Uitspraak
voorwaarden)
Scheiding
Beschikking op het op 22 januari 2020 ingekomen verzoek van:
[X]
[Y] ,
Procedure
- het verzoekschrift van de zijde van de vrouw;
- het verweerschrift, tevens houdende zelfstandige verzoeken, van de zijde van de man;
- het verweerschrift tegen de zelfstandige verzoeken, van de zijde van de vrouw;
- het formulier ‘verdelen en verrekenen’, met bijlagen, van de zijde van de vrouw, ingediend op 10 mei 2020;
- het formulier ‘verdelen en verrekenen’, met bijlage, van de zijde van de man, ingediend op 11 mei 2020;
- het aanvullende verzoekschrift van de zijde van de vrouw;
- het verweerschrift tegen de aanvullende verzoeken, tevens houdende aanvullende/gewijzigde zelfstandige verzoeken, van de zijde van de man;
- het bericht van 3 april 2021, met bijlagen, van de zijde van de vrouw;
- het verweerschrift tegen de aanvullende/gewijzigde zelfstandige verzoeken, tevens houdende aanvullende/gewijzigde verzoeken, van de zijde van de vrouw;
- de brief van 2 juni 2021 van de zijde van de man;
- de brief van 30 december 2021, met bijlagen, van de zijde van de man;
- het bericht van 31 december 2021, met bijlagen, van de zijde van de vrouw;
- het bericht van 7 januari 2022 van de zijde van de man, met de mededeling dat zijn productie 66 wordt ingetrokken.
Feiten
- Partijen zijn gehuwd op [huwelijksdatum] 2005 te [huwelijksplaats]
- Zij zijn de ouders van de volgende minderjarige kinderen:
- Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over [minderjarige 1] en [minderjarige 2] uit.
- Partijen zijn gehuwd onder huwelijkse voorwaarden, kort gezegd inhoudende de uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen met een periodiek (jaarlijks) verrekenbeding van overgespaard inkomen, zoals omschreven in – voor zover hier van belang –:
De kosten van de gemeenschappelijke huishouding, daaronder begrepen de kosten van verzorging en opvoeding van de uit het huwelijk geboren kinderen, alsmede de kosten van ontwikkeling en ontspanning van de gezinsleden, worden voldaan uit de inkomens van de echtgenoten naar evenredigheid daarvan; voor zover deze inkomens ontoereikend zijn, worden deze kosten voldaan uit ieders vermogen naar evenredigheid daarvan.
Onder deze kosten worden mede verstaan premies voor gebruikelijke verzekeringen, de huurprijs voor de echtelijke woning en renten van geldleningen aangegaan ten behoeve van de financiering van voor het gemeenschappelijke huishouden bestemde zaken zoals de echtelijke woning, de vakantiewoning, de inboedel en de gezinsauto(’s).
De echtgenoot die over enig kalenderjaar meer heeft bijgedragen in de kosten van de huishouding dan zijn aandeel ingevolge het hiervoor bepaalde, heeft het recht het te veel bijgedragene terug te vorderen van de andere echtgenoot.
Indien het huwelijk van de echtgenoten door echtscheiding wordt ontbonden zullen de door de echtgenoten opgebouwde pensioenaanspraken worden verevend conform het in de artikelen 2 en 3 bepaalde van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.
Indien het huwelijk door echtscheiding is ontbonden, heeft de vereveningsgerechtigde het recht zijn aanspraken als hiervoor bedoeld alsmede de aanspraak op nabestaandenpensioen om te zetten in een eigen pensioenaanspraak als bedoeld in artikel 5 van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding, mits de vereveningsgerechtigde binnen zes maanden na de ontbinding van het huwelijk per aangetekende brief heeft medegedeeld aan de vereveningsplichtige van dit recht tot omzetting gebruik te maken.
- de vrouw bij uitsluiting gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke
woning te [postcode en plaatsnaam echtelijke woning] aan de [straatnaam]
- [minderjarige 1] en [minderjarige 2] aan de vrouw zullen worden toevertrouwd;
- de man voorlopig gerechtigd is om [minderjarige 1] en [minderjarige 2] bij zich te hebben een
weekend in de twee weken van vrijdag 17.30 uur tot zondag 19.30 uur, waarbij de
vrouw de kinderen brengt naar [woonplaats 2] en de man de kinderen op zondag
terugbrengt naar [woonplaats 1] ;
- de man aan de vrouw met ingang van 23 februari 2021 voorlopig een
kinderalimentatie ten behoeve van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] zal betalen van € 250,- per maand
per kind, telkens bij vooruitbetaling te voldoen.
Verzoek en verweer
- de hoofdverblijfplaats van de kinderen vast te stellen bij de vrouw;
- te bepalen dat de kinderen bij de man zijn:
afgesproken;
- een regeling inzake de informatie en consultatie over de kinderen vast te stellen, in die zin dat de ouders elkaar op de hoogte houden van belangrijke ontwikkelingen van de kinderen, de ouders gezamenlijk en in overleg de opleiding kiezen die de kinderen gaan doen en dat de ouders gezamenlijk en in overleg de sportactiviteiten kiezen waar de kinderen aan meedoen;
- (naar de rechtbank begrijpt:) met ingang van de datum van indiening van het verzoekschrift een door de man aan de vrouw te betalen kinderalimentatie vast te stellen van € 420,- per maand per kind, telkens bij vooruitbetaling te voldoen;
- de verdeling van de eenvoudige gemeenschappen vast te stellen, conform het voorstel van de vrouw;
- de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden vast te stellen, conform het voorstel van de vrouw zoals opgenomen in het verweerschrift tegen de aanvullende/gewijzigde zelfstandige verzoeken, tevens houdende aanvullende/gewijzigde verzoeken, van de zijde van de vrouw;
- primair: te bepalen dat de man een bedrag verbeurt van € 180.000,- voor het achterhouden van essentiële bankgegevens ten aanzien van zijn vermogen,
subsidiair: te bevelen dat de man de volledige bankafschriften van alle in punt 47 van het verweerschrift tegen de aanvullende gewijzigde verzoeken, tevens aanvullende verzoeken van de zijde van de vrouw genoemde bankrekeningen plus alle andere rekeningen op zijn naam en waarover hij de beschikking c.q. toegang toe heeft, in de procedure te brengen over de periode van zes maanden voor de peildatum,
- een zorgregeling vast te stellen waarbij de kinderen in co-ouderschap worden opgevoed, in die zin dat de kinderen de helft van de tijd bij de ene ouder en de andere helft van de tijd bij de andere ouder verblijven conform de inhoud van het ouderschapsplan;
- een door de vrouw aan de man te betalen partneralimentatie vast te stellen van € 1.000,- bruto per maand, bij vooruitbetaling te voldoen, te vermeerderen met het wettelijk index percentage van toepassing te rekenen vanaf de datum van indiening van het onderhavige verzoekschrift;
- de verdeling van de eenvoudige gemeenschappen vast te stellen, conform het voorstel van de man;
- de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden vast te stellen, conform het voorstel van de man zoals opgenomen onder punt 61 t/m 106 van het verweerschrift tegen de aanvullende verzoeken, tevens houdende aanvullende/gewijzigde zelfstandige verzoeken, van de zijde van de man;
- te bepalen dat de vrouw aan de man een gebruiksvergoeding is verschuldigd voor het gebruik van de echtelijke woning tot de datum van overdracht van € 1.000,- per maand.
Beoordeling
€ 721,-).
Beslissing
- eenmaal per veertien dagen van vrijdag 17.30 uur tot zondag 19.30 uur;
- twee aaneengesloten weken in de zomervakantie, in onderling overleg te bepalen;
- de helft van de overige vakanties, in onderling overleg te bepalen;
- de helft van de feestdagen, in onderling overleg te bepalen,