Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.N.V. HAGELUNIEte Den Haag,
ACHMEA SCHADEVERZEKERINGEN N.V.te Apeldoorn,
1.De procedure
- de oorspronkelijke dagvaarding van 22 maart 2021, met producties 1 t/m 31;
- het herstelexploot van 6 april 2021;
- het ter rolzitting van 14 april 2021 tegen Hagelunie verleende verstek;
- de conclusie van antwoord van de zijde van Achmea, met producties 1 t/m 9;
- het tussenvonnis van 30 maart 2022, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- De aanvullende productie 32 van de zijde van [eiser].
2.De feiten
8 mei 2019 opnieuw een bedrijfsbezoek afgelegd. Voorafgaand en/of tijdens dit bezoek heeft [eiser] melding gemaakt van gewasschade aan de kiemende zaden in de kas. Een bezoekrapport is opgesteld. Meer bedrijfsbezoeken en bezoekrapporten van [naam 2] en [naam 3] zijn gevolgd.
3.Het geschil
4.De beoordeling
De vorderingen met betrekking tot Hagelunie
gewassen binnen
Schaderegeling
Niet verwijtbaar aan verzekerde is, dat hij bij het eerste bezoek nog geen inschatting kan maken de gewasschade aan zaaitrays of in de veronderstelling verkeert dat er geen schade aan de zaaitrays is.”
Verzekerde is verplicht:
bij schade onmiddellijk de benodigde maatregelen te nemen om verdereschadeaan degewassente voorkomen of te beperken en de door ons voorgeschreven maatregelen te volgen;”
4.982,00(2 punten × tarief VI à € 2.491)