ECLI:NL:RBDHA:2022:8446

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
19 augustus 2022
Publicatiedatum
23 augustus 2022
Zaaknummer
C/09/617184 / FA RK 21-5862
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Echtscheiding verzoek niet ontvankelijk verklaard wegens ontbreken huwelijksakte

In deze zaak heeft verzoekster, de vrouw, een verzoek tot echtscheiding ingediend bij de Rechtbank Den Haag. De rechtbank heeft haar verzocht om het verzoek aan te vullen met de benodigde documenten, waaronder de huwelijksakte. Tijdens een mondelinge behandeling is wederom om de huwelijksakte gevraagd, maar verzoekster heeft deze niet ingediend, ondanks een toezegging. Na een tussenbeschikking waarin verzoekster nogmaals de kans kreeg om de huwelijksakte in te dienen, heeft zij dit opnieuw nagelaten. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen klemmende redenen zijn aangevoerd voor het niet indienen van de huwelijksakte. Hierdoor heeft de rechtbank besloten dat het bestaan van het huwelijk tussen partijen onvoldoende is aangetoond, wat noodzakelijk is om de echtscheiding te kunnen uitspreken. De rechtbank heeft verzoekster daarom niet ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot echtscheiding. De beslissing is genomen door mr. A.M. van der Vliet, rechter en kinderrechter, en is uitgesproken op de openbare zitting van 19 augustus 2022.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 21-5862
Zaaknummer: C/09/617184
Datum beschikking: 19 augustus 2022

Scheiding

Beschikking op het op 24 augustus 2021 ingekomen verzoek van:

[X]

de vrouw,
wonende op een geheim adres,
advocaat: mr. T. Ertekin te ’s-Gravenhage,
voor zover de zaak betrekking heeft op de goederen van de vrouw in rechte vertegenwoordigd door haar bewindvoerder Vinkestijn Bewindvoering B.V. te Leiden.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[Y]

de man,
wonende in [woonplaats] ,
advocaat: mr. N.M. Zeeman te Zoetermeer,
voor zover de zaak betrekking heeft op de goederen van de man in rechte vertegenwoordigd door zijn bewindvoerder [naam bewindvoerder] B.V. te [plaatsnaam] .

Procedure

Bij beschikking van 28 juni 2022 heeft de rechtbank de vrouw in de gelegenheid gesteld om binnen twee weken na die beschikking de aktes behorende bij het verzoek tot echtscheiding in te dienen, en bepaald dat, behoudens een klemmende reden, een nader uitstel niet meer zal worden verleend. Iedere verdere beslissing is aangehouden.
De rechtbank heeft vervolgens de volgende stukken ontvangen:
  • het F9-formulier van 19 juli 2022 van de zijde van de vrouw;
  • het F9-formulier van 21 juli 2022 met bijlagen van de zijde van de man.

Beoordeling

De rechtbank handhaaft alles wat in de vorige beschikking is overwogen en beslist, voor zover in deze beschikking niet anders wordt overwogen of beslist.
De rechtbank stelt vast dat, ondanks de brief van de rechtbank van 30 augustus 2021, een telefonisch rappel voorafgaand aan de zitting van 19 mei 2022, het uitdrukkelijke verzoek aan (de advocaat van) de vrouw op de zitting en de tussenbeschikking van 28 juni 2022, door de vrouw geen (afschrift of uittreksel van de) huwelijksakte is overgelegd. Evenmin is door één van partijen om een nadere termijn voor overlegging van de huwelijksakte verzocht of uiteengezet waarom de huwelijksakte nog niet is ingediend. De rechtbank heeft enkel de geboorteaktes van de kinderen ontvangen in de laatst gestelde termijn. Omdat er nog altijd geen huwelijksakte is ingediend, is daarmee het bestaan van het huwelijk tussen partijen onvoldoende aangetoond en is niet voldaan aan de wettelijke vereisten om de echtscheiding uit te kunnen spreken.
De rechtbank zal de vrouw daarom, zoals overwogen in de beschikking van 28 juni 2022, niet ontvankelijk verklaren in haar verzoek tot echtscheiding.

Beslissing

De rechtbank:
verklaart de vrouw niet ontvankelijk in haar verzoek tot echtscheiding met nevenvoorzieningen.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.M. van der Vliet, rechter, tevens kinderrechter, bijgestaan door mr. I.M. Talstra - Touwen als griffier, en uitgesproken op de openbare zitting van 19 augustus 2022.