Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.NATIONALE-NEDERLANDEN SCHADEVERZEKERING MAATSCHAPPIJ N.V. te Den Haag,
CENTER PARCS EUROPE N.V.te Capelle aan den IJssel,
1.De procedure
- het verzoekschrift van 4 mei 2022, met producties 1 tot en met 34;
- het verweerschrift van 5 mei 2022, met producties 1 tot en met 6;
- de mondelinge behandeling van het verzoek op 12 mei 2022. Hierbij zijn verschenen:
2.De feiten
Huidige klachten:
bijgaand treft u het definitieve expertiserapport aan van mw. [verzoekster] (…).”. De inhoud van het rapport van 16 september 2019 is gelijk aan die van het tweede conceptrapport van 5 juni 2019 (zie 2.11).
Graag verneem ik de datum van de brief van betrokkene aan u, dan wel datum van ontvangst van de brief door u evenals de datum van het telefonisch onderhoud.
3.Het geschil
4.De beoordeling
“op basis van de stijfheid en zwelling en verminderde kracht in e- en invertoren en daaruit volgende pijnklachten”. Nog afgezien van het feit dat NN c.s. dit conceptrapport niet heeft ontvangen en de toelichting in het definitieve rapport niet is opgenomen, heeft NN c.s. er terecht op gewezen dat [de deskundige] bij het lichamelijk onderzoek van [verzoekster] geen relevante afwijkingen had gevonden en dat onduidelijk is waarom in het definitieve rapport toch beperkingen worden genoemd. Al met al heeft [de deskundige] daarmee naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende inzichtelijk gemaakt waarop de (wijziging van de) medische beperkingenlijst is gebaseerd.
volstrekt onnodigeprocedure dus geen sprake. Dit betekent dat de rechtbank de kosten van deze procedure dan ook zal begroten.
5.De beslissing
.