Overwegingen
1. Eiseres is geboren op [geboortedatum] en heeft de Hondurese nationaliteit. Op 27 augustus 2015 heeft eiseres voor het eerst een asielaanvraag ingediend in Nederland. Verweerder heeft deze aanvraag bij besluit van 8 augustus 2016 afgewezen als ongegrond. Het daartegen ingestelde beroep is bij uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats Zwolle, van 12 december 2016 ongegrond verklaard.1 Deze uitspraak is in hoger beroep op 1
februari 2017 door de Afdeling2 bevestigd.3 Het besluit van 8 augustus 2016 staat hiermee in rechte vast.
2. Op 15 mei 2020 heeft eiseres een nieuwe asielaanvraag ingediend door middel van een M35-H formulier. Nu eiseres aleerder asiel had aangevraagd, is besloten de aanvraag om te zetten naar een herhaalde asielaanvraag. Eiseres heeft daarom op 5 oktober 2021 deze herhaalde aanvraag ingediend middels een M35-O formulier. Bij deze aanvraag heeft eiseres als nieuw element aangevoerd dat sprake is van een beleidswijziging voor LHBTI’s in Honduras, in het bijzonder over de zwaarwegendheid. Ter onderbouwing daarvan heeft eiseres bij de aanvraag en in de correcties en aanvullingen verwezen naar landeninformatie4 en heeft zij tijdens het gehoor overgelegd een document beschermde opvang in Honduras van
12 januari 2018 en een medische verklaring van 24 augustus 2015.
3. Verweerder heeft deze aanvraag niet-ontvankelijk verklaard omdat sprake is van een opvolgende aanvraag waarin geen nieuwe elementen of bevindingen aan de orde zijn gekomen die aanleiding geven tot een ander besluit dan reeds in de voorgaande procedure is genomen. Weliswaar is onderzoek gedaan of Honduras kon worden aangemerkt als veilig land van herkomst, maar uit dat onderzoek is gebleken dat dit niet kon. Er is dan ook geen sprake van een verandering van het beleid. Bij deze aanvraag is verder niet gebleken van een verslechtering van de positie van LHBTI’s in Honduras. Het overgelegde document van de beschermde opvang in Honduras kan ook niet worden aangemerkt als een nieuw element of bevinding. Eiseres heeft immers geen verschoonbare reden gegeven waarom zij in de
voorgaande procedure niet heeft verklaard dat het voor haar noodzakelijk is geweest om in een beschermde opvang te verblijven. Ook het overgelegde medische document kan niet worden aangemerkt als een nieuw relevant element of bevinding, omdat al in de voorgaande procedure geloofwaardig is geacht dat eiseres is mishandeld. De medische verklaring is hier slechts een bevestiging van. Nu het een opvolgende asielaanvraag betreft waaraan geen nieuwe elementen of bevindingen ten grondslag zijn gelegd, heeft verweerder toepassing gegeven aan artikel 30a, eerste lid, aanhef en onder d, van de Vw en de aanvraag niet-ontvankelijk verklaard.5
4. Eiseres kan zich niet verenigen met het bestreden besluit. Daartoe voert zij in het kort aan dat uit de overgelegde rapporten en verklaringen blijkt dat de situatie voor LHBTI’s in Honduras op zowel juridisch als sociaalmaatschappelijk vlak is verslechterd en dat hiertegen door de autoriteiten geen bescherming wordt geboden. Verweerder heeft in deze informatie ten onrechte geen aanleiding gezien tot het doen van nader onderzoek.
De rechtbank overweegt als volgt.
2 Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
3 Zaaknummers 201700259/1/ V2 en 201700259/2/ V2 (niet gepubliceerd).
4 Human Rights Watch (HRW),
“My Life Passed Before My Eyes”. Violence and Discrimination Against LGBT People in Honduras, november 2020; en
HRW,
Trans People at Risk in Honduras. Government Should Protect LGBT People from Violence, Discrimination, 17 november 2020; en
IACHR,
Country Report Honduras – Situation of Human Rights in Honduras, 27 augustus 2019.
5. De rechtbank moet ambtshalve de ontvankelijkheid van het beroep beoordelen. Naar het oordeel van de rechtbank heeft eiseres geen procesbelang meer bij het beroep voor zover dat is gericht tegen het niet tijdig nemen van een besluit, omdat er inmiddels een besluit op de aanvraag van eiseres is genomen. Het beroep dient in zoverre niet-ontvankelijk te worden verklaard.
Is er sprake van nieuwe elementen of bevindingen?
6. Uit het arrest L.H. tegen Nederland volgt dat de beoordeling of sprake is van een nieuw element plaatsvindt in twee stappen.6 In de eerste plaats (stap 1) dient verweerder te onderzoeken of het element niet al bij de beoordeling van de eerdere aanvraag is betrokken. Tussen partijen is niet in geschil dat de door eiseres aangedragen informatie niet bij de eerdere beoordeling is betrokken. Aan dit eerste vereiste is daarom voldaan.
7. Vervolgens (stap 2) dient verweerder na te gaan of het element in relatie staat tot het asielrelaas en wel zodanig dat het de kans aanzienlijk groter maakt dat de vreemdeling in aanmerking komt voor internationale bescherming.7 Daarvoor is volgens het Hof niet vereist dat verweerder op voorhand overtuigd is dat het element alsnog tot inwilliging van het asielverzoek moet leiden. Van belang is of het element in enig verband staat met de vluchtmotieven die de vreemdeling naar voren heeft gebracht. Dit betekent naar het oordeel van de rechtbank dat slechts wanneer direct duidelijk is dat het element geen enkele steun kan bieden aan het asielrelaas, verweerder de opvolgende aanvraag zonder verder onderzoek als niet-ontvankelijk mag afwijzen.8 Een inhoudelijke beoordeling wordt dan achterwege gelaten. Dit heeft andersom tot gevolg dat, wanneer niet direct blijkt dat het nieuw ingebrachte element in het geheel niet relevant is voor het asielrelaas, verweerder gehouden is een inhoudelijk onderzoek te verrichten om vast te stellen of de vreemdeling niet alsnog
in aanmerking komt voor internationale bescherming. Dat betekent ook dat de opvolgende aanvraag niet meer niet-ontvankelijk kan worden verklaard.
8. In het licht van wat hiervoor onder 7 is overwogen volgt de rechtbank verweerder niet in zijn standpunt dat ook zonder nader onderzoek vaststaat dat de landeninformatie die eiseres heeft overgelegd geen nieuw element oplevert. Daarbij betrekt de rechtbank allereerst dat tussen partijen niet in geschil is dat de door eiseres in beroep aangehaalde landeninformatie, alsook het document van de beschermde opvang in Honduras, in verband staat met de vluchtmotieven van eiseres. In de voorgaande procedure heeft verweerder tenslotte geloofwaardig geacht dat eiseres een transgendervrouw is en daarmee lid van de LHBTI-gemeenschap. Nu de overgelegde landeninformatie ziet op LHBTI’s heeft deze informatie betrekking op eiseres. Dat het document van de beschermde opvang in Honduras in verband staat met eiseres kan worden afgeleid uit de vermelding van haar naam daarin.
6 Uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (het Hof) van 10 juni 2021, ECLI:EU:C:2021:478.
7 Zie artikel 40, derde lid, van Richtlijn 2013/32/EU (de Procedurerichtlijn) en overweging 62 van de uitspraak van het Hof van 10 juni 2021 hierover.
8 Zie ook de uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats ’s -Hertogenbosch (MK), van 7 juli 2021 (ECLI:NL:RBDHA:2021:6993, r.o. 17). 9. De rechtbank is van oordeel dat niet op voorhand kan worden uitgesloten dat de situatie voor LHBTI’s in Honduras is verslechterd ten opzichte van de voorgaande procedure. Zowel in 2019 als in het daaropvolgende jaar werd een toename gezien in het aantal LHBTI’s dat werd gedood en bleef straffeloosheid een probleem.9 Ook uit het rapport van Human Rights Watch (HRW) van november 2020 blijkt dat pogingen om geweld en discriminatie tegen LHBTI’s aan te pakken grotendeels ineffectief zijn gebleken.10 Het voorgaande wordt verder ondersteund door de conclusie in het rapport van het Washington Office on Latin America (WOLA) van 2019 dat tussen de 95-98% van de misdrijven tegen mensenrechtenverdedigers onbestraft blijft.11 In het rapport12 van de Inter-American Commission on Human Rights (IACHR) van 2019 wordt weliswaar vermeld dat in recente jaren initiatieven zijn ondernomen om de (veiligheids)situatie van LHBTI’s in Honduras te verbeteren, maar door HRW is in 2020 geconstateerd dat de inspanningen om openbare veiligheidsinstellingen in dat kader te hervormen tot stilstand zijn gekomen.13 Daarnaast blijkt uit de overgelegde informatie dat in 2021 in Honduras een grondwetswijziging is voorgesteld om het verbod op het homohuwelijk (verder) te verankeren.14 Tot slot wordt Honduras in een overgelegd artikel van HRW het land met relatief gezien het hoogste aantal moorden op transgendervrouwen ter wereld genoemd.15 De rechtbank overweegt dat uit het voorgaande blijkt van ontwikkelingen voor de positie van LHBTI’s in Honduras sinds 2017. Tegen de achtergrond van de onder 7 aangehaalde jurisprudentie heeft verweerder daarom onvoldoende gemotiveerd dat aan de overgelegde landeninformatie geen relevantie voor het asielrelaas van eiseres kan worden toegekend. Het ligt op de weg van verweerder om alsnog onderzoek te verrichten over de actuele positie van LHBTI’s – meer specifiek transgendervrouwen – in Honduras. Ook zal verweerder eiseres nader moeten bevragen over haar verblijf in een beschermde opvang in Honduras.
10. Gelet op het voorgaande heeft verweerder gebrekkig gemotiveerd dat geen sprake is van nieuwe elementen of bevindingen. Ook is het bestreden besluit onzorgvuldig voorbereid. Verweerder heeft de aanvraag van eiseres ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard.
11. Het beroep is gegrond. Wat eiseres verder heeft aangevoerd, behoeft daarom geen bespreking. Het bestreden besluit wordt vernietigd wegens strijd met de artikelen 3:2 en 3:46 van de Awb.16 De rechtbank ziet geen aanleiding de rechtsgevolgen in stand te laten of
9 HRW,
Amidst Violence, Hondurans March for Pride, 9 september 2019 en US Department of State,
Country Report on Human Rights Practices 2019 – Honduras, 11 maart 2020.
10 HRW,
“My Life Passed Before My Eyes”. Violence and Discrimination Against LGBT People in
11 WOLA,
Human Rights Protections in Honduras, december 2019.
12 IACHR,
Country Report Honduras – Situation of Human Rights in Honduras, 27 augustus 2019, p. 122.
13 HRW,
World Report 2020 – Honduras: Events of 2020, 13 januari 2021.
14 HRW,
Honduras: Attack on Reproductive Rights, Marriage Equality. Congress Should Reject Constitutional Amendment, 23 januari 2021.
15 Human Rights Watch,
Trans People at Risk in Honduras. Government Should Protect LGBT
People from Violence, Discrimination, 17 november 2020.
16 Algemene wet bestuursrecht.
zelf in de zaak te voorzien. Verweerder zal nader onderzoek moeten verrichten naar de overgelegde informatie en, met inachtneming van wat hiervoor is overwogen, opnieuw op de opvolgende aanvraag van eiseres moeten beslissen.
12. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiseres gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.518,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 759,- en een wegingsfactor 1).