ECLI:NL:RBDHA:2022:7088
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van onvoldoende geloofwaardig relaas
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 11 juli 2022 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Somalische man, heeft beroep ingesteld tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft de zaak behandeld in Middelburg, waar eiser zijn relaas heeft gepresenteerd. Eiser stelt dat hij in het geheim is getrouwd met een vrouw van een meerderwaardige stam en dat hij bedreigd is door haar familie vanwege zijn minderheidsstatus. Hij heeft verklaard dat hij uit angst voor geweld Somalië heeft verlaten.
De rechtbank heeft de verklaringen van eiser beoordeeld en vastgesteld dat de eerste twee elementen van zijn verhaal geloofwaardig zijn, maar dat de derde en vierde elementen onvoldoende concreet en inzichtelijk zijn. Eiser heeft vaag en tegenstrijdig verklaard over belangrijke details van zijn relaas, zoals de ontwikkeling van zijn relatie en het incident op de markt. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de ongeschooldheid en culturele achtergrond van eiser, maar concludeert dat hij op cruciale punten summier en vaag heeft verklaard.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de staatssecretaris terecht de asielaanvraag van eiser heeft afgewezen als ongegrond. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. Eiser kan binnen een week na bekendmaking van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.