ECLI:NL:RBDHA:2022:8037
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het pensioenbesluit van de staatssecretaris van Defensie met betrekking tot militair invaliditeitspensioen en rugklachten
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 11 augustus 2022, wordt het beroep van eiser tegen het pensioenbesluit van de staatssecretaris van Defensie beoordeeld. Eiser, die als burger werkzaam was bij Defensie, had een militair invaliditeitspensioen van 10,83% toegekend gekregen vanwege een psychische aandoening. Echter, voor zijn rugklachten werd geen dienstverband aanvaard, omdat deze klachten al bestonden voordat hij in militaire dienst ging. De rechtbank heeft het beroep op 29 juni 2022 behandeld, waarbij zowel eiser als de gemachtigden van eiser en verweerder aanwezig waren.
De rechtbank constateert dat eiser acht keer op uitzending is geweest naar Afghanistan en dat hij tijdens deze uitzendingen rugklachten heeft ervaren. Eiser stelt dat zijn rugklachten zijn verergerd door de zware belasting tijdens de uitzendingen. De bezwaarverzekeringsarts en orthopeed dr. L. Beimers hebben echter geconcludeerd dat er geen medisch causaal verband is tussen de uitzendingen en de rugklachten van eiser. De rechtbank volgt deze conclusies en oordeelt dat de klachten van eiser niet zijn ontstaan door de uitzendingen, maar eerder door bestaande aandoeningen.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Eiser heeft geen contra-expertise overgelegd die de conclusies van de deskundigen weerlegt. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.