ECLI:NL:RBDHA:2022:8273

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 augustus 2022
Publicatiedatum
18 augustus 2022
Zaaknummer
C/09/528398 / HA ZA 17-273
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Intellectueel-eigendomsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoeken tot verbetering en aanvulling van eindvonnis in merkinbreukzaak tussen Bacardi en LI

In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, hebben de eiseressen, waaronder Bacardi and Company Limited en Bacardi-Martini B.V., verzoeken ingediend tot verbetering en aanvulling van een eerder eindvonnis. Dit eindvonnis, gewezen op 27 juli 2022, betrof merkinbreuk door de gedaagde partij, LI, die onder andere verantwoordelijk was voor de opslag van Bacardi-producten. De rechtbank had in het dictum van het eindvonnis bepaald dat LI binnen een maand na betekening alle voorraden van Bacardi-producten moest afgeven ter vernietiging. LI verzocht de rechtbank om een verbetering van het dictum, omdat volgens hen niet duidelijk was dat het merkinbreukmakend handelen specifiek door LI moest worden begrepen. Bacardi c.s. heeft hierop gereageerd en betoogd dat het dictum correct was en dat de verzoeken van LI afgewezen moesten worden. De rechtbank heeft de verzoeken van zowel LI als Bacardi c.s. afgewezen, oordelend dat er geen sprake was van een kennelijke fout die eenvoudig hersteld kon worden. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het dictum duidelijk was en dat de vordering van Bacardi c.s. correct was geïnterpreteerd. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 17 augustus 2022.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK DEN HAAG

Team handel
zaaknummer / rolnummer: C/09/528398 / HA ZA 17-273
Vonnis van 17 augustus 2022
in de zaak van

1.de rechtspersoon naar vreemd recht BACARDI AND COMPANY LIMITED,

te Valduz (Liechtenstein),
2.
BACARDI-MARTINI B.V., te Gouda,
eiseressen in de hoofdzaak en in de incidenten (hierna: eiseressen),
advocaat: mr. N.W. Mulder te Amsterdam,
tegen
1.
F. LOENDERSLOOT INTERNATIONALE EXPEDITIE B.V., tevens handelend onder de naam Flint Logistics, te Roosendaal,
2.
FLINT LOGISTICS B.V., te Roosendaal,
3.
FLINT WAREHOUSING B.V., voorheen handelend onder de naam F. Loendersloot Warehousing, te Roosendaal,
4.
LLOGS B.V., te Roosendaal,
5.
PURE HANDLING B.V., te Rotterdam,
6.
[gedaagde 6], te [plaats] (België),
gedaagden in de hoofdzaak en in de incidenten (hierna: gedaagden),
advocaat gedaagden 1 tot en met 4 en 6: mr. T. Geerlof te Rotterdam,
advocaat gedaagde sub 5: mr. R.M.T. van den Bosch te Rotterdam.

1.De verzoeken tot verbetering en aanvulling

1.1.
Bij brief van 29 juli 2022 is namens gedaagde sub 1 (hierna: LI) aan de rechtbank verzocht om verbetering op de voet van artikel 31 Rv [1] van onderdeel 3.7 van het dictum van het op 27 juli 2022 in deze zaak gewezen eindvonnis. Dit dictumonderdeel luidt in het eindvonnis als volgt:
‘3.7. gebiedt LI om binnen één maand na betekening van dit vonnis alle voorraden Bacardi-producten voorzien van de merken Grey Goose en Bacardi ten aanzien waarvan merkinbreukmakend is gehandeld en die zich onder LI bevinden dan wel onder LI in conservatoir beslag zijn genomen en zich thans nog onder haar bevinden, aan Bacardi c.s. op een door Bacardi c.s. te bepalen plaats om niet af te geven en over te dragen ter vernietiging;’
1.2.
Volgens LI bevat dit onderdeel van het dictum een omissie omdat daarin niet is opgenomen, hetgeen uit de overwegingen van de rechtbank wél volgt, dat het gaat om merkinbreukmakend handelen
door LI. LI verzoekt de rechtbank daarom bedoeld dictumonderdeel te herstellen door tussen de woorden ‘waarvan’ en ‘merkinbreukmakend’ de woorden ‘door LI’ in te voegen.
1.3.
De rechtbank heeft eiseressen (hierna: Bacardi c.s. ) in de gelegenheid gesteld zich over dit verzoek uit te laten. Bacardi c.s. heeft de rechtbank een reactie doen toekomen bij brief van 2 augustus 2022. In de kern betoogt zij dat het verzoek van LI moet worden afgewezen omdat het dictumonderdeel als aan de orde aldus moet worden begrepen dat het betrekking heeft op merkinbreukmakend handelen door LI
enmerkinbreukmakend handelen door een derde of derden (dat door LI is gefaciliteerd en/of bevorderd). Een andere lezing zou, aldus Bacardi c.s. , niet in lijn zijn met de vordering van Bacardi c.s. waarop dit dictumonderdeel betrekking heeft en de onderbouwing daarvan en evenmin met hetgeen de rechtbank overigens in het tussenvonnis en het eindvonnis heeft overwogen. Bacardi c.s. heeft haar reactie doen vergezellen van een verzoek aan de rechtbank om dictumonderdeel 3.7 van het eindvonnis op de voet van artikel 32 Rv aan te vullen door deze als volgt te laten luiden:
‘3.7. gebiedt LI om binnen één maand na betekening van dit vonnis alle voorraden Bacardi-producten voorzien van de merken Grey Goose, Bacardi,
Bombay Sapphire en Martini [2] ten aanzien waarvan merkinbreukmakend is gehandeld en die zich onder LI bevinden dan wel onder LI in conservatoir beslag zijn genomen en zich thans nog onder haar bevinden, aan Bacardi c.s. op een door Bacardi c.s. te bepalen plaats om niet af te geven en over te dragen ter vernietiging;’
1.4.
Bij brief van 4 augustus 2022 heeft LI gereageerd op het verzoek tot aanvulling van Bacardi c.s. Dit verzoek moet volgens LI worden afgewezen, waarbij zij verwijst naar de onderbouwing van haar verzoek tot verbetering van dictumonderdeel 3.7 van het eindvonnis. Op de brief van 4 augustus 2022 van LI heeft Bacardi c.s. nog gereageerd bij brief van 8 augustus 2022, waarna nog een e-mailbericht van LI is gevolgd van diezelfde datum.

2.De beoordeling

2.1.
Een dictum van een vonnis moet worden uitgelegd in het licht van de daarmee verband houdende overwegingen in het lichaam van dat vonnis. Uit die overwegingen (2.15 en 2.40) volgt dat de rechtbank het onderdeel van de vordering van Bacardi c.s. strekkende tot afgifte ter vernietiging van voorraden Bacardi-producten heeft uitgelegd als berustend op uitsluitend de grondslag merkinbreukmakend handelen door LI en niet ook als berustend op de grondslag onrechtmatig handelen door LI door merkinbreuk door een derde of derden te faciliteren en/of te bevorderen. Het dictumonderdeel zelf geeft daar ook blijk van, nu daarin alleen Bacardi-producten voorzien van de merken Grey Goose en Bacardi worden genoemd, zijnde merken ten aanzien waarvan de rechtbank heeft geoordeeld dat LI daarop zelfstandig inbreuk heeft gemaakt.
2.2.
Van een kennelijke fout die zich voor eenvoudig herstel leent, is dus geen sprake. Het verzoek van LI zal daarom worden afgewezen. Een en ander betekent dat het verzoek van Bacardi c.s. om aanvulling van dictumonderdeel 3.7 van het eindvonnis eveneens moet worden afgewezen.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
wijst de verzoeken van LI en Bacardi c.s. tot verbetering respectievelijk aanvulling van dictumonderdeel 3.7 van het op 27 juli 2022 tussen Bacardi c.s. en LI gewezen vonnis af.
Dit vonnis is gewezen door mr. L. Alwin, mr. J.E. Bierling en mr. M.E. Kokke en in het openbaar uitgesproken op 17 augustus 2022.

Voetnoten

1.Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
2.De onderstreping is afkomstig van Bacardi c.s..