ECLI:NL:RBDHA:2022:9236
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Woning sluiting wegens drugshandel en procesbelang
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 20 juli 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over de sluiting van een woning aan de Madeweg 80 te Monster. De burgemeester van Westland had op 9 september 2020 besloten de woning voor de duur van 12 maanden te sluiten, na een doorzoeking waarbij 20 kilogram cocaïne, munitie, contant geld en pepperspray werden aangetroffen. Het bestreden besluit van 10 maart 2021 heeft de sluitingsduur aangepast naar 6 maanden. Eiser, eigenaar van de woning, heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat eiser geen procesbelang heeft bij de uitkomst van het beroep. De rechtbank overweegt dat de sluiting van de woning inmiddels is beëindigd en dat er geen reëel en actueel belang meer is voor eiser, aangezien zijn woonrecht niet is aangetast en hij geen schade heeft aangetoond die voortvloeit uit het besluit. Eiser heeft tijdens de sluiting in de gevangenis gezeten en kon daardoor geen kosten maken voor vervangende huisvesting. De rechtbank concludeert dat het beroep niet-ontvankelijk is, wat betekent dat de zaak niet inhoudelijk wordt behandeld. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.