Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
- de identiteit, nationaliteit en herkomst van eiser;
- de relatie met [naam 1] en de daaruit voortvloeiende problemen.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 augustus 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Marokkaanse nationaliteit, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De aanvraag werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat Marokko als veilig land van herkomst wordt beschouwd. Eiser had zijn asielaanvraag op 30 mei 2022 ingediend en voerde aan dat hij vreesde voor problemen bij terugkeer naar Marokko, met name door toedoen van een persoon genaamd [naam 2]. De rechtbank oordeelde dat eiser onvoldoende had aangetoond dat hij onder een uitzonderingscategorie viel en dat er geen aanleiding was om aan te nemen dat Marokko voor hem persoonlijk niet als veilig kon worden beschouwd. De rechtbank beperkte zich tot de gronden die in beroep waren aangevoerd en concludeerde dat de vrees van eiser bij terugkeer niet aannemelijk was gemaakt. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 4 augustus 2022.