11.De beslissing
vrijspraak
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 3 primair en subsidiair met het parketnummer 09-250693-20 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
bewezenverklaring
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 meer subsidiair tenlastegelegde met het parketnummer 09-250693-20, het tenlastegelegde met het parketnummer 09-164116-21, het tenlastegelegde met het parketnummer 09-126756-21 en het onder 1 en 2 tenlastegelegde met het parketnummer 09-207977-22 heeft begaan en kwalificeert dit als
09-250693-20
1.
poging tot afpersing
mishandeling, meermalen gepleegd
09-164116-21
openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen
09-126756-21
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort vernielen
09-207977-22
1.
mishandeling, terwijl het misdrijf wordt gepleegd tegen een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening
2.
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort vernielen
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen wat aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
straffen
veroordeelt de verdachte tot
een
jeugddetentievoor de duur van
111 (honderdelf) dagen
bepaalt dat de tijd, door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de eventuele tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijk gedeelte van deze jeugddetentie wordt afgetrokken;
bepaalt dat een gedeelte van de jeugddetentie groot
90 (negentig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt vastgesteld op twee jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd de bijzondere voorwaarden niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde dat de veroordeelde:
- zich voor het einde van die proeftijd niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich zal melden bij de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming west, regio Zuid-Holland Noord en zich daarna gedurende een door de reclassering te bepalen periode (die loopt tot maximaal het einde van de proeftijd) zal blijven melden zo lang en zo frequent als de jeugdreclassering noodzakelijk acht;
- gedurende de proeftijd meewerkt aan- en zich inzet voor een nuttige dagbesteding in de vorm van school en/of werk;
- gedurende de proeftijd zal verblijven bij [instelling 1] , en zich zal houden aan het
(dag-)programma dat deze instelling in overleg met de jeugdreclassering heeft opgesteld;
- zich laat behandelen door de [instelling 2] . De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de jeugdreclassering nodig vindt;
- zich gedurende de proeftijd meewerkt aan urineonderzoek, zo lang als de jeugdreclassering dat nodig vindt;
geeft opdracht aan de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming west regio Zuid-Holland Noord tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het door de jeugdreclassering te houden toezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met het vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de jeugdreclassering, zo vaak en zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
beveelt dat de gestelde voorwaarden en het aan genoemde jeugdreclasseringsinstelling opgedragen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn;
veroordeelt de verdachte voorts tot:
een taakstraf, bestaande uit een werkstraf, zijnde het verrichten van onbetaalde arbeid, voor de tijd van
30 (dertig) uren;
beveelt, voor het geval dat de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende jeugddetentie zal worden toegepast voor de tijd van
15 (vijftien) dagen;
voorlopige hechtenis
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van de dag waarop de totale duur van de tot dan toe ondergane verzekering en voorlopige hechtenis gelijk zal zijn aan die van het onvoorwaardelijk deel van de opgelegde jeugddetentie;
schadevergoeding
verklaart
de benadeelde partij [slachtoffer 5]niet-ontvankelijk in de vordering;
veroordeelt
de benadeelde partij [slachtoffer 5]in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil;
veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan
de benadeelde partij [slachtoffer 3], te betalen een bedrag van
€ 519,26 (zegge: vijfhonderdnegentien euro en zesentwintig eurocent), bestaande uit € 19,26 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 5 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door
de benadeelde partij [slachtoffer 3]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van
de benadeelde partij [slachtoffer 3]te betalen
€ 519,26(hoofdsom,
zegge:
vijfhonderdnegentien euro en zesentwintig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd;
tenuitvoerlegging
gelast
de tenuitvoerleggingvan de voorwaardelijk opgelegde taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 20 uren subsidiair 10 dagen vervangende jeugddetentie, opgelegd bij vonnis van 19 april 2019 in de zaak met parketnummer 09-246626-18.
Dit vonnis is gewezen door
mr. B. Martinez-Hammer, kinderrechter, voorzitter,
mr. C.F. Mewe, kinderrechter,
en mr. M.J. Bouwman, kinderrechter,
in tegenwoordigheid van mr. L.J. van Heel, griffier.
Het is uitgesproken op de openbare zitting van deze rechtbank van 29 augustus 2022.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
hij op of omstreeks 19 juni 2020 te Leiden ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] te dwingen tot afgifte van een Iphone en/of Airpods, althans van geld en/of goed(eren), wat van zijn gading was, in elk geval enig goed, dat geheel of ten
dele toebehoorde aan die [slachtoffer 1] ,
- die [slachtoffer 1] bij de kleding heeft vastgepakt en/of aan die kleding heeft getrokken en/of
- die [slachtoffer 1] heeft geduwd en/of
- die [slachtoffer 1] heeft geschopt en/of
- die [slachtoffer 1] op dreigende/dwingende toon heeft gezegd dat hij zijn Iphone en/of Airpods en/of spullen aan hem moest afgeven want anders zou hij het zelf pakken, althans woorden van gelijke dreigende/dwingende aard en/of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 19 juni 2020 te Leiden ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een Iphone en/of
Airpods, althans geld en/of goed(eren), wat van zijn gading was, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 1] , weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en deze voorgenomen diefstal te doen voorafgaan, te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
- die [slachtoffer 1] bij de kleding heeft vastgepakt en/of aan die kleding heeft getrokken en/of
- die [slachtoffer 1] heeft geduwd en/of
- die [slachtoffer 1] heeft geschopt en/of
- die [slachtoffer 1] op dreigende/dwingende toon heeft gezegd dat hij zijn Iphone en/of Airpods en/of spullen aan hem moest afgeven want anders zou hij het zelf pakken, althans woorden van gelijke dreigende/dwingende aard en/of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2
hij op of omstreeks 24 mei 2020 te Leiden [slachtoffer 2] heeft mishandeld door die [slachtoffer 2] op/tegen het gezicht te stompen/slaan, tengevolge waarvan die [slachtoffer 2] ten val is gekomen;
3
hij op of omstreeks 5 oktober 2020 te Leiden op of aan de Langegracht, althans op of aan een openbare weg, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een petje, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 3] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- die [slachtoffer 3] (meermalen) op/tegen het gezicht te slaan/stompen, ten gevolge waarvan die [slachtoffer 3] op de grond is gevallen en/of
- op die op de grond liggende [slachtoffer 3] te gaan zitten en/of
- op/tegen die op de grond liggende [slachtoffer 3] te slaan/stompen en/of schoppen/trappen en/of
- het tonen van een mes aan die [slachtoffer 3] en/of
- die [slachtoffer 4] bij zijn kleding vast te pakken en/of
- die [slachtoffer 4] op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd te slaan/stompen en/of
- die [slachtoffer 4] bij de benen vast te pakken en/of daarbij ten val te brengen;
hij op of omstreeks 5 oktober 2020 te Leiden openlijk, te weten, op de Langegracht, in elk geval op of aan de openbare weg in vereniging geweld heeft gepleegd tegen (een) perso(o)n(en) te weten [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] door
- die [slachtoffer 3] (meermalen) op/tegen het gezicht te slaan/stompen, ten gevolge waarvan die [slachtoffer 3] op de grond is gevallen en/of
- op die op de grond liggende [slachtoffer 3] te gaan zitten en/of
- op/tegen die op de grond liggende [slachtoffer 3] te slaan/stompen en/of schoppen/trappen en/of
- een mes aan die [slachtoffer 3] te tonen en/of
- die [slachtoffer 4] bij zijn kleding vast te pakken en/of
- die [slachtoffer 4] op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd te slaan/stompen en/of
- die [slachtoffer 4] bij de benen vast te pakken en/of daarbij ten val te brengen;
hij op of omstreeks 5 oktober 2020 te Leiden [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] heeft mishandeld door
- die [slachtoffer 3] (meermalen) op/tegen het gezicht te slaan/stompen, ten gevolge waarvan die [slachtoffer 3] op de grond is gevallen en/of
- op die op de grond liggende [slachtoffer 3] te gaan zitten en/of
- op/tegen die op de grond liggende [slachtoffer 3] te slaan/stompen en/of schoppen/trappen en/of
- die [slachtoffer 4] op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd te slaan/stompen en/of
- die [slachtoffer 4] bij de benen vast te pakken en/of daarbij ten val te brengen;
hij op of omstreeks 21 juni 2021, te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, openlijk, te weten op of aan de openbare weg de Prins Frederiklaan, in elk geval op of aan een openbare weg, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 5] , welk geweld bestond uit het
- tonen van een mes aan die [slachtoffer 5] en/of die [slachtoffer 5] dreigend de woorden toe te voegen: "ik maak je dood. Ik ga je doodsteken”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of;
- insluiten/omsingelen van die [slachtoffer 5] en/of;
- vastpakken van die [slachtoffer 5] en/of;
- trekken aan en/of duwen tegen die [slachtoffer 5] en/of;
- één of meermalen tackelen en/of tot vallen brengen van die [slachtoffer 5] en/of;
- één of meermalen slaan en/of stompen naar en/of tegen (het lichaam en hoofd van) die [slachtoffer 5] en/of;
- één of meermalen schoppen en/of trappen naar en/of tegen die [slachtoffer 5] ;
hij op of omstreeks 14 februari 2021 te Leidschendam, gemeente
Leidschendam-Voorburg
opzettelijk en wederrechtelijk een ruit, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten
dele aan [bedrijf], in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft
vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
1
hij op of omstreeks 16 augustus 2022 te Leiden, een politieambtenaar, werkzaam bij de eenheid Den Haag, te weten mevrouw [slachtoffer 6] , gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar
bediening (tijdens de noodhulpdienst en ter aanhouding op heterdaad van de verdachte), hij verdachte haar heeft mishandeld door haar bij de keel te grijpen en/of (vervolgens) druk op haar keel uit te oefenen;
2
hij op of omstreeks 16 augustus 2022 te Leiden opzettelijk en wederrechtelijk twee ruiten van de nooddeur van politiebureau Langegracht 11, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de politie, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, door genoemde ruiten (met een steen) in te gooien.
-1.
De verklaring van de verdachte op de zitting van 29 augustus 2022, inhoudende:
Ik heb [slachtoffer 3] drie stoten gegeven. Toen kwam er iemand bij. Die man kwam dichter bij mij. Ik heb hem een klap gegeven. Toen had ik hem opgetild en hem op de grond gegooid.
-2.
Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2020300243-6 (pagina 34-39 van zaaksdossier PL1500-2020301811), inhoudende als verklaring van aangever [slachtoffer 3] :
Op 5 oktober 2020 omstreeks 20:30 uur, fietste ik op de Langegracht in de richting van het politiebureau. Toen ik bij de brug ter hoogte van de zijstraat Korte Mare fietste, zag ik twee jongens op het fietspad fietsen.
Vervolgens stapte persoon 1 van zijn fiets af, zag ik dat hij op mij afrende. Toen persoon 1 vlakbij mij stond, zag ik dat persoon 1 met zijn rechterarm een soort boekvorm maakte. Vervolgens zag ik dat hij met zijn rechtervuist een slaande beweging maakte in de richting van mijn hoofd, vervolgens voelde ik een steekpijn in mijn linkeroogkas. Direct daarna voelde ik dat ik nog meer klappen van persoon 1 kreeg. Ik voelde namelijk in mijn rechter,- en linkerkant van mijn gezicht ook dezelfde soort steekpijn. Ik kon niet zien hoe persoon 1 mij sloeg. Vervolgens voelde ik dat ik door deze klappen knockout ging.
Ik voelde dat een persoon op mijn rug zat. Ik kon niet goed zien welk persoon dit was. Ik voelde wel dat ik van alle kanten stoten en schoppen kreeg. Ik voelde namelijk dat ik ongeveer drie stoten op het gezicht en ongeveer zeven in mijn lichaam kreeg. Vervolgens hoorde ik deze persoon die op mijn rug zat, schreeuwen. Ik hoorde namelijk dat deze persoon: "Hier, hier met je kankermoeder, hier heb je er nog een kankerhond!". Toen ik dat hoorde, herkende ik de stem als dat van persoon 1.
Toen ik persoon 1 bijna op de grond kreeg, zag ik dat persoon 1 een schoppende beweging maakte.
Vervolgens zag ik dat een blonde jongen naar persoon 1 liep.
Toen dit gebeurde zag ik dat persoon 1 meerdere stoot bewegingen maakte in de richting van de blonde jongen. Ik zag dat de blonde jongen zichzelf verdedigde.
-3.
Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2020300243-8 (pagina 44-49 van zaaksdossier PL1500-2020301811), inhoudende als verklaring van aangever [slachtoffer 4] :
Op 5 oktober 2020, omstreeks 20:30 uur, was ik boodschappen aan het doen bij supermarkt Dirk van den Broek aan de Langegracht 3 te leiden.
De jongen droeg een vliesachtige jas van een lichtblauwe kleur, hij heeft een licht getint Marokkaans uiterlijk en donker haar.
Ik zag dat deze jongeman verbaal agressief was richting een geschrokken man van om en nabij de veertig jaar oud. Ik zag deze man geschrokken was doordat hij wijd openstaande ogen had en omdat de jongeman agressief naar hem toe liep door zijn lichaam breed te maken.
Ik pakte toen de pet vast die de jongeman op dat moment in zijn handen had en ik voelde dat hij de pet van mij weg trok. Op dat moment griste ik de pet weg van de jongeman en ik voelde dat hij mij meteen met zijn linkerhand met kracht en gebalde vuist bij de kraag van mijn shirt greep en ik zag dat hij zijn rechterhand naar zijn schouderhoogte bracht en met gebalde vuist mij dreigde te slaan. Ik hoorde hem toen wederom zeggen "ik ga je slaan!". Ik zag dat hij zijn rechterhand met kracht en snelheid naar mijn hoofd bewoog en ik voelde een stekende pijn op de linkerzijde van mijn kaak, ter hoogte van mijn neus. Ik zag en voelde dat hij mij meteen enkele klappen terug gaf op en rond mijn hoofd.
Zijn klappen waren allemaal raak en gaven mij flinke pijnscheuten. Ik zag dat hij na een aantal klappen mijn benen pakte en ik voelde dat hij mij naar de grond wierp.
-4.
De verklaring van de verdachte op de zitting van 29 augustus 2022, inhoudende:
Ik heb alles gezien. Ik zag een meisje [naam 1] . Zij had een groot mes. Zij had het aan donker iemand gegeven. Hij had het onder zijn shirt gedaan. Hij liep op [slachtoffer 5] af. In het midden werd hij getackeld door [naam 2] . Hij had de telefoon gepakt en in zijn zak gestopt. Daarna rende [slachtoffer 5] weg. Hij werd daarna nog een keer getackeld door een donker meisje en is hij geschopt door [naam 1] .
-5.
Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-202117779-5 (pagina 7-10 van zaaksdossier PL1500-2021178637), inhoudende als verklaring van aangever [slachtoffer 5] :
Op 21 juni 2021 was ik buiten bij de tramhalte bij de Haar in Leidschendam en was afkomstig van mijn zus.
Ik zag dat [naam 2] zijn shirt omhoog haalde en hij liet mij een groot mes zien. Dit mes zat nog in de huls. Hij hield met de hand het handvat vast en trok deze een klein beetje omhoog. Hierdoor zag ik een zwart mes. [naam 2] zei, "ik maak je dood. Ik ga je doodsteken. Ik steek dit mes door je ribben heen". Ik was bang dat hij mij wilde steken. Ik zag het mes en liep vervolgens van deze drie jongeren weg. Ik werd direct tegengehouden door de beide meisjes. Zij trokken aan mijn jas zodat ik niet weg kon komen. [naam 1] zei, blijf dan staan. Ik kwam toch los.
[naam 2] en [verdachte] liepen naar mij toe. De beide meisjes waren hier ook. Ik werd getackeld door de beide meisjes. Ik kwam hierdoor bijna ten val. Ik rende weg tussen de auto's door op de parkeerplek vlakbij de Plus. [naam 2] zei sluit hem in dan kan ik hem shaffen. Shaffen is straattaal voor steken. Ik viel op de parkeerplaats vlakbij de Plus. Ik had mijn telefoon nog in mijn hand. Ik voelde dat mijn telefoon uit mijn hand werd getrokken. Ik zag dat [naam 2] de telefoon uit mijn hand pakte. Ik zag dat de telefoon met de achterzijde op de grond viel. Ik zag dat [naam 2] mijn telefoon pakte.
Ik voelde dat [verdachte] mij na het oppakken van mijn telefoon mij op de grond trapte. [verdachte] trapte mij tegen mijn buik en tegen mijn elleboog. Hij trapte mij tegen mijn rug aan. Hij trapte ook tegen mijn hoofd. Hij heeft mij ook met zijn vuisten geslagen. Ik voelde op de verschillende plekken pijn en weet niet precies meer waar dit plaats vond. Ik was bang en probeerde mij te verweren. Ik probeerde op te staan maar vervolgens kreeg ik een trap van [naam 3] . Dit deed pijn. [naam 3] probeerde mij tegen te gehouden. Ik stond op en werd nogmaals pootje gehaakt. Ik kwam ondanks het tackelen weer te val op de grond. Dit lukte niet en ik kon wegkomen. De beide meisjes zorgden voor stennis en schreeuwden hard op straat. Ik werd tegengehouden door [naam 1] . Zij pakte mijn jas wederom vast. Ik trok mij zelf los en rende de Plus in voor hulp.
-6.
Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-202117779-23 (pagina 140-151 van zaaksdossier PL1500-2021178637), inhoudende als verklaring van [medeverdachte 2] :
Ehhh nou wat ik alleen weet is dat ik met [naam 4] en [verdachte] was en we zaten bij de Plus zo rustig en op eens kwam [slachtoffer 5] aangelopen en ik weet niet wat hij zei tegen [verdachte] en tegen die andere donkere jongen -ik weet zijn naam niet maar hij zit gesloten op Schakenbosch. En hij zit ok hier, hij is met die krullen. Ik heb niet gehoord wat hij zei, ik kreeg het niet mee.
Maar opeens was er een ruzie, rennen achter elkaar aan. Er is een Turkse winkel en daar hangen we meestal. We waren daar met z'n drieën en opeens hoorde ik geschold en hoorde "je kankermoeder” enzo. En toen stond ik gewoon daar en toen rende [slachtoffer 5] tegen mijn schouder aan en daardoor is hij op de grond gevallen en toen iemand, ik zag gelijk twee personen op hem springen. Ik zag schoppen en slaan.
O: Volgens [slachtoffer 5] zou hij zijn geschopt en geslagen door [verdachte] .
V: Wat kan je daarover verklaren?
A: Kan kloppen, zou kunnen kloppen, dat had ik ook aangegeven dat ik dat had gezien dat hij geschopt en geslagen werd.
-7
Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-202242908-2 (pagina 21-25 van zaaksdossier PL1500-2022243285), inhoudende als verklaring van aangeefster [slachtoffer 6] :
Op 16 augustus 2022 omstreeks 23:00 uur was ik aan het werk tijdens een noodhulpdienst in het centrum van Leiden.
Wij reden net de Langegracht op en zagen een persoon wegrennen vanaf de nooduitgang deur. Ik zag dat er twee collega's vanuit het bureau achter deze persoon aan kwamen rennen.
Mijn collega stopte de bus en ik stapte het voertuig uit en rende achter deze persoon aan. Ik riep deze persoon aan en zei iets in de strekking van: 'Blijf staan politie je bent aangehouden.' Ik zag dat deze persoon niet reageerde op het aanroepen en dat hij door bleef rennen richting de Lammermarkt.
Ik naderde de persoon toen en schreeuwde nog steeds dat hij moest blijven staan. Ik probeerde de arm van deze persoon te pakken en zag dat de persoon zich omdraaide naar mij. Ik zag dat de persoon met zijn gezicht naar mij toe stond. Ik zag dat ik op inmiddels één meter afstand van de persoon stond. Ik zag dat hij een stap naar voren deed en zijn rechterarm strekte richting mij. Ik voelde dat zijn rechterhand mijn keel omsloot, dat hij mijn keel een moment vasthield en ik voelde een bepaalde druk op mijn keel. Ik schrok hier erg van en voelde een pijnlijk gevoel op mijn keel.
De verdachte bleek te zijn: [verdachte] van [geboortedatum] -2004.
-8.
Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2022242908-4 (pagina 26-27 van zaaksdossier PL1500-2022243285), inhoudende als relaas van de [verbalisant 3] :
Ik zag dat verdachte toen dicht in de buurt was bij collega [verbalisant 2] en zag dat zij hem bijna kon pakken. Op dat moment zag ik dat de verdachte zijn rechter arm optilde, waarin ik in eerste instantie dacht dat hij mijn collega zou gaan slaan. Ik zag dat hij zijn hand richting haar keel bewoog en dat hij haar kortstondig bij haar keel aanraakte. Ik zag dat collega [verbalisant 2] daarbij in beweging kwam door de kracht, die de verdachte op haar keel uitoefende.
Wanneer hiervoor is verwezen naar een proces-verbaal van politie is - tenzij anders vermeld - bedoeld een proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
De bewijsmiddelen zijn, ook in onderdelen, telkens slechts gebezigd voor het bewijs van het feit waarop zij blijkens hun inhoud betrekking hebben.
Opgave van bewijsmiddelen
09-250693-20, feiten 1 en 2
-1. De verklaring van de verdachte op de zitting van 29 augustus 2022;
-2. Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2020185174-2 (pagina 106-118 van zaaksdossier PL1500-2020301811), inhoudende de verklaring van aangever [slachtoffer 1] ;
-3. Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2020171314-2 (pagina 84-90 van zaaksdossier PL1500-2020301811), inhoudende de verklaring van aangever [slachtoffer 2] ;
-4. De verklaring van de verdachte op de zitting van 29 augustus 2022;
-5. Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2021043675-2 (pagina 3-12 van zaaksdossier PL1500-2021043675), inhoudende de verklaring van aangever [aangever 1] ;
-5. De verklaring van de verdachte op de zitting van 29 augustus 2022;
-6. Het proces-verbaal van politie nummer PL1500-2022242908-8 (pagina 16-20 van zaaksdossier PL1500-2022243285), inhoudende de verklaring van [aangever 2] .
Wanneer hiervoor is verwezen naar een proces-verbaal van politie is - tenzij anders vermeld - bedoeld een proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
De bewijsmiddelen zijn, ook in onderdelen, telkens slechts gebezigd voor het bewijs van het feit waarop zij blijkens hun inhoud betrekking hebben.