Op 5 augustus 2022 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, geboren in 2007, die onder toezicht staat van de gecertificeerde instelling Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland. Het verzoek tot machtiging voor uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp is ingediend naar aanleiding van ernstige zorgen over de veiligheid en ontwikkeling van de minderjarige. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige zich onttrekt aan hulpverlening en dat er risico's zijn met betrekking tot criminele activiteiten en middelengebruik. De moeder was niet aanwezig bij de zitting, terwijl de vader als informant optrad. De kinderrechter heeft de minderjarige gehoord, die zich verzet tegen de uithuisplaatsing, maar de kinderrechter oordeelt dat een gesloten setting noodzakelijk is voor stabilisatie en behandeling. De kinderrechter heeft het verzoek toegewezen voor een periode van drie maanden, met de mogelijkheid tot tussentijdse toetsing van de situatie. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 5 augustus 2022, met een schriftelijke uitwerking op 25 augustus 2022.