ECLI:NL:RBDHA:2022:7853
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Trajectmachtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp en aansluitend in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder
In deze zaak heeft de kinderrechter op 14 juli 2022 uitspraak gedaan over een trajectmachtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp, gevolgd door een plaatsing in een open setting. De zaak is ingeleid door een verzoekschrift van de gecertificeerde instelling, Stichting Jeugdbescherming west Zuid-Holland, dat op 27 juni 2022 is ingediend. De minderjarige, geboren in 2005, verblijft op dat moment in een gesloten accommodatie en heeft te maken met ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige baat heeft bij de structuur en kaders die de gesloten setting biedt, en dat een overplaatsing naar een open instelling noodzakelijk is om verdere ontwikkeling te waarborgen.
De kinderrechter heeft de ouders en de minderjarige zelf gehoord, waarbij is gebleken dat er instemming is met het verzoek. De ouders hebben aangegeven dat de minderjarige positieve stappen heeft gezet en dat zij hen blijven ondersteunen in de hulpverlening. De kinderrechter heeft de noodzaak van de gesloten machtiging onderbouwd door te verwijzen naar de positieve ontwikkeling van de minderjarige binnen de gesloten setting en het belang van een goede overgang naar de open instelling.
De beslissing houdt in dat de minderjarige van 22 juli 2022 tot 7 januari 2023 in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp zal verblijven, waarna zij zal worden overgeplaatst naar een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder. De kinderrechter heeft de beschikking mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.