag iets meer inlevingsvermogen worden verwacht van ons allen en het hoeft niet altijd op zo’n grove wijze met zo’n zware eis.
De raadsman mr. W.A.P. Gerbrandij voert het woord tot verdediging. De raadsman voert het woord overeenkomstig zijn pleitnota, die hij aan de politierechter overlegt en waarvan de inhoud als hier ingelast moet worden beschouwd. De pleitnota is als bijlage aan dit proces-verbaal gehecht (bijlage 4). In aanvulling op de punten 3.3 en 5 van zijn pleitnota voert de raadsman aan - zakelijk weergegeven -:
Als we kijken naar afdreigen dan moet de dreiging bestaan op het moment dat je handelt. Hier is de dreiging na een minuut afgelopen. Je kan nooit zeggen dat mevrouw [aangeefster] ophoudt met politicus zijn onder dreiging, als die dreiging allang is afgelopen. Er is een zaak geweest waarin iemand een briefje is afgedreigd. Die man was een half uur daarvoor bedreigd en hij was toen naar huis gedaan. Toen heeft rechtbank Amsterdam gezegd dat het briefje niet tot dreiging tot stand gekomen. Hoogstens de belofte om het briefje te schrijven.
Er is nergens een soort burgeroorlog-gedachte dat de aangever gekidnapt wordt en voor een soort tribunaal wordt gebracht en dat staat verre van deze hele beweging. Het gaat bovendien om algemene bewoordingen. De naam [aangever] wordt tweemaal genoemd, maar feitelijk wordt hij in de video niet direct een pedofiel genoemd. Een beschuldiging bestaat daarom niet. De woorden zijn er niet.
Als ik kijk naar de tweede alinea van pagina negen van het requisitoir dan staat daar eigenlijk vrijspraak. Er staat het volgende:
Maar verdachten plegen strafbare feiten, ze maken het persoonlijk, er is sprake van dwang en afdreiging. Dwang is artikelen 284 en afdreiging is artikel 318. Dit is niet ten laste gelegd. Op pagina 2 staat:
Er was sprake van vuur. Dat kan brand veroorzaken.Dat is te weinig voor een bedreiging.
De officier van justitie wordt in de gelegenheid gesteld andermaal het woord te voeren. Hij maakt hiervan geen gebruik.
Aan de verdachte wordt het recht gelaten het laatst te spreken. Zij verklaart - zakelijk weergegeven -:
Ik wil nog wel zeggen dat ik het heel vervelend vind, vooral voor de kinderen van [aangeefster], dat ze in paniek waren. Dat zou niet mogen.
De politierechter verklaart het onderzoek gesloten en zegt onmiddellijk mondeling vonnis te zullen geven.
De politierechter spreekt het vonnis uit ter openbare terechtzitting.

Aantekening van het mondelinge vonnis

De inhoud van de tenlastelegging

Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting - ten laste gelegd dat:
1.
zij op of omstreeks 5 januari 2022 te [plaats], tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, de partijleider/lid van de Tweede Kamer van de politieke partij D66 genaamd [aangeefster] heeft bedreigd met brandstichting en/of met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling en/of met openlijke geweldpleging tegen personen of goederen, door
  • naar de woning van die [aangeefster] te lopen en/of (daarbij)
  • te zeggen: “wij hebben wel een hele bijzondere fakkel bij ons, dat ga ik jullie zo in beeld brengen” en/of “wauw [medeverdachte] wat is dat voor fakkel” en/of “speciaal voor deze dame die hier woont” en/of (vervolgens)
  • met die brandende fakkel, althans dat brandend stuk hout voor de woning van die [aangeefster] te gaan staan en/of (vervolgens) naar de voordeur van die woning te lopen en/of (vervolgens) daar te blijven staan en/of (daarbij)
  • te roepen en/of te zeggen: “NSB weg ermee” en/of “woont hier mevrouw [aangeefster]” en/of “kunt u even komen” en/of “we willen even met u spreken” en/of “kijk mensen, vol in beeld” en/of “stop deze massamoord, stop de 3e wereldoorlog”, althans woorden van gelijke aard en/of strekking en/of
  • deze gedragingen te filmen en/of hiervan (live) video beelden op een facebook / een internet account van “onrecht tv” te plaatsen
2.
zij, op of omstreeks 26 tot en met 27 oktober 2021, te [plaats], tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, een persoon, genaamd [aangever], heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door te zeggen:
  • “Wij zijn van Onrecht TV en wij hebben gisteren beelden in handen gekregen dat er een pedofiel hier naar binnen liep. We willen jullie graag even waarschuwen wat voor leden jullie allemaal hebben. Is pedofilie bij jullie toegestaan”? en/of
  • “ [aangever]” en/of
  • “Kunt u even contact opnemen met Onrecht TV, want we zijn bezig om pedofielen een burger arrest te geven. En we willen ze eerst waarschuwen en dan kunnen ze nog inschikken. En anders zal de doodstraf volgen. Als ze doorgaan met het misbruiken van de jeugd”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking
- deze gedragingen te filmen en/of hiervan video beelden op een twitter / internet van account “onrecht tv” te plaatsen.

De gebruikte bewijsmiddelen

Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal van het onderzoek “LAPIN” met het onderzoeksnummer DH1R022004 van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 182, met losbladige aanvullingen).
De politierechter heeft de volgende bewijsmiddelen gebruikt.
1. Het proces-verbaal van aangifte, opgemaakt op 5 januari 2022, voor zover inhoudende als verklaring van [aangeefster] (p. 10 en 11):
Op dit moment ben ik fractievoorzitter van de politieke partij D66. Op 5 januari 2022 rond 19:45 uur bevond ik mij tezamen met mijn man en twee kinderen in onze woning aan de [straat] te [plaats]. Mijn kinderen kwamen in paniek naar beneden. Ik hoorde hen roepen: “Mam, mam, er zijn mensen buiten, ze komen voor jou!” Ik heb via de deur uit het raam gekeken. Ik zag voornamelijk een man met een fakkel voor mijn deur staan. De man stond met een fakkel in zijn handen. Ik had grote angst dat die man de fakkel bij ons naar binnen wilde gooien. Deze man liep op en af naar onze voordeur. Deze man heeft samen met een vrouw foto’s en filmpjes van de binnenkant van onze woning gemaakt. Naar later bleek dat deze media via een livestream van Onrecht TV werden gedeeld. Achter die man met die fakkel stonden tussen de auto’s nog een aantal mensen.
Ik hoorde mijn kinderen zeggen dat zij de man met de fakkel hoorden zeggen: Wereldeconomisch-forum, landverrader, dingen over Klaus Schwab, kom naar buiten. Verscheidene malen werd mijn naam geroepen. De eis was echt dat ik naar buiten moest komen. Ik hoorde de man roepen: “Laat je zien!” Wij waren bang dat die man brand wilde stichten in onze woning. Wij wilden heel graag die man weg krijgen.
2. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 6 januari 2022, voor zover inhoudende (p. 18 en 19):
Op 5 januari 2022 werd door [verbalisant] gezien dat op het Facebookkanaal ‘Onrecht TV’ een livestream was gestart. Op deze livestream was te zien dat enkele personen, te weten [medeverdachte] [medeverdachte] en [verdachte] [verdachte], zich ophielden voor de woning van [aangeefster] te [plaats].
Ik hoorde de stem van een vrouw die kennelijk aan het filmen was zeggen, “een hele goede avond vanuit [plaats]”. De stem van deze vrouw wordt herkend als stem van [verdachte] [verdachte]. Hierna hoorde ik haar zeggen: “Allemaal hartelijk welkom. We zijn niet met heel velen, we hebben wel een hele bijzondere fakkel bij ons. Straks zal ik die in beeld brengen.”
Daarna zegt ze dat ze niet heel lang live gaat maar dat de kijkers de video wel heel even mogen delen en dat het wel een heel bijzondere plek is waar ze staan.
Hierna zie je de camera weer bewegen naar de overkant en uiteindelijk komt een man in beeld die op straat loopt met een hele grote, brandende fakkel in zijn handen. Deze man wordt herkend als [medeverdachte]. Ik hoorde dat hij de tekst: “Liefde, vrijheid geen World Economisch Forum” riep tijdens het toelopen op de camera. [verdachte] roept hierna: “Wow [medeverdachte], wat is dat voor fakkel?”
Ik zag op de videobeelden dat de camera richting de huizen aan de linkerzijde van de straat bewoog en gericht bleef op één woning. Ik hoorde [verdachte] zeggen dat zij daar speciaal waren voor een dame die daar zou wonen. Ik zag dat de persoon [medeverdachte] ook op de straat voor deze woning kwam staan. Ik zag dat hij de brandende fakkel in zijn handen had waar ook behoorlijk wat rook vanaf kwam.
Hierna loopt [medeverdachte] richting de woning en blijft halverwege het parkeervak staan. Dan hoor je hem, maar ook anderen roepen: “NSB, weg ermee, NSB, weg ermee.” Daarna hoor ik [verdachte] zeggen: “Ik zie wat mensen voor de voordeur staan.” Op dat moment loopt [medeverdachte] naar de voordeur toe en roept: “Hallo.” Dan wat onverstaanbaars, en vervolgens: “Woont hier mevrouw [aangeefster], ja hallo.” Op dat moment is binnen in de woning een persoon te zien achter de voordeur. Hij roept dan naar achteren dat ze moeten komen en zegt dan tegen de persoon achter de voordeur: “We willen even met u spreken mevrouw.” Daarna zie je de camera in de richting van de voordeur bewegen terwijl [medeverdachte] voor de deur blijft staan. [medeverdachte] zegt dan, “Ze staat daar gewoon. Mevrouw, kunt u even komen?”
Hierna wordt met de camera door de ruit van de voordeur in de woning gefilmd. In de woning zijn een man en een vrouw in de hal van de woning te zien.
3. De eigen waarneming van de politierechter, gedaan op de terechtzitting van 19 januari 2022, van de bewegende beelden beschreven op p. 18 en 19.
De politierechter neemt het volgende waar. Degene die filmt loopt op een stoep in een straat met aan beide zijden woningen. Op een gegeven moment steekt de filmer de straat over en zegt: “Ik zag het ja.” Zij blijft aan de overkant van de straat stilstaan waar zij blijft wachten. Vervolgens filmt zij een man die met een fakkel komt aanlopen over het midden van de straat. Te horen is dat er leuzen worden geroepen door meerdere personen, onder wie de man met de fakkel. De man met de fakkel loopt de filmer voorbij. De filmer blijft op haar plek staan en richt de camera nu op de voordeur van één specifieke woning. Enkele seconden later komt de man met de fakkel teruglopen en gaat voor deze woning staan. De man met de fakkel loopt naar de woning. Later loopt de filmer ook naar de woning. Zij filmt door een raam van de woning naar binnen, waarna de camera wordt overgepakt en door een ander raam naar binnen wordt gefilmd. De man met de fakkel roept: “Kijk mensen, vol in beeld” en “Stop deze massamoord, stop de derde wereldoorlog.”
4. Het proces-verbaal van verhoor aangever, opgemaakt op 29 november 2021, voor zover inhoudende als verklaring van [aangever] (p. 24 en 25):
Op het Twitter-account van Onrecht TV is op 27 oktober 2021 een video geplaatst met [medeverdachte] voor het pand van Sociëteit [naam]. [medeverdachte] is met andere personen, die niet in beeld komen. [medeverdachte] beschuldigt mij in de video onterecht van pedofilie. Tevens zegt hij een burgerarrest te willen en dat hier de doodstraf op zal volgen. Ik voel mij hierdoor ernstig bedreigd en ben bang dat deze man zijn woorden omzet in daden. De video is in de nacht geplaatst, dus het is aannemelijk dat deze 26 oktober 2021 is opgenomen.
5. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 20 december 2021, voor zover inhoudende (p. 27 t/m 29):
Op 27 oktober 2021 is er een video geplaatst op het Twitteraccount Onrecht TV. In deze video is een man te zien en een vrouwenstem te horen. De man in de video is [medeverdachte]. Hieronder een beschrijving van wat er in de video te zien en te horen is.
[medeverdachte]:Hey goedendag meneer. Wij zijn van Onrecht TV en wij hebben gisteren beelden in handen gekregen dat er een pedofiel hier naar binnen liep. We willen graag even waarschuwen wat voor leden jullie allemaal hebben. Is pedofilie bij jullie toegestaan?
[medeverdachte]:[aangever].
[medeverdachte]:Kunt u even contact opnemen met Onrecht TV, want we zijn bezig om pedofielen een burger arrest te geven. En we willen ze eerst waarschuwen en dan kunnen ze nog inschikken. En anders zal de doodstraf volgen. Als ze doorgaan met het misbruiken van de jeugd.
Man in pak:Ik zie dat als een dreigement.
Vrouwenstem:Is geen dreigement.
Man in pak:Ik hoor het net.
Vrouwenstem:Dat was niet tegen u gericht he.
Man in pak:Ik geef hier geen toestemming voor.
[medeverdachte]:Wie heb ik bedreigd dan? Pedofielen? Mogen die niet bedreigd worden?
6. Een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 18 januari 2022, voor zover inhoudende (losbladig):
Op 26 oktober 2021 hebben [medeverdachte] en [verdachte] voor de ingang van Sociëteit [naam] te [plaats] gestaan. [medeverdachte] voerde het woord, [verdachte] filmde. De video die hiervan gemaakt is, is op 27 oktober 2021 op het Twitter account van Onrecht TV geplaatst.
7. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 11 januari 2022, voor zover inhoudende (p. 86, 91, 92, 93 en 106):
Ik deed onderzoek aan een aantal video’s in het open kanaal ‘Onrecht TV’ op www.youtube.com. Ik zag dat het kanaal 4720 abonnees had en dat het kanaal 494 video’s online had staan.
(…)
Op Youtube kanaal ‘Onrecht TV’ onderzocht ik een 19.17 minuut durende video met als titel: ‘[medeverdachte] weer vrij “Denhaag” & Lol met de politie’. Ik zag dat de video 145 likes had, 1882 weergaves en gepost was op 18 december 2021.
Vanaf 2.16 minuut de woordelijke uitwerking:
[MEDEVERDACHTE]: Ik heb ook gezegd tegen [verdachte], die video moet online blijven.
[VERDACHTE]: Ja die staat erop.
[MEDEVERDACHTE]: Het liefst delen op telegram, op bitchute. Want dit is. Ik ga niet teveel in detail treden, elk woord wordt gewogen nu. Maar dit is de enige manier om hun te laten weten dat ze niet onschendbaar zijn. Het zijn ook maar kleine mensjes die wel gewoon visite kunnen ontvangen. Vroeger, toen je werd opgelicht door jouw koning, of door jouw raadsheren, dan ga je ook aan hun deur komen.
[VERDACHTE]: Ja precies
[MEDEVERDACHTE]: Dit is nu hun kasteel, maar ze wonen hier niet. Wij kunnen ze hier niet spreken, in het Binnenhof kan je niet spreken, hier niet, in Mediapark niet, RIVM kan je niet spreken, OMT kan je nergens opzoeken. Nou dan blijft er één ding over en dat is hun voordeur.
[VERDACHTE]: Ja.
[MEDEVERDACHTE]: So be it. Zo is het altijd gegaan, zo gaat het overal.
(…)
Resumé
Het proces-verbaal laat zien dat verdachte [MEDEVERDACHTE] en [VERDACHTE] veelal gezamenlijk optrekken, bij veel gebeurtenissen aanwezig zijn en [VERDACHTE] een rol heeft in het verspreiden van uitlatingen van verdachte [MEDEVERDACHTE] en zichzelf.
8. Een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 13 januari 2022, voor zover inhoudende (losbladig):
Op 19 december 2021 heeft het Twitteraccount Videre het volgende bericht geplaatst waarin de Politie en het OM getagged zijn: Wappie [medeverdachte] komt naar je toe deze winter! @Politie en @Het_OM Luisteren jullie mee wat [medeverdachte] vanmorgen te melden had?
In de video is te horen dat [medeverdachte] het volgende zegt: “Die mensen doen alsof ze onschendbaar zijn. Ze spreken vanuit de media, ze spreken vanuit de Tweede Kamer het land toe. Maar daarna denken ze, ik ga lekker naar huis, en ik ben veilig. Nee, je bent niet veilig. Als jij ons allemaal probeert te bedreigen en te vermoorden en bij de keel te grijpen, dan moet je niet raar opkijken als wij achter je aankomen en jou het leven ook moeilijk maken. Snap je. En dat is hoe ik het zie. [verdachte] kent mij, jullie kennen mij, Hoe vaak ben ik in Den Haag voor de demo’s. misschien 50 keer dit jaar. (De stem van [verdachte] is te horen die antwoord geeft en zegt: Nou ik denk wel iets meer). En elke keer wil ik Hugo en Mark daar stoppen met hun moordpraktijken en hun genocide en alle dingen die ze ons aandoen. En al die absurde maatregelen. Nou als het niet lukt daar, dan gaat het op een andere manier lukken, maar wij geven niet op”.
Gezien de dingen die [medeverdachte] in deze video zegt, is het zeer aannemelijk dat hij spreekt over zijn aanwezigheid voor de deur van demissionair minister [naam] op 16 december 2021.
9. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 12 januari 2022, voor zover inhoudende (p. 64 t/m 65):
Op woensdag 12 januari 2022 was ik belast met het onderzoek Lapin. Ik deed onderzoek naar video’s van [medeverdachte] en [verdachte] die zijn verspreid door sociale media. Ik zag een 09:02 minuut durende video op het Youtube kanaal, genaamd Jantje met kak, met de titel: Wappies [medeverdachte] en [verdachte] evalueren.
Te horen is dat [medeverdachte] zegt: “Ik heb altijd gezegd. Er komt een keer een moment dat het escaleert. Dat is echt voor langere tijd vast kom te zitten. Maar dan moet het maar weet je. Je kan niet strijden en dan bepaalde, uh, waar ligt jouw grens? Als hun grenzeloos zijn, dan moet wij ook steeds verder komen eigenlijk tot de kern. En de kern is dat zij gewoon elke demonstratie eigenlijk tegenwerken. En dat pikken wij als Onrecht TV niet. We pikken niet dat onze demonstraties
worden tegengewerkt. En waar dan de grens ligt? Ik ben al zo vaak aangehouden. Nu al 25 keer. Maar waar ligt jouw grens? (…) Het is een oorlog op leven en dood. Ik zou trots zijn als Nederland het eerste land zou zijn, en daar bid ik ook voor, waar de coronacrisis wordt getackeld”. Te horen is dat [verdachte] vervolgens afsluit met: “En zet potverdorie alle echo’s aan de kant en zorg dat jullie morgen allemaal massaal in Den Haag zijn. Genoeg is genoeg. Het moet in verzet, oog om oog, tand om tand. En wij zullen er zijn. Zijn jullie er ook? Mensen, dankjewel voor het kijken laat deze live viraal gaan. [medeverdachte] dankjewel”.
10. Het proces-verbaal van verhoor verdachte, opgemaakt op 6 januari 2022, voor zover inhoudende als verklaring van [medeverdachte] (p. 33 t/m 36):
Die fakkeltocht gisteren in [plaats] ging langs de [straat]. Ik heb wat leuzen geschreeuwd. Dat waren: Stop de great reset, stop de massamoorden, NSB’ers weg ermee. Ik heb gezegd, kom naar buiten, kom in gesprek met ons. Het was een fakkel met speciale doeken eromheen met benzine. Ik denk benzine of olie. Ik had de wens om naar [aangeefster] te gaan. Zij is hoog in de politiek.
11. Het proces-verbaal van verhoor verdachte, opgemaakt op 10 januari 2022, voor zover inhoudende als verklaring van [verdachte] (p. 158, 159, 165):
De actie bij mevrouw [aangeefster] in de straat bedoel je? Ik was op de aanvraag van [medeverdachte] naar [plaats] gekomen afgelopen woensdag, zodat ik kon live streamen. Daarna hoorde ik dat we door de straat van [aangeefster] zouden gaan lopen. Die beelden die ik gefilmd heb gebruiken jullie nu bij het OM.
(…)
Met hoeveel personen waren jullie?
Een man of 10 of 12.
(…)
Ik was die dag in [plaats] en ik heb [medeverdachte] die dag gefilmd. Allemaal losse vlogjes.
Waaronder bij Sociëteit [naam]?
Ja.
[medeverdachte] is daar om te vragen waarom ze pedofielen binnenlaten in die Sociëteit?
Oh ja dat klopt. Dat heeft met [aangever] te maken.

De bewijsoverwegingen

Met betrekking tot het onder 1 ten laste gelegde
Van bedreiging is sprake als uitlatingen en/of gedragingen van dien aard zijn en onder zodanige omstandigheden zijn geschied, dat bij de bedreigde in redelijkheid de vrees kon ontstaan dat de bedreiging ten uitvoer zou kunnen worden gelegd.
Uit de bewijsmiddelen kan worden afgeleid dat de verdachte met een groep van ongeveer tien personen rond kwart voor acht in de avond naar de straat is gegaan waar de aangeefster [aangeefster] woont. De aangeefster is een landelijk bekende politicus. De groep is door de straat gelopen terwijl leuzen werden geroepen gericht tegen de aangeefster, waaronder “NSB weg ermee”. De verdachte filmde ondertussen wat er gebeurde, en zond dit rechtstreeks uit op een Facebook account. Zij is voor de woning van de aangeefster gaan staan en heeft deze in beeld genomen. Kort daarna heeft zij de medeverdachte [medeverdachte] in beeld genomen. Hij is langs de woning van de aangeefster gelopen terwijl hij een grote brandende fakkel droeg. Vervolgens is hij – met de fakkel in zijn hand – naar de voordeur van de aangeefster gelopen en heeft daar contact geprobeerd te maken met de aangeefster, die op dat moment in de woning was. Hij heeft onder meer geschreeuwd dat zij naar buiten moest komen. Dit alles is gefilmd, waarbij door de ramen van de woning naar binnen is gefilmd.
Naar het oordeel van de politierechter kon in die situatie bij de aangeefster in redelijkheid de vrees ontstaan dat zij het slachtoffer zou worden van brandstichting. Daarbij is met name van belang dat een brandende fakkel bij uitstek geschikt is om brand te stichten, dat die fakkel zich vlakbij de voordeur bevond, dat de aangeefster zich op dat moment in haar eigen woning bevond, en dat zij zich in de avonduren geconfronteerd zag met grote groep personen die tegen haar gerichte leuzen schreeuwden.
Vervolgens is de vraag of de verdachte als medepleger aan deze bedreiging kan worden aangemerkt. Daartoe moet sprake zijn van een nauwe en bewuste samenwerking gericht op de bedreiging van de aangeefster.
Uit het dossier en het verhandelde ter zitting komt naar voren dat de verdachte en de medeverdachte al langere tijd samen optrekken onder de noemer “Onrecht TV”, dat door de verdachte is opgericht. Hun rolverdeling is doorgaans: de verdachte achter de camera, de medeverdachte ervóór. Het filmen en online uitzenden van hun acties is een belangrijk onderdeel van “Onrecht TV”. De filmpjes bevatten vaak oproepen gericht aan anderen om ook in actie te komen. Daarbij is de rol van de verdachte groter dan slechts het filmen van de acties van de medeverdachte; zij maakt opmerkingen bepaalt soms ook wat er gebeurt en waarover gesproken wordt. Deze handelwijze is te zien in vele filmpjes van “Onrecht TV” die zijn beschreven in het dossier en waarvan sommige ter zitting zijn vertoond.
Ook in dit geval is die handelwijze gevolgd. Nog voordat de medeverdachte met de fakkel in beeld komt, zegt de verdachte “wij hebben een hele bijzondere fakkel bij ons”. De verdachte is vervolgens de eerste die de aandacht vestigt op de woning van de aangeefster. Zij gaat voor de woning staan, neemt deze in beeld en zegt “speciaal voor deze dame die hier woont”. Doordat de verdachte daar al staat, houdt ook de medeverdachte halt voor de woning van de aangeefster, die hij aanvankelijk voorbij was gelopen. Zij spoort de medeverdachte aan met de tekst “wauw [medeverdachte], wat is dat voor fakkel”. Als hij vervolgens naar de woning van de aangeefster loopt en contact met haar probeert te maken, blijft de verdachte aanvankelijk op afstand, maar al gauw staat ook zij aan de voordeur. De verdachte is de eerste die door de ruiten van de woning naar binnen filmt, voordat de medeverdachte de camera van haar overneemt.
De politierechter ziet in dit handelen van de verdachte een nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachte gericht op de bedreiging van de aangeefster. De politierechter gaat niet mee in de verklaring van de verdachte dat zij niet wist wat de medeverdachte zou gaan doen en dat zij zijn actie afkeurde. Haar uitlatingen en gedragingen zijn daarmee in strijd. Zij had bovendien op elk moment kunnen stoppen met filmen, maar dat heeft zij niet gedaan. De politierechter betrekt bij zijn oordeel ook eerdere uitlatingen van de verdachte en de medeverdachte. De medeverdachte heeft gezegd dat politici “wel gewoon visite kunnen ontvangen” en dat er maar één ding overblijft, namelijk “hun voordeur”. De verdachte heeft dit gefilmd en hierop gereageerd met “ja precies”. Op een ander moment heeft de medeverdachte gezegd dat er een oorlog gaande is en dat hij strijdt op leven en dood tegen diegenen die hij verantwoordelijk houdt voor het coronabeleid. Ook dit heeft de verdachte gefilmd en zij heeft daaraan toegevoegd: “het moet in verzet. Oog om oog, tand om tand”.
Met betrekking tot het onder 2 ten laste gelegde
Uit de door de medeverdachte gedane uitlatingen, in samenhang bezien, is af te leiden dat hij vindt dat de aangever [aangever] een pedofiel is en dat pedofielen de doodstraf zullen krijgen, tenzij ze “inschikken”. Nederland kent de doodstraf niet, dus het uiten van de mening dat aan iemand de doodstraf opgelegd zal worden is naar het oordeel van de politierechter op zichzelf al geschikt om bij diegene de redelijke vrees op te roepen dat hij het slachtoffer zal worden van een misdrijf tegen het leven gericht. Dat daarbij een voorwaarde wordt gesteld, doet niet af aan het bedreigende karakter van de uiting.
Ook bij dit feit ziet de politierechter in het handelen van de verdachte een nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachte gericht op de bedreiging van de aangever. Ook hier is de vaste handelwijze van “Onrecht TV” gevolgd. De verdachte wist wellicht van tevoren niet dat de medeverdachte de aangever zou gaan bedreigen, maar toen hij dat eenmaal had gedaan is zij blijven filmen en heeft zij zich ook in het gesprek gemengd. Zij heeft daarbij gezegd dat het niet bedreigend was, omdat het niet was gericht tegen degene die de verdachte en de medeverdachte te woord stond. Vervolgens heeft zij de door haar opgenomen beelden geüpload, en op die manier bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat de door de medeverdachte geuite bedreiging ter kennis zou komen van de aangever, wat ook daadwerkelijk is gebeurd.

De bewezenverklaring

De politierechter heeft op grond van de inhoud van de gebruikte bewijsmiddelen - elk daarvan, ook in zijn onderdelen, gebruikt voor het bewijs van datgene waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft - de overtuiging gekregen dat de verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan, namelijk dat:
1.
zij op 5 januari 2022 te [plaats], tezamen en in vereniging met een ander,
hetlid van de Tweede Kamer van de politieke partij D66 genaamd [aangeefster] heeft bedreigd met brandstichting, door
  • naar de woning van die [aangeefster] te lopen en
  • te zeggen: “wij hebben wel een hele bijzondere fakkel bij ons, dat ga ik jullie zo in beeld brengen” en “wauw [medeverdachte] wat is dat voor fakkel” en “speciaal voor deze dame die hier woont” en vervolgens
  • met die brandende fakkel voor de woning van die [aangeefster] te gaan staan en vervolgens naar de voordeur van die woning te lopen en vervolgens daar te blijven staan en daarbij
  • te roepen: “NSB weg ermee” en “woont hier mevrouw [aangeefster]” en “kunt u even komen” en “we willen even met u spreken” en “kijk mensen, vol in beeld” en “stop deze massamoord, stop de 3e wereldoorlog”, en
  • deze gedragingen te filmen en hiervan (live) videobeelden op een facebook account van “onrecht tv” te plaatsen;
2.
zij op 26 tot en met 27 oktober 2021 te [plaats], tezamen en in vereniging met een ander, een persoon genaamd [aangever] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door te zeggen:
  • “Wij zijn van Onrecht TV en wij hebben gisteren beelden in handen gekregen dat er een pedofiel hier naar binnen liep. We willen jullie graag even waarschuwen wat voor leden jullie allemaal hebben. Is pedofilie bij jullie toegestaan”? en
  • “[aangever]” en
  • “Kunt u even contact opnemen met Onrecht TV, want we zijn bezig om pedofielen een burger arrest te geven. En we willen ze eerst waarschuwen en dan kunnen ze nog inschikken. En anders zal de doodstraf volgen. Als ze doorgaan met het misbruiken van de jeugd”,

en

- deze gedragingen te filmen en hiervan videobeelden op een twitter account
van“onrecht tv” te plaatsen.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd en gecursiveerd weergegeven. De verdachte is daardoor niet in haar verdediging geschaad.

De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

De verdediging heeft een beroep gedaan op de vrijheid van nieuwsgaring. Onder bijzondere omstandigheden zijn journalisten bij hun werkzaamheden ten behoeve van de nieuwsgaring ontslagen van hun plicht zich aan de strafwet te houden. Het moet dan gaan om journalistiek onderzoek om informatie boven tafel te krijgen die bijdraagt aan een maatschappelijk debat, de publicatie van die informatie moet een zuiver journalistiek doel dienen en er mag geen andere manier zijn om het onderwerp op overtuigende wijze over het voetlicht te brengen.
In dit geval is de politierechter niet gebleken dat de verdachte het oogmerk had om langs journalistieke weg informatie te vergaren die bijdraagt aan een maatschappelijk debat. Haar handelen, dat zich kenmerkt door méér dan alleen filmen van wat er gebeurt, diende ook geen zuiver journalistiek doel. Het beroep op de vrijheid van nieuwsgaring faalt.
Het bewezen verklaarde is volgens de wet strafbaar omdat ook overigens geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat evenmin feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die haar strafbaarheid uitsluiten.

De oplegging van straf en maatregel

Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en is gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek op de terechtzitting is gebleken. De politierechter neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
De verdachte heeft een landelijk bekend politicus, lid van de Tweede Kamer, bedreigd. Zij is met een groep van ongeveer tien personen ’s avonds onaangekondigd naar het woonadres van deze politicus gegaan. Deze was op dat moment thuis, met haar gezin. Vervolgens is haar mededader door de straat gelopen met een grote brandende fakkel in zijn hand terwijl hij tegen die politicus gerichte leuzen schreeuwde. Nadat de verdachte haar mededader de woning van de politicus had aangewezen, is deze met de fakkel in zijn hand naar de voordeur gelopen en heeft hij contact geprobeerd te zoeken. Hij heeft geschreeuwd dat de politicus naar buiten moest komen. De verdachte heeft het hele incident gefilmd en uitgezonden, waarbij zowel zij als haar mededader door de ramen van de woning naar binnen heeft gefilmd. Zonder enige twijfel is dit voor het slachtoffer en haar gezin een zeer beangstigende ervaring geweest.
De verdachte heeft het slachtoffer niet willekeurig gekozen, maar omwille van haar functie als politicus. De verdachte is het niet eens met haar ideeën. Maar dit is niet de manier. Wie het niet eens is met de ideeën van een politicus, stemt op een ander of laat zijn afkeuring op een vreedzame manier blijken. Het thuis opzoeken en bedreigen van politici is volstrekt ongeoorloofd. Dat het slachtoffer een publieke functie bekleedt, betekent niet dat zij publiek bezit is. Ook zij heeft recht op een privéleven en zij moet haar werk kunnen doen zonder angst te hebben dat haar iets wordt aangedaan.
De verdachte beweert te strijden voor democratie, maar haar actie heeft niets met democratie te maken. Integendeel, het onder bedreiging van geweld proberen je mening op te dringen aan een democratisch verkozen volksvertegenwoordiger kan juist ontwrichtend werken voor de democratie. Zeker in tijden van oplopende maatschappelijke polarisatie waarin politici toch al met regelmaat worden bedreigd. Vaak zijn dat online bedreigingen; deze actie gaat nog veel verder.
Daarbij komt dat de verdachte de actie heeft gefilmd en uitgezonden en daaraan dus blijkbaar ruchtbaarheid wilde geven. Daaraan zit een opruiend aspect: anderen kunnen op gevaarlijke ideeën worden gebracht.
Verder is de verdachte betrokken geweest bij de bedreiging van een voormalig topambtenaar, die zij verdenkt van pedofilie. In feite heeft de verdachte voor eigen rechter willen spelen. Dat is niet de manier in een rechtsstaat.
De ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder die zijn gepleegd, laten voor de politierechter maar één conclusie toe: hier moet een gevangenisstraf van aanzienlijke duur volgen. Die straf dient als vergelding, maar ook ter voorkoming van nieuwe strafbare feiten. De politierechter wil met die straf een signaal afgeven. Aan de verdachte, maar ook aan anderen die - net als de verdachte - denken dat er een strijd gevoerd moet worden tegen de overheid. Dat mag je denken, maar duidelijk moet zijn dat geweld of bedreiging met geweld niet wordt getolereerd. De verdachte wilde zelf met haar actie een breed publiek bereiken. De politierechter vindt het in dat licht ook passend dat een breed publiek ervan wordt doordrongen dat dergelijke acties ontoelaatbaar zijn.
De persoonlijke omstandigheden van de verdachte leggen niet een zodanig gewicht in de schaal dat van het opleggen van een gevangenisstraf moet worden afgezien.
De politierechter acht een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden passend en geboden. Die straf is lager dan de straf die de politierechter oplegt aan de mededader. Weliswaar is sprake van medeplegen, maar het aandeel van de verdachte in de feiten acht de politierechter van een ander gewicht dan dat van de mededader.
Ook zal de politierechter aan de verdachte een vrijheidsbeperkende maatregel opleggen, ter beveiliging van de maatschappij en ter voorkoming van strafbare feiten. De maatregel houdt in dat de verdachte wordt bevolen zich niet op te houden in de straten waar de slachtoffers wonen en dat de verdachte wordt bevolen zich te onthouden van contact met de slachtoffers, de leden van het kabinet-Rutte IV (ministers en staatssecretarissen) en de voorzitter van het OMT. De politierechter neemt daarbij in aanmerking dat uit het dossier en het verhandelde ter zitting naar voren komt dat de verdachte meent een strijd te moeten voeren tegen de overheid, in het bijzonder diegenen die zij verantwoordelijk houdt voor het coronabeleid, dat haar acties steeds radicaler lijken te worden, dat zij betrokken is geweest bij het thuis opzoeken van een politicus en dat zij daarover eerder met goedkeuring heeft gesproken. Aan haar verklaring ter zitting dat zij dergelijke acties afkeurt, hecht de politierechter geen geloof, nu deze verklaring in strijd is met haar eerdere - bij herhaling gedane - uitlatingen en acties in het kader van “Onrecht TV”. Een verdergaand locatieverbod, zoals door de officier van justitie is gevorderd, acht de politierechter niet noodzakelijk en ook niet proportioneel, mede gelet op mogelijke beperking op de vrijheid van betoging die dat met zich zou brengen.
De maatregel wordt voor een periode van twee jaren opgelegd. De politierechter beveelt dat ten hoogste een week vervangende hechtenis zal worden toegepast voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan.
De politierechter beveelt dat de maatregel dadelijk uitvoerbaar is, omdat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte opnieuw een strafbaar feit pleegt en zich belastend gedraagt jegens een bepaalde persoon of bepaalde personen.

De voorlopige hechtenis

De politierechter beveelt de gevangenhouding van de verdachte omdat er ernstig rekening mee moet worden gehouden, dat de verdachte een misdrijf zal begaan waardoor de gezondheid of veiligheid van personen in gevaar kan worden gebracht. Dit bevel is apart geminuteerd.

De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf en maatregel zijn gebaseerd op de artikelen 38v, 38w, 47, 57, 63 en 285 Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak rechtens gelden
De beslissing
De politierechter:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven omschreven, en dat het bewezen verklaarde oplevert:
ten aanzien van feit 1:

medeplegen van bedreiging met brandstichting;

ten aanzien van feit 2:

medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;

verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) maanden;

bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest doorgebracht bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet al op een andere straf in mindering is gebracht;

legt op de maatregel dat de verdachte zich voor de duur van 2 (twee) jaren:

• zich niet zal ophouden in het navolgende gebied:
- [straat] te [plaats];
- [straat] te [plaats];
• op geen enkele wijze - direct of indirect - contact zal opnemen, zoeken of hebben
met:
- [aangever];
- [naam], voorzitter van het OMT;
- leden van het kabinet-Rutte IV (ministers en staatssecretarissen), te weten:
o [aangeefster], minister van Financiën;
o [naam], minister-president;
o [naam], minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening;
o [naam], minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
o [naam], minister van Justitie en Veiligheid;
o [naam], minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs;
o [naam], minister voor Rechtsbescherming;
o [naam], minister voor Natuur en Stikstof
o [naam], staatssecretaris Toeslagen en Douane;
o [naam], staatssecretaris Mijnbouw;
o [naam], staatssecretaris Cultuur en Media;
o [naam], minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
o [naam], minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking;
o [naam], minister voor Armoedebeleid, Participatie en
Pensioenen;
o [naam], staatssecretaris Fiscaliteit;
o [naam], staatssecretaris Jeugd en Preventie;
o [naam], minister van Defensie;
o [naam], staatssecretaris van Defensie;
o [naam], minister voor Klimaat en Energie;
o [naam], staatssecretaris Koninkrijksrelaties en
Digitalisering;
o [naam], minister van Buitenlandse Zaken;
o [naam], minister voor Langdurige Zorg en Sport;
o [naam], staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat;
o [naam], minister van Infrastructuur en Waterstaat;
o [naam], minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
o [naam], minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
o [naam], staatssecretaris Asiel en Migratie;
o [naam], minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties;
o [naam], minister van Economische Zaken en Klimaat;
beveelt dat vervangende hechtenis zal worden toegepast voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan. De duur van deze vervangende hechtenis bedraagt
1 (één) weekvoor
iedere keerdat niet aan de maatregel wordt voldaan. Toepassing van de vervangende hechtenis heft de verplichtingen ingevolgde de opgelegde maatregel niet op;

beveelt dat de opgelegde maatregel dadelijk uitvoerbaar is;

beveelt de gevangenhouding van de verdachte;
deelt mede dat de verdachte binnen veertien dagen hoger beroep kan instellen tegen dit vonnis.
Dit procesverbaal is door de politierechter en de griffier vastgesteld en ondertekend.

Voetnoten

1.Het videobestand is niet bij de processtukken gevoegd, maar is te vinden op https://twitter.com/Videre10/status/1472533113892966400.